De lucht speelt een grote rol bij de temperatuur in een land.
De lucht kan namelijk worden afgekoeld of worden opgewarmd op twee manieren:
- Door zee
- Door land (aardoppervlak)
Jullie hebben gelezen dat het aardoppervlak sneller opwarmt dan water. Andersom is hetzelfde geval: het aardoppervlak koelt sneller af dan water. Hierdoor kan je dus in de zomer op een hete dag niet in het zand staan met je blote voeten, omdat de zonnestralen dit stuk snel opwarmen. Terwijl het tegen de avond goed te doen is om met je blote voeten op het strand te lopen.
De zee is dus in de zomer nog koel, omdat deze in de winter heeft kunnen afkoelen. Met als gevolg dat de wind in de zomer ook lekker koel is. Dit zorgt ervoor dat onze zomers niet overdreven warm zijn. Landinwaarts daarentegen (dit zijn landen zie verder van zee liggen) hebben deze invloed van zee niet, de temperatuur van dit land komt door het feit dat in de zomer dus het aardoppervlak erg warm wordt en de temperatuur ook hoger zal zijn dan landen die invloed hebben van zee.
Ofwel in de zomer: Hoe verder van zee, hoe warmer het is. // Ofwel in de winter: Hoe verder van zee, hoe kouder het is. We gaan er in de volgende dia's nog even verder mee oefenen.