8.3 - Samenwerken is slimmer

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 228 en open je schrift voor een opdracht.




1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 228 en open je schrift voor een opdracht.




Slide 1 - Tekstslide

Dit gaan we doen deze les
  1. Herhalen paragraaf 7.4 & 8.1
  2. Uitleg paragraaf 8.3 deel 1
  3. Zelfstandig werken 

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 7.4
In deze les leer je:
  1. Wat de rijksbegroting en miljoenennota met elkaar te maken hebben.
  2. Waar de overheid op let bij haar uitgaven.
  3. Hoe een begrotingstekort of begrotingsoverschot ontstaat.
  4. Wat de staatsschuld is.



Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 8.1
In deze les leer je:
  1. Waarom Nederland importeert en exporteert.
  2. Het saldo op de betalingsbalans te berekenen met de invoer- en uitvoerwaarde.
  3. Berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.



Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen 8.3
In deze les leer je:
  1. Uitleggen hoe de EU de handel tussen lidstaten bevorderd.
  2. Uitleggen wat in de Europese Unie de interne markt is.
  3. Uitleggen wat voor gevolgen een verandering van de wisselkoers heeft.
  4. Uitleggen welke voordelen de euro heeft.



Slide 5 - Tekstslide

Het belang van de eu
Nederland is één van de 27 landen (lidstaten) van de Europese Unie.

Belangrijk doel van de EU: economische samenwerking.
De EU stelt hiervoor wetten en regels op.
  • Bedrijven uit de EU kunnen zo gelijkwaardig concurreren.
  • Producten van buiten de EU moeten aan Europese regels voldoen.


Stap 1: Maak opgave 1 t/m 5 op blz. 228
Stap 2: Maken 8.3 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.3 op blz. 239
timer
5:00

Slide 6 - Tekstslide

Een gemeenschappelijke
markt
EU-lidstaten vormen een interne markt: bij handel spelen grenzen tussen EU-lidstaten
geen rol.

De interne markt heeft drie kenmerken:
  • Vrij verkeer van goederen en diensten. Er is vrijhandel tussen EU-lidstaten.
  • Vrij verkeer van personen. EU-burgers mogen in andere lidstaten wonen, werken en studeren.
  • Vrij verkeer van kapitaal. Je mag sparen, lenen en investeren in een ander EU-land.










Stap 1: Maak opgave 6 & 7 op blz. 229
Stap 2: Maken 8.3 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.3 op blz. 239
timer
8:00

Slide 7 - Tekstslide

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 228 en open je schrift voor een opdracht.




Slide 8 - Tekstslide

Dit gaan we doen deze les
  1. Herhalen paragraaf 7.4, 8.1 & 8.3 deel 1
  2. Uitleg paragraaf 8.3 deel 2
  3. Zelfstandig werken 

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen 7.4
In deze les leer je:
  1. Wat de rijksbegroting en miljoenennota met elkaar te maken hebben.
  2. Waar de overheid op let bij haar uitgaven.
  3. Hoe een begrotingstekort of begrotingsoverschot ontstaat.
  4. Wat de staatsschuld is.



Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen 8.1
In deze les leer je:
  1. Waarom Nederland importeert en exporteert.
  2. Het saldo op de betalingsbalans te berekenen met de invoer- en uitvoerwaarde.
  3. Berekenen hoe groot de import en export zijn in verhouding tot het nationaal inkomen.



Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen 8.3
In deze les leer je:
  1. Uitleggen hoe de EU de handel tussen lidstaten bevorderd.
  2. Uitleggen wat in de Europese Unie de interne markt is.
  3. Uitleggen wat voor gevolgen een verandering van de wisselkoers heeft.
  4. Uitleggen welke voordelen de euro heeft.



Slide 12 - Tekstslide

Waarom de euro?
Nederlandse bedrijven handelen ook met landen die niet de euro als munteenheid hebben.
Bij handel buiten de eurozone heb je te maken met vreemde valuta. De wisselkoers kan veranderen.

Vreemde valuta: munteenheden die anders zijn dan de munt die jij gebruikt in jouw land.

Gevolg:
  • invoerproducten worden voor ons duurder of goedkoper
  • exportproducten worden voor andere landen duurder of goedkoper.


Stap 1: Maak opgave 8 t/m 10 op blz. 230
Stap 2: Maken 8.3 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.3 op blz. 239
timer
5:00

Slide 13 - Tekstslide

Aantekening
€1 = 7 lira 
€1 = 8 lira
Hier daalt de koers van de lira en stijgt de koers van de euro.
Gevolgen:
  • import ↑
  • export ↓

€1 = 7 lira
€1 = 6 lira
Hier stijgt de koers van de lira en daalt de koers van de euro.
Gevolgen:
import ↓
export ↑

Slide 14 - Tekstslide

Het belang van de eu
19 van de 27 EU-landen zijn lid van de Europese Monetaire Unie (EMU).
  • De EMU-landen hebben de euro als wettig betaalmiddel.
  • Samen vormen ze de eurozone.
  • Doel van de EMU: één gezamenlijke munt in alle EU-landen.

Voordelen euro:
  1. eenvoudig prijzen in verschillende landen vergelijken
  2. geen kosten voor omwisselen vreemde valuta
  3. bedrijven verliezen geen geld door veranderingen in de wisselkoers

De Europese Centrale Bank (ECB) is de centrale bank van de eurozone.






Stap 1: Maak opgave 11 & 12 op blz. 231
Stap 2: Maken 8.3 op  blz. 236
Stap 3: Maken 8.3 op blz. 239
timer
5:00

Slide 15 - Tekstslide