In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het eind van de les:
Kan je de verschillende reserves benomen en de kenmerken hiervan.
Slide 4 - Tekstslide
Herwaarderingsreserve
Ontstaat wanneer een 'vast actief' opnieuw wordt gewaardeerd en het bedrijf waardeert zijn activa op basis van actuele waarde. Voorbeeld: De boekwaarde van het gebouw wordt €50.000 meer waard. Op de balans verandert:
Gebouw +€50.000 | Herw.reserve +€50.000
Slide 5 - Tekstslide
Winstreserve
Een deel van de winst wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders.
De winst die achterblijft wordt aan de winstreserve toegevoegd
Slide 6 - Tekstslide
Hoe ontstaat een agio reserve?
Slide 7 - Open vraag
Agioreserve
Ontstaat wanneer aandeelhouders bij een aandelenemissie een hogere prijs betalen voor de aandelen dan de nominale waarde.
Slide 8 - Tekstslide
Waarom reserves?
Het vergroten van het weerstandsvermogen van de onderneming. Makkelijker om VV aan te trekken.
Het vervangen van vreemd vermogen door eigen vermogen. Dan dalen de interestkosten in de toekomst
Dividendstabilisatie
Uitbreiden
Slide 9 - Tekstslide
gezamenlijk of alleen
17.12 en 17.13
Slide 10 - Tekstslide
Vaste activa
Vlottende activa
Liquide middelen
Debiteuren
Bank
Kas
Gebouw
Inventaris
Voorraad
Auto
Slide 11 - Sleepvraag
Debiteuren
Nog te ontvangen bedragen
Te vorderen btw
Rekening courant
Crediteuren
Nog te betalen bedragen
Te betalen btw
Voorraad
Activa
Passiva
Slide 12 - Sleepvraag
Winstreserve
A
Eigen vermogen
B
Kort vreemd vermogen
C
Lang vreemd vermogen
D
Telt niet mee
Slide 13 - Quizvraag
Deel van het winstsaldo wat toegevoegd gaat worden aan winstreserve
A
Eigen vermogen
B
Kort vreemd vermogen
C
Lang vreemd vermogen
D
Telt niet mee
Slide 14 - Quizvraag
De vaste activa van een onderneming stijgt in waarde. Hierdoor ontstaat er een:
A
Winstreserve
B
Agioreserve
C
Herwaarderingsreserve
Slide 15 - Quizvraag
Herwaarderingsreserve
A
Eigen vermogen
B
Kort vreemd vermogen
C
Lang vreemd vermogen
D
Telt niet mee
Slide 16 - Quizvraag
Bij de stijging van de waarde van vaste activa verandert ...
A
de agioreserve
B
de herwaarderingsreserve
C
de winstreserve
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
lezen (zelfstandig)
17.5
17.16
17.21
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Het geplaatste aandelenkapitaal is 900.000 en het maatschappelijk aandelenkapitaal is 700.000 hoeveel is de waarde van de aandelen in portefeuille?
A
700.000
B
200.000
C
1.100.000
D
900.000
Slide 24 - Quizvraag
Het geplaatste aandelenkapitaal is 1.000.000 en de aandelen in Portefeuille zijn 200.000. Hoeveel is het maatschappelijk aandelenkapitaal waard?