In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Reptielen
Slide 1 - Tekstslide
Doel van de les:
- je kan 4 voorbeelden geven van reptielen.
- je weet 3 kenmerken van een reptiel.
Slide 2 - Tekstslide
Welke reptielen ken jij al?
Slide 3 - Open vraag
Reptielen
Eigenlijk is het woord reptielen een verzamelnaam van een heleboel dieren: slangen, hagedissen, schildpadden en krokodillen. Reptielen zijn allemaal koudbloedig en hebben schubben. Deze schubben werken als camouflage en bescherming. Ook zijn ze allemaal gewerveld. Dat betekent dat ze allemaal een ruggengraat en andere botten hebben.
Wil je meer over mij leren? Lees zo maar mee!
Slide 4 - Tekstslide
Hogere groepen
-Hagedissen
-Krokodillen
-Slangen
-Schildpadden
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Vul het goede antwoord in:
Een reptiel ...
A
heeft schubben
B
heeft haren
C
heeft een huisje
D
heeft een glad vel
Slide 7 - Quizvraag
Vul het goede antwoord in:
Reptielen zijn ...
A
warmbloedig
B
koudbloedig
Slide 8 - Quizvraag
Hoe kan je zien of een slang giftig is?
A
Aan de ogen
B
Aan de tanden
C
Niet
D
Aan de vacht
Slide 9 - Quizvraag
Koudbloedig
Reptielen zijn koudbloedig. Dat betekend dat ze zich aanpassen aan de omgevingstemperatuur.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Gewervelde dieren
Reptielen behoren ook tot de gewervelde dieren. Dit betekent dat het dier een wervelkolom (ruggengraat) heeft. Deze wervelkolom is onderdeel van het skelet dat zorgt voor stevigheid van het lichaam.
Slide 12 - Tekstslide
Ken jij nog meer voorbeelden van dieren die tot de gewervelden behoren?