Zijn energiebronnen uit biologisch materiaal. Zoals: groenafval, hout, gedroogde mest en landbouwafval.
Biocentrales
Ze worden duurzaam genoemd omdat gewassen worden aangeplant.
Nadeel: gaat ten kost van landbouwgrond
Slide 28 - Tekstslide
https:
Slide 29 - Link
Geef een reden waarom biomassa niet duurzaam is?
Tegenstanders noemen vaak drie belangrijke nadelen. In sommige gevallen zorgen biobrandstoffen voor méér CO2-uitstoot dan fossiele brandstoffen. De productie van biobrandstof leidt ook tot CO2-uitstoot door het gebruik van kunstmest, het transport of raffinage.
Steeds meer ongerepte natuur wordt ingezet voor biobrandstoffen. En als laatste moet het concureren met voedsel.
Slide 30 - Tekstslide
Kennistest
Slide 31 - Tekstslide
Kernenergie wordt door sommigen gezien als een goede vervanger voor fossiele brandstoffen. Geef twee redenen waarom kernenergie een goede vervanger zou kunnen zijn voor fossiele brandstoffen.
Wat moet je doen? Onderstreeo dit!
Wat is het onderwerp? Onderstreep dit!
Slide 32 - Open vraag
Duurzame energie noemen we ook wel...
A
Rode energie
B
Gele energie
C
Blauwe energie
D
Groene energie
Slide 33 - Quizvraag
Ben je voor of tegen kernenergie?
A
Voor
B
Tegen
Slide 34 - Quizvraag
Wat is duurzame energie?
A
Energie die erg duur is
B
Energie die hernieuwbaar is
Slide 35 - Quizvraag
Wat is geen duurzame energie?
A
Zonne-energie
B
Bodemwarmte
C
kernenergie
D
Windenergie
Slide 36 - Quizvraag
Welke duurzame energiebron zie je hier?
A
Kernenergie
B
Waterkracht
C
Zonne-energie
D
Windenergie
Slide 37 - Quizvraag
Wat is een groot voordeel van Nucleaire Energie?
A
Het verbruikt weinig fossiele brandstoffen
B
Geen uitstoot van Co2
C
Geen afval
D
Het is met water op te wekken
Slide 38 - Quizvraag
Hieronder zie je zes voorbeelden van fossiele en duurzame energiebronnen. Herken jij ze? Zet ze bij het juiste rijtje
Fossiele energie
Duurzame energie
Slide 39 - Sleepvraag
Hieronder staan vier energiebronnen die in Nederland worden gebruikt. Zet ze in de volgorde van de energiebron die het meest wordt gebruikt tot de energiebron die het minst wordt gebruikt.
1
2
3
4
Biomassa
Fossiele energie
Windenergie
Zonne-energie
Slide 40 - Sleepvraag
Koppel het juiste nadeel aan de juiste energiebron.
Windenergie
Zonne-energie
Hydro-elektriciteit
Geothermische energie
Alleen geschikt in vulkanische gebieden
Levert in de winter nauwelijks energie op
Vooral geschikt voor bergachtige gebieden
Alleen geschikt voor kustgebieden of op zee
Slide 41 - Sleepvraag
Begrippen
energiebronnen.
Fossiele energiebronnen
Hernieuwbare energiebronnen
Grijze stroom
kernenergie.
Groene stroom
Slide 42 - Tekstslide
Aan het werk
Wat: maak §2.2 'Energiebronnen' vraag 1 t/m 6
Wanneer: deze les, en wanneer je het niet af krijgt, thuis afmaken!
Hulp: de theorie (Lees goed!)
buurman/buurvrouw naast je
de docent
Klaar: laat controleren, kijk na en maak de herhaling of verdieping