overleg

Onderwerpen planmatig werken 2
1. Overleg blz. 22 t/m 31
2. Feedback blz. 57 t/m 69
3. Rapporteren blz. 69 t/m 72
4. Leren blz. 73 t/m 77
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Onderwerpen planmatig werken 2
1. Overleg blz. 22 t/m 31
2. Feedback blz. 57 t/m 69
3. Rapporteren blz. 69 t/m 72
4. Leren blz. 73 t/m 77

Slide 1 - Tekstslide

OVERLEG 
Overleg = een gesprek tussen personen of groepen.
Een gesprek kan verschillende doelen hebben, bijvoorbeeld informatie uitwisselen of afspraken maken.

Slide 2 - Tekstslide

3 manieren om informatie te verkrijgen binnen een instelling
1. Informatie lezen in een werkplan
2. Informatie via je leidinggevende en je collega's
3. informatie door middel van overleg

Slide 3 - Tekstslide

wat is een werkoverleg?
= Een overleg tussen medewerkers of tussen leidinggevende en medewerkers.

Slide 4 - Tekstslide

Formeel werkoverleg
Een formeel werkoverleg is van tevoren vastgelegd

Slide 5 - Tekstslide

Kenmerken formeel overleg:
Er is een:
* datum
*tijd 
*locatie 
*onderwerpen bekend en
* het overleg is regelmatig en er is 
* een agenda


Slide 6 - Tekstslide

Informeel werkoverleg
= niet vastgesteld werkoverleg

Het overleg gaat wel over het werk, gebeurt vaak spontaan, even tussendoor.

Slide 7 - Tekstslide

Formeel of informeel?

Slide 8 - Tekstslide

Een agenda
= lijst met onderwerpen voor het werkoverleg

Een agenda heeft een vaste opbouw en wordt tijdig verstuurd naar de medewerkers.

Slide 9 - Tekstslide

Voordelen van een agenda:
* Je kunt nadenken over de onderwerpen;
* Medewerkers kunnen zelf agendapunten aanleveren;
* Problemen kunnen sneller opgelost worden;
* Medewerkers kunnen elkaar helpen bij problemen;
* Overleg motiveert medewerkers en leiding.

Slide 10 - Tekstslide

Agendapunten:
1. Opening
2. Mededelingen
3. Notulen
4. Rondvraag
5.Afsluiting = zijn vaste agendapunten
en 
variabele agendapunten

Slide 11 - Tekstslide

Doelen van een werkoverleg
* Informatie delen
* Mening delen
* Advies geven
* Afspraken maken
* Problemen oplossen
* Goede werksfeer behouden

Slide 12 - Tekstslide

Dan is dat geregeld. Henk werkt op eerste kerstdag. Annelies op tweede Kerstdag
A
Informatie delen
B
Afspraken maken
C
Mening delen
D
Advies geven

Slide 13 - Quizvraag

Volgende week donderdag hebben we een bijeenkomst over veiligheid.
A
Problemen oplossen
B
Informatie delen
C
Mening delen
D
Afspraken maken

Slide 14 - Quizvraag

Ik vind het erg vervelend dat ik op die dag geen vrij kan krijgen.
A
Afspraken maken
B
Advies geven
C
Problemen oplossen
D
Mening delen

Slide 15 - Quizvraag

Hoe gaan we om met de klachten die we krijgen over de wachttijden aan de telefoon?
A
Problemen oplossen
B
Afspraken maken
C
Mening delen
D
Advies geven

Slide 16 - Quizvraag

Peter gaat ons verlaten. hij heeft een andere baan gevonden dichter bij huis.
A
Mening delen
B
Afspraken maken
C
Informatie delen
D
Advies geven

Slide 17 - Quizvraag

Cliënten en bezoekers vinden het lastig om bepaalde ruimtes te vinden. Wie heeft er een idee hoe we ervoor kunnen zorgen dat de bewegwijzering in het gebouw duidelijker wordt?
A
Problemen oplossen
B
Advies geven
C
Afspraken maken
D
Informatie delen

Slide 18 - Quizvraag

Ik zag laatst een stofzuiger die zonder snoer werkt. Dat lijkt me een goede aankoop.
A
Advies geven
B
Mening geven
C
Informatie delen
D
Afspraken maken

Slide 19 - Quizvraag

Dan geef ik door dat Martijn en Leonie het personeelsfeest organiseren.
A
Informatie delen
B
Problemen oplossen
C
Afspraken maken
D
Advies geven

Slide 20 - Quizvraag

Ik ben het er niet mee eens dat ik die nieuwe taak krijg. Ik vind die taak bij Linda's functie hoort.
A
Advies geven
B
Informatie delen
C
Problemen oplossen
D
Mening geven

Slide 21 - Quizvraag

Ik denk dat we een nieuw koffiezetapparaat nodig hebben. Ik heb berekend dat een nieuw apparaat op lange termijn goedkoper is dan het apparaat dat we nu hebben.
A
Mening geven
B
Advies geven
C
Probleem oplossen
D
Afspraken maken

Slide 22 - Quizvraag

Taken werkoverleg
In een werkoverleg zijn er drie rollen:
* DE VOORZITTER
* DE NOTULIST
* DE DEELNEMER




Slide 23 - Tekstslide

Wat is de belangrijkste taak van een voorzitter?
A
De voorzitter leidt het werkoverleg.
B
De voorzitter luistert actief tijdens het werkoverleg.
C
De voorzitter notuleert het werkoverleg.
D
De voorzitter zit tijdens het werkoverleg vooraan.

Slide 24 - Quizvraag

Hoe kun je als medewerker het werkoverleg voorbereiden?
A
Dat hoeft niet, want de leidinggevende doet dit.
B
Je bekijkt de agendapunten die worden besproken.
C
Je maakt een lijst met agendapunten die je gaat bespreken.
D
Je vraagt collega's om hun mening over de agendapunten.

Slide 25 - Quizvraag

Hoe doe je actief mee tijdens een werkoverleg?
A
Je geeft een agendapunt door aan je leidinggevende.
B
Je geeft alleen advies als erom wordt gevraagd.
C
Je geeft je mening over een bepaald onderwerp.
D
Je leest de agendapunten goed door.

Slide 26 - Quizvraag

Wat is er besproken vandaag?
* Formeel en informeel overleg
* Agenda voor werkoverleg
* Opbouw werkoverleg
* Doelen werkoverleg
* Taken werkoverleg

Slide 27 - Tekstslide