Basisstof 1 en 2

Welkom bij biologie T4
Kom rustig binnen in het lokaal​.
Doe je telefoon in de telefoontas.
​Pak je boeken en schoolspullen erbij.​
Tijdens de uitleg is het stil, daarna werken volgens de instructie van de docent​
timer
5:00
Blz. 104 en 105 voorkennis maken. ​
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij biologie T4
Kom rustig binnen in het lokaal​.
Doe je telefoon in de telefoontas.
​Pak je boeken en schoolspullen erbij.​
Tijdens de uitleg is het stil, daarna werken volgens de instructie van de docent​
timer
5:00
Blz. 104 en 105 voorkennis maken. ​

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het centrale zenuwstelsel
  • Bestaat uit de hersenen (grote, kleine en hersenstam) en het ruggenmerg.
  • Ontvangt en geeft signalen door via de zenuwen aan het rest van het lichaam 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Prikkel vs Impuls
  • Zintuigcellen zijn de receptoren
  • Prikkels zijn signalen uit de omgeving
  • Impulsen zijn de signalen die je lichaam gebruikt om informatie door te geven
  • Drempelwaarde: wanneer een prikkel sterk genoeg is dat de prikkel door de zintuigen word omgezet in een impuls

Slide 4 - Tekstslide

Vul voor jezelf aan
Substraat: is wat wordt omgezet/verwerkt in een enzym
Active centrum: waar substraat bind met enzym
reactieproduct: wat uit de reactie komt

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken

Basisstof 1
Lezen blz. 106 en 107
Maken
Opdracht 1 t/m 7  

timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelstelling Bs. 2
  • Je kunt in een afbeelding van een zenuwcel de delen benoemen
  • je kunt drie typen zenuwcellen noemen met hun functies en kenmerken
  • je kunt omschrijven wat een zenuw is en je kunt drie typen zenuwen noemen met hun kenmerken

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zenuwcellen
Zenuwcellen bestaan uit:
  • Cellichaam= bevat onder andere de celkern
  • Uitloper = vervoeren de impuls

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zenuwstelsel
  • Zintuig neemt prikkel waar
  • Zintuig stuurt impuls naar het centrale zenuwstelsel
  • Centrale zenuwstelsel verwerkt de impuls
  • Centrale zenuwstelsel stuur impuls naar spier/klier

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het zenuwstelsel
  • Zintuig neemt prikkel waar.
  • Zintuig stuurt impuls naar het centrale zenuwstelsel:  Gevoelszenuwcel
  • Centrale zenuwstelsel verwerkt de impuls: 
    Schakelcel
  • Centrale zenuwstelsel stuur impuls naar spier/klier: Bewegingszenuwcel

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevoelszenuwcel
  • Van zintuigen naar centraal zenuwstelsel
  • Cellichaam ligt vlakbij centraal zenuwstelsel

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bewegingszenuwcel
  • Van centraal zenuwstelsel naar spieren/klieren.
  • Cellichaam ligt in centraal zenuwstelsel en heeft vertakkingen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schakelcel
  • Liggen helemaal in het centraal zenuwstelsel.
  • Verbinden zenuwcellen met elkaar.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken

Basisstof 2
Lezen blz. 111 t/m 114
Maken
Opdracht 1 t/m 8

timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies