5.1 Communicatie

Media + criminaliteit
Hoofdstukken media en criminaliteit worden samen 1 SE
Wordt getoetst door SE, digitaal gemaakt
Cijfer telt 40 procent mee
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Introductie

Uitleg bij §1 van het Thema media. Methode: Thema's Maatschappijleer

Onderdelen in deze les

Media + criminaliteit
Hoofdstukken media en criminaliteit worden samen 1 SE
Wordt getoetst door SE, digitaal gemaakt
Cijfer telt 40 procent mee

Slide 1 - Tekstslide

5.1 Communicatie

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kent het schema van communicatie en kunt dit toepassen
Je kunt uitleggen wat betrouwbare informatie is
Je kunt een voorbeeld geven van eenzijdige communicatie
Je kent het verschil tussen verbale en niet-verbale commmunicatie en weet wat we verstaan onder massale communicatie

Slide 3 - Tekstslide

Begrippen 5.1
1. Communicatie
2. Medium
3. Massa communicatie
4. Media wijsheid

Slide 4 - Tekstslide

Lezen
Paragraaf 5.1
Blz 70 + 71

Slide 5 - Tekstslide

Communicatie

Slide 6 - Tekstslide

communicatie
Je communiceert voortdurend op allerlei manieren. Drie manieren daarvan zijn:
  1. non-verbaal of verbaal
  2. eenzijdig of tweezijdig
  3. persoonlijk of massaal

Slide 7 - Tekstslide

non-verbaal of verbaal
Je lichaam spreekt met anderen: gevoelens, gedachten, houding en uitstraling zijn vaak aan de 'buitenkant' te zien. Dit is non-verbale communicatie.
Spreken of schrijven noemen we verbale communicatie

Slide 8 - Tekstslide

Persoonlijke communicatie
1 op 1 communiceren: 1 zender en 1 ontvanger.



Massacommunicatie
Openbare communicatie die een groot publiek bereiken.

 

Slide 9 - Tekstslide

persoonlijke of massa-media?
Non verbaal: communiceren met gebaren. Je maakt hierbij geen geluiden.
bv: zwaaien met je hand of een knipoog geven.

verbaal: communiceren met woorden. 
1
Eenzijdig communicatie : De ontvanger van de boodschap kan geen reactie geven. zoals bijvoorbeeld terug praten.

Meerzijdig: zowel de zender als de ontvanger kan via het medium terug communiceren.
2
perssonlijke communicatie: dit is prive en niet voor iedereen toegankelijk.

Massacommunicatie: Met het medium wil de zender heel veel ontvangers bereiken. bijvoorbeeld door de krant of tv.
3
Massacommunicatie:
Openbare communicatie waarbij groten groepen mensen worden bereikt.

Massamedia:
wordt de informatie door veel mensen gezien, gelezen of gehoord.

Slide 10 - Tekstslide

eenzijdig of tweezijdig
Eenzijdig = je ontvangt alleen informatie en kunt niet reageren

Tweezijdig = je bent tegelijk zender en ontvanger

Slide 11 - Tekstslide

Waar gebruiken we media voor?
kennis en nieuws
ontspanning
contact
identiteit

Slide 12 - Tekstslide

Mediawijsheid

Mediawijs = wijs omgaan met de media

-Voorzichtig met het delen van privégegevens 
-Kritisch omgaan met de informatie die je te horen of te zien krijgt

Slide 13 - Tekstslide

        MEDIAWIJSHEID

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Betrouwbaar informatie 
  • Bronnen: waar komt het vandaan?
  • Feiten (objectief) en meningen (subjectief) gescheiden?
  • Hoor en wederhoor: verschillende betrokkenen gehoord?

Slide 16 - Tekstslide

Maken paragraaf 5.1. Gebruik je tekstboek en je werkboek

Slide 17 - Tekstslide