Buts: je maakt kennis met de Franstalige wereld. Je leert een aantal redenen om Frans te leren spreken. Je leert woorden die te maken hebben met school.
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Chapitre 3
Planète francophone
Buts: je maakt kennis met de Franstalige wereld. Je leert een aantal redenen om Frans te leren spreken. Je leert woorden die te maken hebben met school.
Chapitre 3 (Magister > Leermiddelen > Grandes Lignes)
Maak: A. Ecouter ONLINE (of WB p. 92-94): 4abc, 6, 7a
Leer: Vocabulaire A + B, WB p. 125-126 Fa-Ne
Slide 7 - Tekstslide
Programme - cours 3
Révision
Lire: Maimouna, top model
Buts: ik kan iets vertellen over schoolvakken. Ik kan een tekst lezen over een topmodel. Ik ken woorden die te maken hebben met toekomstplannen en beroepen.
Slide 8 - Tekstslide
In welke landen wordt Frans gesproken?
Slide 9 - Woordweb
Tu es en quelle classe? (TB p. 39)
Slide 10 - Open vraag
Quelle est ta matière préférée? (ex. 7a p. 94)
Slide 11 - Open vraag
Tu es forte en quelles matières? (ex. 7a p. 94)
Slide 12 - Open vraag
Cherche l'intrus:
A
les maths
B
la biologie
C
le mot
D
la chimie
Slide 13 - Quizvraag
Au travail
Fais: B. Lire, ex. 8 + 9 + 11
Apprends: Vocabulaire A + B, p. 125-126
Slide 14 - Tekstslide
Programme - Cours 4
Révision
Le futur proche
Buts: ik kan de futur proche gebruiken om iets te vertellen over mijn toekomst.
Slide 15 - Tekstslide
J'aime défendre les personnes innocentes. Je veux devenir ...
A
photographe
B
pilote
C
cuisinier
D
avocat
Slide 16 - Quizvraag
Mon frère aime préparer des repas pour les autres. Il veut devenir ...
A
cuisiner
B
vétérinaire
C
médecin
D
pilote
Slide 17 - Quizvraag
Je rêve de passer mes journées dans les aires à voyager. Je veux devenir...
A
médecin
B
vétérinaire
C
pilote
D
avocat
Slide 18 - Quizvraag
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Au travail
Fais: ONLINE > Grammaire C > Révise Grammaire C
Apprends: Phrases-clés D, TB p. 39 + Werkwoord « aller » en de futur proche
Slide 24 - Tekstslide
Programme - cours 5
Révision: le futur proche
Parler et écrire: mes projets d'avenir
Buts: ik ken de futur proche en kan ik iets vertellen over mijn toekomstplannen.
Slide 25 - Tekstslide
aller
=
gaan
Sleep de juiste vorm van aller naar het bijbehorende persoonlijk voornaamwoord
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je/j'
allons
vont
vais
allez
vas
va
Slide 26 - Sleepvraag
Zet de vervoegingen van het werkwoord 'aller' in de goede volgorde.
aller
va
allons
vas
allez
vont
vais
Slide 27 - Sleepvraag
Traduis: wij gaan maken
Slide 28 - Open vraag
Traduis: ik ga kijken
Slide 29 - Open vraag
Traduis: hij gaat spelen
Slide 30 - Open vraag
Slide 31 - Tekstslide
Au travail! WB p. 101-104
Fais: 16 d + 18
- kies bij 16d Lou of Dylan en maak het gesprekje compleet