In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
quiz
Slide 1 - Tekstslide
1ste ronde: juist of fout
Slide 2 - Tekstslide
De code van je bankkaart hou je best in de buurt van je kaart.
A
juist
B
fout
Slide 3 - Quizvraag
Indien je kaart gestolen is, je ze verloren bent of ingeslikt is in de bankautomaat, moet je zo snel mogelijk bellen naar CARD STOP.
A
juist
B
fout
Slide 4 - Quizvraag
Als je met payciniq wil betalen, moet je een QR-code inscannen.
A
juist
B
fout
Slide 5 - Quizvraag
Bij een overschrijving geef je de bank de opdracht om geld van jouw rekening over te zetten naar de rekening van degene aan wie je geld verschuldigd bent.
A
juist
B
fout
Slide 6 - Quizvraag
Je kan een online overschrijving doen met de app of op de website als je niet online bent.
A
juist
B
fout
Slide 7 - Quizvraag
Een zichtrekening is een rekening waar je een som geld voor een langere tijd aan de kant zet.
A
juist
B
fout
Slide 8 - Quizvraag
Als je geld op een spaarrekening zet, krijg je intrest.
A
juist
B
fout
Slide 9 - Quizvraag
Lenen kost geld.
A
juist
B
fout
Slide 10 - Quizvraag
Een domiciliëring = een doorlopende opdracht.
A
juist
B
fout
Slide 11 - Quizvraag
2de ronde: meerkeuzevragen
Slide 12 - Tekstslide
Welke van onderstaande begrippen is GEEN betaalmiddel
A
bankkaart
B
payconiq
C
cash geld
D
franchise
Slide 13 - Quizvraag
Een kaart waarbij het geld later van de rekening gaat, noemt men een...
A
betaalkaart
B
kredietkaart
C
prepaidkaart
Slide 14 - Quizvraag
Je leent een som geld die je kan gebruiken waarvoor je wil. De ontleende som betaal je terug door maandelijks een afgesproken bedrag te betalen. Hoe noemt men deze vorm van lenen?
A
leasing
B
aankoop op afbetaling
C
visa
D
lening op afbetaling
Slide 15 - Quizvraag
Welke verzekering is verplicht?
A
familiale
B
BA motorvoertuigen
C
brandverzekering
D
reisbijstand
Slide 16 - Quizvraag
Hoe noemt men het deel van het totale bedrag van de kosten of de schade die je zelf betaalt?
A
vrijstelling of franchise
B
premie
C
uitsluiting
D
dekking
Slide 17 - Quizvraag
Geld dat je opzij zet voor onverwachte kosten of uitzonderlijke uitgaven noemt men...
A
een spaarbuffer
B
een lening
C
een premie
Slide 18 - Quizvraag
3de ronde: sleepvragen
Slide 19 - Tekstslide
inkomsten
uitgaven
uitkering
loon
g.e.w.
huur
internet
voeding
Slide 20 - Sleepvraag
vaste uitgaven
variabele uitgaven
verzekering
benzine
kleding
gsm-abonnement
huur
Slide 21 - Sleepvraag
hulpverleningsdiensten bij budgetproblemen
cgg
caw
jac
ocmw
woonloket
Slide 22 - Sleepvraag
4de ronde: feedback
Slide 23 - Tekstslide
Ben je tevreden over de inhoud van de lessen ASV voor schoolverlaters?
😒🙁😐🙂😃
Slide 24 - Poll
Ben je tevreden over de manier van lesgeven van de leerkracht?