In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Hoofstuk 3:
De Sovjet Unie
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen wat de oorzaken van de Russische Revolutie waren, hoe de communisten de macht veroverden en hoe de Sovjet-Unie bestuurd werd.
Slide 3 - Tekstslide
Wat weet jij eigenlijk van Rusland?
Slide 4 - Woordweb
De Sovjet-Unie
De Sovjet-Unie is de naam voor Rusland (met een aantal andere landen) tussen 1922 en 1991, toen het land een communistische dictatuur was.
Een sovjet is een raad van boeren, arbeiders en soldaten.
Het bestuur van Sovjet-Unie zou in handen van deze sovjets moeten zijn...
Slide 5 - Tekstslide
economisch/politieke situatie in Rusland rond 1900
1. veelvolkerenstaat.
2. groot leger, slecht georganiseerd.
3. tsaar en adel oppermachtig; Doema (1905) weinig macht.
4. veel verpauperde boeren (80 % van de bevolking).
5. industrialisatie laat begonnen.
Economisch/ politieke situatie in Rusland rond 1900
1. Veel verschillende volken in een land
2. Groot leger, maar slecht georganiseerd
3. Tsaar en adel oppermachtig. Het parlement (de Doema) had weinig macht
4. Veel arme boeren (80% vd bevolking)
5. Industrialisatie laat begonnen
Slide 6 - Tekstslide
Rusland voor 1917
Keizerrijk (Russische keizer is een tsaar, die alle macht heeft)
Grote verschillen tussen arm en rijk.
Bondgenoot van Engeland en Frankrijk vóór en tijdens de Eerste Wereldoorlog (tot 1917).
Zeer slecht geïndustrialiseerd.
Slide 7 - Tekstslide
Tsaar Nicolaas II
•Heerser van een veelvolkeren staat.
•Tsaar en adel maken dienst uit in Rusland waar bureaucratie erg hoog is.
•Kritiek uiten gevaarlijk --> geheime dienst.
•Rusland kende slechte economie, volk was arm en kende geen eenheid.
Slide 8 - Tekstslide
Oorzaken Russische revolutie
Volk heeft het slecht: armoede, gebrek aan alles, ook aan inspraak
Verlies Russisch-Japanse oorlog (1904-1905)
Bloedig neerslaan van opstand (1905): Bloedige zondag
Grote verliezen in de Eerste Wereldoorlog
Slide 9 - Tekstslide
Grote verliezen in WO I
Het Russische leger is groot,
maar zwak en slecht uitgerust.
Soms hebben soldaten niet eens een wapen
Slide 10 - Tekstslide
Februari 1917
Voedselrellen en stakingen
Demonstraties tegen de tsaar
Er komt een voorlopige (democratische) regering o.l.v. de mensjewieken (gematigde communisten)
Taken: verkiezingen voorbereiden, grondwet opstellen en een einde maken aan de oorlog (gebeurt niet!)
Tsaar Nicolaas II treedt af
Slide 11 - Tekstslide
De Romanovs
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Oktober 1917
Onrust in Rusland blijft
Duitsland(!) helpt Lenin, Rusland binnen te smokkelen (april 1917)
Communisten o.l.v. Lenin grijpen de macht en de voorlopige regering wordt afgezet
Slide 15 - Tekstslide
Aprilstellingen van Lenin
april 1917
Alle grond aan de boeren
Alle macht aan de sovjets
Alle fabrieken aan de arbeiders
Vrede met Duitsland
Slide 16 - Tekstslide
Vrede van Brest-Litovsk
maart 1918
Het communistische Sovjet-Rusland (later: Sovjet-Unie) sluit vrede met Duitsland
en laat zijn oude bondgenoten, Engeland en Frankrijk, in de steek
Eenpartijstaat: alleen de Communistische Partij was toegestaan
Lenin was de leider
Iedereen is gelijk
Mannen en vrouwen deden hetzelfde werk en verdienden hetzelfde loon.
Steeds meer scholen, gratis onderwijs
Gratis gezondheidszorg
Slide 20 - Tekstslide
Wat is een oorzaak voor de Februarirevolutie?
A
De slechte leefomstandigheden voor de bevolking
B
De standenmaatschappij
C
Het leven in de steden
D
Het leven op het platteland
Slide 21 - Quizvraag
Wat is fout?
A
De Februarirevolutie werd georganiseerd door Lenin
B
De Februarirevolutie startte in Sint-Petersburg
C
Soldaten kozen de kant van de demonstranten in de Februarirevolutie
D
De tsaar trad af als gevolg van de Februarirevolutie.
Slide 22 - Quizvraag
Wat is een gevolg van de Februarirevolutie?
A
Er ontstond een economische crisis
B
De Bolsjewieken kregen alle macht in handen
C
De tsaar moest afstand doen van de troon
D
De Sovjet Unie werd een eenpartijstaat
Slide 23 - Quizvraag
Waar of niet waar?
Duitsland speelde een belangrijke rol in de aanloop naar de Oktoberrevolutie.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 24 - Quizvraag
Welke omschrijving past het best bij de oktoberrevolutie?
A
Het was een spontane volksopstand, waarna de communisten de macht grepen.
B
Het was een georganiseerde staatsgreep van de communisten.
C
Het was een spontane volksopstand, waarna de Voorlopige Regering de macht greep.
D
Het was een georganiseerde staatsgreep van de Voorlopige Regering.
Slide 25 - Quizvraag
Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je herkennen en uitleggen wat de oorzaken van de Russische Revolutie waren, hoe de communisten de macht veroverden en hoe de Sovjet-Unie bestuurd werd.