Powercollege 6_Nakijkblad

Maak opgave:
2, 3a, 4, 5, 6, 7, 9, 11, 12, 13  
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Maak opgave:
2, 3a, 4, 5, 6, 7, 9, 11, 12, 13  

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 2
  • a. Tot welke sector behoren de onderstaande bedrijven
  • 1. Tertiaire sector
  • 2. Quartaire sector
  • 3. Secundaire sector
  • 4. Primaire sector
  • b. Geef bij elke sector twee voorbeelden van beroepen
  • Primaire sector: vissers, boer en mijnwerker
  • Secundaire sector: Fabrieksmedewerkers, slager en bakker
  • Tertiaire sector: Accountant, kapper en vrachtwagenchauffeur
  • Quartaire sector: Dokter, leraar en brandweerman

Slide 2 - Tekstslide

Vraag 3a
  • Schijf onder elke afbeelding tot welke productiesector het werk hoort. 
  • Afbeelding 1:
  • Secundaire sector
  • Afbeelding 2:
  • Tertiaire sector 

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 4
  • Welke verdeling van de productiesectoren past bij een diensteneconomie als Nederland. Leg je keuze uit?
  • B. 

Slide 4 - Tekstslide

Vraag 5
  • Doen ze leidinggevend of uitvoerend werk?
  • A. Uitvoerend werk
  • B. Leidinggevend werk
  • C. Leidinggevend werk

Slide 5 - Tekstslide

Vraag 6
  • Hoe kan arbeidsverdeling voor een hogere productie zorgen? 
  • C.

Slide 6 - Tekstslide

Vraag 7
  • Welke beweringen zijn juist of onjuist? Geef een toelichting als de bewering onjuist is.
  • A. Onjuist, want je bent afhankelijk van de klanten die je inhuren.
  • B. Juist.
  • C. Onjuist, want een zelfstandige heeft niet altijd personeel in dienst.
  • D. Onjuist, een eenmanszaak heeft 1 eigenaar maar kan wel personeel in dienst hebben. 

Slide 7 - Tekstslide

Vraag 9
  • Noem een overeenkomst en een verschil tussen de eenmanszaak en een VOF 
  • Overeenkomst: Bij beide ondernemingsvormen kan het prive vermogen van de eigenaar worden afgeaptk\
  • Verschil: Bij een eenmanszaak heb je 1 eigenaar bij een VOF meerdere.

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 11
  • a. Van welke ondernemingsvorm kan iedereen aandelen kopen?
  • NV.
  • b. Op welke twee manieren kan een belegger geld verdienen met aandelen
  • 1. Doordat een bedrijf dividend uitkeert
  • 2. Doordat een aandeel meer waard wordt. 
  • c. Welk risico loop je als je geld belegt in aandelen?
  • Dat je geld verlies inplaats van verdient

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 12
  • Geef bij elk kenmerk aan bij welke ondernemingsvorm ze passen. Letop een kenmerk kan bij meerdere ondernemingsvormen passen. 
  • a. BV & NV
  • b. BV & NV
  • c. Eenmanszaak
  • d. Vof en BV 
  • e. Eenmanszaak en Vof 

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 13
  •  Wat kan een reden zijn om van een bedrijf een BV te maken terwijl het nu nog een VOF is?
  • Belastingvoordelen
  • Je privé vermogen kan niet worden afgepakt bij faillissement 

Slide 11 - Tekstslide