week 11 repaso

Buenos días
¿Qué vamos a hacer?
  • repaso de los verbos
  • hacer frases
  • leer
martes. 16 de marzo
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Buenos días
¿Qué vamos a hacer?
  • repaso de los verbos
  • hacer frases
  • leer
martes. 16 de marzo

Slide 1 - Tekstslide

Welke klinkerwisselingen 
hebben we geleerd?
repaso: verbos
e--> ie
o-->ue
e-->i

Slide 2 - Tekstslide

Wanneer verandert de stamklinker?
repaso: verbos
Alle personen behalve nosotros en vosotros

Slide 3 - Tekstslide

Onderwerp
Waarom moet je weten wat het onderwerp
in de zin is?
repaso: verbos
Om te weten in welke vorm je het werkwoord moet zetten. 

Slide 4 - Tekstslide

Onderwerp
   Staat expliciet in de zin: yo, tú, él etc.
   Een naam:  --> él/ella     vb: Paco quiere un helado.
   2 namen :  --> ellos/ellas vb: Paco y Carmen quieren un helado.
   naam + yo: --> nosotros    vb: Paco y yo queremos un helado.
   naam + tú: --> vosotros    vb: Paco y tú queréis un helado.

   GEEN PERSOON:
   enkelvoud ("het") --> él/ella vb: la tienda cierra a las 5.
   meervoud  ("ze")  --> ellos/ellas vb: las tiendas cierran a 
                                         las 5.
repaso: verbos

Slide 5 - Tekstslide

querer, tú

Slide 6 - Open vraag

pedir, Pepe

Slide 7 - Open vraag

empezar, José y Javier

Slide 8 - Open vraag

poder, Ana y yo

Slide 9 - Open vraag

volver, él

Slide 10 - Open vraag

empezar, la película

Slide 11 - Open vraag

cerrar, los supermercados

Slide 12 - Open vraag

pensar, yo

Slide 13 - Open vraag

servir, la cucharra

Slide 14 - Open vraag

dormir, él

Slide 15 - Open vraag

Los deberes
LA: pág. 76 y 77
ej. 1, 2, 4

Slide 16 - Tekstslide

Traduce
  1. De winkel sluit om 7 uur.
  2. Pepe begrijpt het huiswerk niet.
  3. Willen Carmen en jij gaan winkelen? 
  4. Javi vindt zijn boek niet.
  5. De tomaten kosten €1,- per (= por) kilo.
  6. Ana y Pablo keren zondag terug uit Madrid.
  7. De hond volgt Pepe.

Slide 17 - Tekstslide

Uitwerking
  1. La tienda cierra a las 7.
  2. Pepe no entiende los deberes.
  3. ¿Carmen y tú queréis ir de compras? 
  4. Javi no encuentra su libro.
  5. Los tomates cuestan un euro por kilo.
  6. Ana y Pablo vuelven de Madrid el domingo.
  7. El perro sigue a Pepe.

Slide 18 - Tekstslide

Vamos a leer

Slide 19 - Tekstslide

Deberes
Herhaal de uitleg van de wederkerende werkwoorden. (Tarea 2.1)

Slide 20 - Tekstslide