In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
Opgepakt en dan??
Paragraaf 4
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoel
Aan het einde van de les kun je uitleggen hoe het strafproces verloopt van arrestatie tot straf
Deze gang van zaken moet je kennen en kunnen toepassen met behulp van voorbeelden
Slide 2 - Tekstslide
Bij een melding van een misdrijf gaan agenten de zaak onderzoeken. De politie wil weten wat er precies is gebeurd en probeert de verdachte te achterhalen. Een verdachte is iemand van wie de politie denkt dat hij iets strafbaars heeft gedaan.
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Kijkopdracht: wat vind jij van de mogelijkheid om mensen preventief te fouilleren?
Slide 5 - Open vraag
Wat mag de politie?
Je fouilleren
Je arresteren
Je huis onderzoeken
Zijn hier nog verdere regels aan verbonden?
Slide 6 - Tekstslide
Wanneer mag de politie fouilleren?
Fouilleren
Bij een preventief fouilleer actie.
Als je bent aangehouden: om te kijken of je geen wapens bij je hebt.
Als je bent aangehouden omdat je geen ID wilde tonen: om te kijken of je een ID bij je hebt.
Als de politie aanwijzingen heeft dat je wapens/drugs bij je hebt.
Op Schiphol: altijd.
Slide 7 - Tekstslide
Mogen de rechten van burgers even ‘vergeten’ worden voor de veiligheid van anderen?
Slide 8 - Open vraag
Arresteren
Op heterdaad betrapt
Werk/thuis/na een brief van de politie
Je wordt meegenomen naar het politiebureau voor verhoor.
De politie mag je in het begin 15 uur vasthouden op het politiebureau (dit kan door allemaal regelingen langer worden).
Wanneer mag de politie je arresteren?
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Wat vind je van het optreden van de politie in het filmpje?
Slide 11 - Open vraag
Huiszoekingsformulier
Je huis onderzoeken
De politie moet altijd een huiszoekingsbevel hebben
Behalve
Als de wapenwet wordt overteden
Als de opiumwet wordt overtreden
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Waarom mag de politie in dit voorbeeld overgaan tot een huisinval?
Slide 14 - Open vraag
Proces verbaal
Als de politie klaar is met het onderzoek wordt er een proces verbaal geschreven. Dit is een speciaal politieverslag over het misdrijf en de verdachte. Dit wordt ook altijd in je dossier gestopt.
Slide 15 - Tekstslide
Benoem alle onderdelen van een proces verbaal, gebruik je boek om volledig te zijn
Slide 16 - Open vraag
Tussen de 12 en 18 jaar. De straf heeft ook altijd iets te maken met het misdrijf en wordt meestal bij kleine misdrijven ingezet.
Slide 17 - Tekstslide
Officier van justitie
Als de zaak niks voor halt is dan gaat het proces verbaal naar de officier van justitie en die beslist dan wat hij er verder mee gaat doen. Hij heeft drie mogelijkheden.
Seponeren
Schikking
Vervolgen
Slide 18 - Tekstslide
Seponeren
Seponeren betekent dat de verdachte niet voor de rechter hoeft te komen en dan ook geen straf krijgt. Seponeren kan gebeuren als er te weinig bewijs is om de verdachte te vervolgen. Of als de dader al gestraft is.
Slide 19 - Tekstslide
Bedenk een voorbeeld van een gesopeneerde zaak
Slide 20 - Open vraag
Schikking
Bij kleine zaken kan er ook gekozen worden voor een schikking dat is een afspraak tussen de officier van justitie en de verdachte. Vaak is dit een bepaald geld bedrag. (je ziet dit ook veel bij belastingontduiking)
Slide 21 - Tekstslide
Bedenk een voorbeeld van een geschikte zaak
Slide 22 - Open vraag
Vervolgen
Als het bewijs toereikend genoeg is kan de officier van justitie overgaan tot vervolgen van de verdachte. Dat houdt in dat de verdachte voor de rechter moet verschijnen en de rechter gaat dan beslissen of er ook daadwerkelijk een straf komt.
Slide 23 - Tekstslide
Bedenk een voorbeeld van een zaak waar tot vervolging overgegaan wordt
Slide 24 - Open vraag
Bijzondere maatregel
In speciale gevallen mag de politie al mensen oppakken die nog geen strafbaar feit hebben gepleegd. Dit gebeurd tegenwoordig vaker. De veiligheid van het land telt dan zwaarder dan individuele vrijheid.
Slide 25 - Tekstslide
Bedenk een voorbeeld waar politie-agenten een bijzondere maatregel toepassen