2M - 3.3 politieke stromingen + kiesrecht

2MB - Staatsinrichting vanaf 1848
3.3 Politieke stromingen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

2MB - Staatsinrichting vanaf 1848
3.3 Politieke stromingen

Slide 1 - Tekstslide

Politieke stromingen
  1. Liberalen
  2. Confessionelen:
    Protestanten & Katholieken
  3. Socialisten

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Confessionelen
  • Twee stromingen: Katholieken en protestanten.
  • Beleid moet zijn volgens christelijke leer.
  • Beiden willen dat overheid ook bijzondere scholen (christelijke scholen) betaald.
  • Beiden zijn tegen socialisten en revolutie.

Slide 4 - Tekstslide

Liberalen
  • Rijke burgers, eerste politici
  • Thorbecke
  • Politieke partij: Liberale Unie.
  • Overheid moet zich zo min mogelijk met het land bemoeien, alleen zorgen voor veiligheid. Zeker niet met de economie bemoeien.

Slide 5 - Tekstslide

Socialisten
  • SDAP
  • Pieter Jelles Troelstra
  • Opkomen voor fabrieksarbeiders.
  • Gelijkheid
  • Algemeen kiesrecht

Slide 6 - Tekstslide

Caoutchouc-artikel
  • In 1887 wordt het kiesrecht uitgebreid. Nu mogen alle volwassenen stemmen die 'hiervoor geschikt zijn'.
  • Hierdoor zijn er vanaf dit moment veel politici die met argumenten de kiesdrempel lager maakt.
  • Caoutchouc = rubber (is ook in vormen te kneden).

Slide 7 - Tekstslide

Tijdlijn algemeen kiesrecht
1917
Kiesrecht voor mannen vanaf 25 jaar.
1919
Kiesrecht ook voor vrouwen vanaf 25 jaar.
1946
Algemeen kiesrecht vanaf 23 jaar.
1965
Algemeen kiesrecht voor NL'ers vanaf 21 jaar.
1972
Algemeen kiesrecht voor NL'ers vanaf 18 jaar.

Slide 8 - Tekstslide

Feminsten
  • Willen gelijke rechten hebben
  • Kiesrecht voor vrouwen
  • Meisjes moeten door kunnen leren
  • Gelijke lonen
  • Aletta Jacobs + Wilhelmina Drucker

Slide 9 - Tekstslide

De positie van vrouwen
  • In de 19e eeuwse samenleving werd op vele manieren onderscheid gemaakt op vrouwen achter te stellen.
  • Tegen deze discriminatie ontstond vanaf 1870 verzet.
  • Deze Feministen eisten gelijke rechten en opheffing van de achterstanden.
  • De bewegingen voor vrouwenemancipatie hadden in alle westerse landen succes.
  • In Nederland mochten vrouwen steeds meer, zoals naar school gaan en werken.
  • Vanaf de jaren 1890 zetten feministen zich vooral in voor het vrouwenkiesrecht.
Aletta Jacobs was de eerste vrouw in Nederland met een universitair diploma. Daarnaast was ze eerst vrouwelijk huisarts. Vanaf 1883 streed Aletta voor vrouwenkiesrecht.

Slide 10 - Tekstslide

Zelf aan de slag!
  • Lezen + maken 3.3
  • Zorg dat 3.2 van vorige les ook af is!

Slide 11 - Tekstslide