GHA2 unit 1 lesson 4.1

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide







Write down the homework in your planner.

 Read in your English reading book. 

No book? Write down words and translation pages 44/45. Hand in Thursday. 







HOMEWORK 
Wednesday 

Study words studybox page 44/45
study grammar all/ every/ each page 45
finish exercises 1- 6 page 22/ 25

Slide 2 - Tekstslide

Homework check

Slide 3 - Tekstslide

Today!
Welcome 5 min
Homework/ reading 10 min
Grammar 15 min
Assignments 15 min 
Homework 5 min 

Slide 4 - Tekstslide

lesson goals
After this lesson you: 
- know what is meant by skimming and scanning 

- know when to use the words all/ every/ each

Slide 5 - Tekstslide

Let's get started
Unit 1 - lesson 4

exercise 1
page 22

Slide 6 - Tekstslide

 Skimming and Scanning
  • Wat zijn leesstrategieën
  • Skimming and Scanning

Slide 7 - Tekstslide

Skimmen

Slide 8 - Tekstslide

Globaal lezen/ skimmen
  • Je leest de tekst snel door om erachter te komen waar deze over gaat.
  • Je let niet teveel op moeilijke woorden.
  • Lees van iedere alinea de eerste en de laatste zin. 
  •  Kijk naar opvallende stukjes (plaatjes, titel etc.)
  • Probeer de grote lijnen te snappen, de details doen er (nog) niet toe.
  • Je gebruikt skimmen bij vragen die gaan over de hele tekst, je zoekt naar aanwijzingen voor het antwoord. 

Slide 9 - Tekstslide

Scannen

Slide 10 - Tekstslide

Zoekend lezen/ scannen
  • Scannen: je zoekt naar specifiek bepaalde informatie, bijvoorbeeld in welk jaar iets gebeurde of hoeveel iets kost. 
  • De rest van de tekst hoef je dan niet te lezen.
  • Hier let je dus wel op details

Slide 11 - Tekstslide

Let's practise
Do exercise 2 and 3
page 23

finished: start with exercise 4 


Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

All->alle / allemaal

All students have got a laptop.



Na all komt altijd meervoud!

Slide 14 - Tekstslide

EVERY
elke / iedere / 3 of meer
(zonder uitzondering)

Every shop in town was closed.
I love every chocolate flavour!
Na every komt  enkelvoud


Slide 15 - Tekstslide

EACH
elke (afzonderlijk)

Each piece of pizza is different.

Na each komt enkelvoud

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

1. ____ (each/every/all) finger ____ (have) a ring on it. I like them all.
2. ____ (each/every/all) fingers ____ (point) towards the culprit.
3. I looked at my two brothers and said: “____ (each/every/all) of you ____
(be) to blame!”
4. He has a small tattoo on ____ (each/every/all) arm.
5. My sister plays the guitar ____ (each/every/all) day for fifteen minutes.
6. Bram was studying for his final exam ____ (each/every/all) day yesterday.

Slide 18 - Tekstslide

Practice 
all / every / each.

Do exercise 4 and 5
page 23 /24
finished: 
Do exercise 6 


Slide 19 - Tekstslide

Homework
Study words studybox page 44/45
study grammar all/ every/ each page 45
finish exercises 1- 6  page 22/ 25



Slide 20 - Tekstslide

Skim the text
timer
0:30

Slide 21 - Tekstslide

Scanning
Answer the following questions on paper:
  1. Op welke datum is het festival? 
  2. Hoeveel kost een kaartje?
  3. Welke twee manieren kun je gebruiken om meer informatie te krijgen?
  4. Welke artiesten zijn te zien op het festival?
timer
5:00

Slide 22 - Tekstslide

Homework
Study words page 42/43
Study expressions page 43/44
finish exercises 2,3,4 page 16/17/18

Slide 23 - Tekstslide