6.1

Nederland en de wereld 
6.1 Globalisering
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Nederland en de wereld 
6.1 Globalisering

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kan uitleggen wat globalisering inhoudt 
  • Je kan uitleggen wat een wereldburger inhoudt

Slide 2 - Tekstslide

Globalisering 
Door allerlei ontwikkelingen kom je steeds meer in contact met de rest van de wereld. Denk aan de mogelijkheden van het internet, reizen die goedkoper worden en de herkomst van de producten die jij koopt. Dit noemen we globalisering.

Globalisering => mensen op de wereld zijn steeds meer met elkaar verbonden
Kijken: Leg uit dat Nederland door globalisering meer afhankelijk is geworden van andere landen.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Globalisering

Slide 5 - Tekstslide

Wereldburgerschap 

Wereldburgerschap = > Nieuwsgierigheid naar andere landen en betrokkenheid met de mensen daar.


We bespreken een aantal voorbeelden van de invloed die globalisering op ons heeft.

Slide 6 - Tekstslide

Wereldburgerschap

Slide 7 - Tekstslide

Internet
Door internet kunnen we razendsnel communiceren en zo kennis delen en informatie verzamelen.

  • Voordeel: meer onafhankelijkheid + sociale contacten onderhouden.
  • Nadeel: Te veel informatie om te beoordelen wat betrouwbaar is.  

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

De wereld rond
Verre reizen worden steeds makkelijker en goedkoper.

  • Voordeel: toerisme levert de verschillende landen veel geld op.
  • Nadeel: Al die reizigers zorgen ook voor vervuiling en overlast en brengen bijvoorbeeld het Corona-virus met zich mee. 

Slide 10 - Tekstslide

Wereldhandel
Door de globalisering neemt de wereldhandel toe. 
  • Voordeel: Er is steeds meer te koop en producten kunnen goedkoop gemaakt worden.
  • Nadeel: Productie (dus werk) verplaatst naar lage lonen landen + arbeiders in lage lonen landen worden vaak onderbetaald. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Wereldpolitiek
Landen zijn steeds meer afhankelijk van elkaar. Samen moeten er oplossingen voor grote problemen worden bedacht.
  • Voordeel: problemen kunnen grondiger worden aangepakt.
  • Nadeel: Landen moeten zich dan wel aan internationale afspraken houden. 

Slide 13 - Tekstslide

Welke stelling is juist?
1. Een wereldburger is nieuwsgierig naar andere landen en betrokken bij de mensen die daar wonen.
2. Iemand die via webshops in verschillende landen spullen koopt, is een wereldburger.
A
Alleen stelling 1 is juist.
B
Alleen stelling 2 is juist.
C
Beide stellingen zijn juist.
D
Beide stellingen zijn onjuist.

Slide 14 - Quizvraag

Voel jij je een wereldburger?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Welke invloed heeft globalisering op de wereldhandel?

A
Alles is veel duurder geworden.
B
Door het internet is er minder handel.
C
Landen drijven meer handel met elkaar.
D
Westerse landen produceren meer.

Slide 16 - Quizvraag

Wat is waar?
A
Hoe minder invoerheffingen hoe minder handel
B
Hoe hoger invoerheffingen hoe minder wereldhandel
C
Hoe meer invoerheffingen hoe meer wereldhandel

Slide 17 - Quizvraag

Kun je een voorbeeld geven van een internationale organisatie die bijdraagt aan internationale veiligheid of klimaatverandering?

Slide 18 - Open vraag