Schrijven verslag

Een verslag schrijven

1 / 13

Slide 1: Tekstslide

NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Een verslag schrijven

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen:

Je weet wat een verslag is.

Je kent de opbouw van een verslag

Je weet aan welke eisen een verslag moet voldoen.

Je kunt zelf een verslag schrijven.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De vis

Slide 3 - Tekstslide

De vis: de titel in de bovenste vin. Verdeling in kop, lijf en staart.

Inleiding

Hoe begin je een verslag?

Stel: je onderwerp is Amsterdam

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Amsterdam

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht (kern)

Wat weet jij al van de stad Amsterdam?

Schrijf er 5 zinnen over.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting

Hoe sluit je deze tekst goed af?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zomervakantie.

In de zomervakantie ging ik naar het strand en toen zag ik een aangespoelde walvis. Toen probeerde ik hem te redden en toen lukte dat niet. Toen heb ik de dierenambulance gebeld en toen paste de walvis er niet in. Toen hebben we hem laten liggen. Toen gingen we maar naar huis. Toen hebben we patat gehaald.

Lees dit verslag

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zomervakantie.

Dit verslag is nogal saai, omdat het woord 'toen' erg vaak in de tekst wordt gebruikt.

Welke woorden zou je in plaats daarvan kunnen gebruiken?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zomervakantie.

In de zomervakantie ging ik naar het strand en daar zag ik een aangespoelde walvis. Ik probeerde hem te redden, maar dat lukte niet. Vervolgens heb ik de dierenambulance gebeld. De walvis paste er niet in. Toen hebben we hem laten liggen. Daarna gingen we maar naar huis en hebben we patat gehaald.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een persoonlijk verslag schrijven.

In een persoonlijk verslag beschrijf je wat je hebt gedaan of wat er is gebeurd.

Je vertelt de lezer zoveel mogelijk.

Dat doe je door in je verslag uitgebreid antwoord te geven op een aantal vragen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijfvragen:

Over welke gebeurtenis gaat het verslag?

Waar is het gebeurd?

Wanneer is het gebeurd?

Wat is er gebeurd?

Hoe loopt de gebeurtenis af?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!

- Persoonlijk verslag (bijvoorbeeld over de vakantie)

- Verslag over reanimeren (burgerschap)

- Verslag uit stageboekje

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijven verslag

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Woordweb

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

Via Vervolg Extra Schrijven A