www.zelfjeschuldenregelen.nl (stappenplan zelf schulden regelen)
Slide 25 - Tekstslide
En nog een aantal afkortingen
BKR: Bureau Krediet Registratie
BSN: burgerservicenummer
btw: belasting toegevoegde waarde
cao: collectieve arbeidsovereenkomt
DUO: Dienst Uitvoering Onderwijs
GKB: Groningse Kredietbank
IBAN: International Bank Account Number
Nibud: Nationaal Instituut voor Budget Voorlichting
WSNP: Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen
Slide 26 - Tekstslide
QUIZ!
Slide 27 - Tekstslide
1. Wat is een geldezel?
A
Iemand die zijn pas en pincode uitleent (voor geld)
B
Iemand die niet met geld kan omgaan
Slide 28 - Quizvraag
Geldezel
Een geldezel laat zijn of haar bankrekening tegen beloning misbruiken voor criminele activiteiten. De geldezel sluist hierbij (on)bewust frauduleus verkregen geld door naar criminelen. Door gebruik van zo'n tussenstation is de identiteit van de crimineel moeilijker te achterhalen. De geldezel is ook strafbaar.
Slide 29 - Tekstslide
2. Wat is betaalpijn?
A
meer moeite hebben met het uitgeven van contant geld dan pinnen
B
meer moeite hebben met pinnen dan het uitgeven van contant geld
Slide 30 - Quizvraag
Betaalpijn
We kennen het allemaal wel: dat ene briefje van vijftig blijft langer in je portemonnee zitten dan hetzelfde bedrag op je pinpas. Uit onderzoek blijkt ook dat we plastic geld gemakkelijker uitgeven dan briefjes of munten. En ook dat we dan minder goed weten waaraan we ons geld hebben uitgegeven. Wanneer je contant geld in je portemonnee hebt, zie je duidelijk: dit heb ik nog. Juist deze confrontatie zorgt voor betaalpijn. Betaalpijn is een negatieve prikkel die ontstaat in ons brein wanneer we een deel van ons bezit af moeten geven. Vervolgens is die leegte ook direct zichtbaar: je portemonnee oogt meteen een stuk leger. Dat is wel anders bij pinnen. Je toetst je code in, drukt op ‘OK’ en je kunt weer gaan. In dit geval is je brein zich er te weinig van bewust dat het zojuist geld heeft uitgegeven.
Slide 31 - Tekstslide
3. Rood staan op je rekening
A
is gratis
B
kost geld
Slide 32 - Quizvraag
Slide 33 - Tekstslide
Rood staan
Rood staan is een van de duurste vormen van geld lenen. Over het bedrag dat je rood staat betaal je namelijk tot wel 14 procent rente per jaar. Sta je soms een beetje in het rood, dan is dat helemaal niet erg. De rente is dan te verwaarlozen. Je krijgt wel met hoge rente kosten te maken als je vaker voor grote bedragen in de min staat. Sta je regelmatig rood én heb je genoeg geld op je spaarrekening? Gebruik dan wat van je spaargeld om uit de rode cijfers te komen. Omdat de rentekosten voor rood staan hoger zijn dan de rente-inkomsten van een spaarrekening, ben je zo stukken voordeliger uit.
Slide 34 - Tekstslide
4. Hoe lang moet je je administratie bewaren?
A
7 jaar
B
3 jaar
C
instanties bewaren dit
D
5 jaar
Slide 35 - Quizvraag
Administratie
Particulieren zijn niet wettelijk verplicht hun administratieve gegevens (zoals bankafschriften en loonstrookjes) te bewaren. Maar de belastingdienst mag tot 5 jaar terug belasting navorderen. Daarom is het verstandig om o.a. de volgende papieren in ieder geval 5 jaar te bewaren:
• Belastingpapieren
• Salarisstroken
• Bank- en giroafschriften (digitaal)
• Verzekeringspapieren
• Contracten en garantiebewijzen
Slide 36 - Tekstslide
5. Hoeveel jongeren hebben geldproblemen?
A
80.000
B
120.000
C
160.000
D
200.000
Slide 37 - Quizvraag
Geldproblemen
Naarmate jongeren ouder worden, komen ze vaker geld tekort. 1 op de 5 hbo-studenten heeft moeite om rond te komen. 21% van de hbo-studenten komt (heel) moeilijk rond en 43% heeft te maken met achterstanden of kan geen geld meer opnemen. Gaan jongeren op zichzelf wonen, dan neemt de schuldensituatie toe.
Geldzorgen leveren stress op en het hebben van schulden is van invloed op de studieprestaties. Vaker afwezig zijn, moe zijn door veel werken, minder aandacht voor studeren en studiekosten moeilijk kunnen betalen kunnen gevolgen zijn.
Schulden belemmeren je een toekomst op te bouwen. Je bent meer bezig met het aflossen dan met de toekomst. Salaris wordt direct gebruikt voor het aflossen van schulden. Het is dan moeilijker om op jezelf te gaan wonen gezien de beperkte financiële middelen die overblijven.
Slide 38 - Tekstslide
6. Vanaf mijn 18e ben ik verplicht om:
A
een eigen aansprakelijkheidsverzekering te hebben
B
een eigen zorgverzekering te hebben
Slide 39 - Quizvraag
Slide 40 - Video
7. Bij hoeveel maanden betalingsachterstand van de zorgpremie kom je in de wanbetalersregeling terecht?
A
3
B
6
C
12
D
Die regeling bestaat gelukkig niet
Slide 41 - Quizvraag
Slide 42 - Video
8. Vanaf welk schuldbedrag kun je terecht bij Groningse Kredietbank
A
€ 250,00
B
€ 0,00
Slide 43 - Quizvraag
Je hóeft geen schulden te hebben om aan te
kunnen kloppen bij de Groningse Kredietbank.
Ook voor financieel advies of bijvoorbeeld een gratis budgetcursus kun je goed bij de GKB terecht.