Geriatrie neurocognitieve stoornissen bij ouderen

Geriatrie neurocognitieve stoornissen bij ouderen
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Geriatrie neurocognitieve stoornissen bij ouderen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom
Zijn er bijzonderheden te melden?
Zijn er bijzonderheden te melden?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eindopdracht
Ga op zoek naar de aandachtsgebieden t.a.v. een delier en vormen van dementie.
Wat betekent dit voor de aandachtspunten bij de begeleiding vanuit jou vakgebied.
Beschrijving mag max. 1 A4 zijn, beschrijf dus kort en concreet.
 SUCCES

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
De student kan de verschillende neurocognitieve stoornissen benoemen die veel voorkomen bij ouderen:
  •  Delier
  •  Diagnose en vormen van dementie
  • Pijnbeleving bij dementie
  • Fase van dementie

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neurocognitieve stoornissen
  • Een cognitieve stoornis heeft invloed op de persoonlijkheid en het gedrag.
  • Verlies van van het evenwicht in het leven. 
  • Tijdelijke stoornissen door lichamelijke aard is een delier.
  • Progressief is bijv. dementie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:30
Waar denk je aan bij het woord
Delier?

Slide 6 - Woordweb

Waar denk je aan bij het woord delier? Heb je er eerder over gehoord?
  • Plotselinge verwardheid
  • Hyperactief delier (onrustig, veel bewegen, overactief, weinig slapen)
  • Hypoactief delier (apathisch, bewegingsloos, emotieloos)
  • Tremens delier Chronische alcohol vergiftiging)
Wat is een delier?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herkennen delier

Het is belangrijk om een delier zo vroegtijdig mogelijk te herkennen. Hieronder een aantal verschijnselen die kunnen wijzen op een beginnende delier ook wel prodromale verschijnselen genoemd:
-> slapeloosheid 
-> levendige dromen of nachtmerries
-> illusies
-> korte, maar nog wel te corrigeren, momenten van desoriëntatie
-> moeite met denken
-> rusteloos gevoel
-> angst en agitatie

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SYMPTOMEN
  • Angst
  • Onrust
  • Veranderd gedrag
  • Wisselend bewustzijn 
  • Moeite met concentratie en aandacht  
  • Hallucinaties
  • De symptomen van een delier kunnen erg lijken op die van dementie

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie maakt kans op een delier?
  • Mensen ouder dan 70 jaar
  • Mensen die eerder een delier hebben doorgemaakt.
  • Mensen die cognitieve problemen hebben zoals dementie.
  • mensen die visus- en gehoorproblemen hebben.
  • Mensen die hulp nodig hebben bij de ADL
  • mensen die alcohol en andere verdovende middelen gebruiken.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagnose demenetie stellen
  • Niet te genezen maar wel goed om te weten om beslissingen in verschillende stadia te nemen.
  • Ziekte niet te genezen maar wel behandelen om klachten te verminderen of verloop te remmen.
  • Kijken naar eventuele erfelijke aanleg.
  • Eventueel andere aandoeningen uitsluiten

Slide 13 - Tekstslide

andere klachten die geheugenproblemen veroorzaken:
  • depressie
  • cva
  • stress
  • vitaminetekort
  • verslaving
  • schildklierafwijking

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Parkinson
- Iemand met de ziekte van Parkinson krijgt stoornissen in het bewegen. Bevende handen zijn een bekend verschijnsel.
- Bij Parkinson kunnen ook symptomen van dementie ontstaan
- Iemand met Parkinson krijgt last van zijn handen die in rust hevig beven. Dit heet ook wel tremor.
- Ook worden de bewegingen van de persoon trager.
- Maskergelaat (vlakke gezichtsuitdrukking),
-  Een monotone stem en een stijve lichaamshouding.
- Iemand schuifelt en neemt kleinere passen. Het bovenlichaam helt naar voren.
- De persoon praat minder hard en duidelijk, waardoor het moeilijker wordt om hem te verstaan

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Substantia nigra / zwarte kern :
Soepel laten verlopen van bewegingen

Contact tussen zenuwcellen vindt plaats met behulp van : Neurotransmitters
neuro = zenuw / transmitter = overbrengen

De cellen van substantia nigra produceren, dopamine.
Parkinson = steeds minder dopamine in de hersenen aangemaakt. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fasen van dementie
- De bedreigde ik

- De verdwaalde ik

- De verborgen ik

- De verzonken ik

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De bedreigde ik
  •  Hierin wordt de persoon zich bewust van zijn geheugen en oriëntatie probleem
  • Ook merkt hij dat het vermogen om zelfstandig te functioneren afneemt
  • Dit kan er toe leiden dat ze zich snel bedreigd voelen.
  • Kenmerkend voor deze fase zijn gevoel van twijfel, onzekerheid, en onveiligheid. Daarnaast kan hij verlies van rouw ervaren.
  • Ook ontkennen, achterdochtig worden, het uiten van woede of agressie zijn kenmerkend   voor deze fase.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De verdwaalde ik
  • De persoon is niet meer in staat om onderscheid tussen vroeger en nu te   maken of tussen   bekende en onbekende.
  • Het heden en het verleden lopen steeds meer door elkaar.
  • Situaties roepen herinneringen op uit het verleden en er ontstaat   verwarring.
  • Reacties en gevoelens in deze fase kunnen zijn: angst, identiteitsverlies,   verdwaald zijn, het   verzamelen van voorwerpen, onbekenden als   bekende zien en leven in het verleden.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De verborgen ik
  • Iemand wordt passiever, zit voorovergebogen in een stoel of schuifelt   doelloos rond.
  • De geestelijke achteruitgang neemt toe, gevoelens onder woorden brengen wordt steeds moeilijker.
  • Soms is contact leggen alleen mogelijk door spiegelen.
  • Wie de moeite neemt om rustig en uitnodigend te zijn, zal op enig manier   contact krijgen.
  • Vooral lichamelijk en zintuigelijk contact zijn belangrijk.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De verzonken ik
  •  De persoon ligt in bed en beweegt zich (bijna) niet meer.
  • Hij is nauwelijks in staat zich te uiten .
  • Interactie is niet meer mogelijk.
  • Emoties en gevoelens spelen geen rol meer in zijn belevingswereld.
  • De wereld wordt zintuigelijk ervaren.
  • Ook in deze fase zijn lichamelijk en zintuigelijk contact belangrijk.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten voor de begeleiding
  • Bij vermoeden van een delier zorg voor actie.
  • Rustige benadering en geef aandacht aan angst en verdriet.
  • Toon begrip bij wanen en hallucinaties.
  • Zorg voor een prikkelarme omgeving.
  • Zorg voor dagstructuur en dag- en nachtritme.
  • Houdt urineren in de gaten, kans op UWI
  • Voorzorgmaatregelen om valgevaar te beperken.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten voor begeleiding alzheimer 
Vroeg signalen:
  • vergeetachtigheid
  • moeite met alledaagse taken
  • vermindert besef tijd en plaats
  • spullen kwijtraken
  • terug trekken sociale contacten
  • Verandering in gedrag of karakter
  • Moeilijker woorden zoeken, keuzes maken en onrustig zijn.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vervolg aandachtspunten
  • Neem de tij en gebruik eventuele hulpmiddelen bij de communicatie.
  • Pas het aantal keuzemogelijkheden aan.
  • Biedt structuur en wees consequent in je handelen.
  • Houdt de inname in de gaten i.v.m. ondervoeding.
  • Weest rustig in contact, zeg wat je gaat doen en geef voldoende verwerkingstijd.

Slide 31 - Tekstslide

kleur rood zien ze beter, rood bestek, bord