Trias politica

Welke drie machten kennen wij in onze democratische rechtsstaat?
A
Landmacht, luchtmacht en politiemacht
B
Uitvoerende macht, wetgevende macht en rechterlijke macht
C
Uitvoerende macht, controlerende macht en instemmende macht
1 / 18
volgende
Slide 1: Quizvraag
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welke drie machten kennen wij in onze democratische rechtsstaat?
A
Landmacht, luchtmacht en politiemacht
B
Uitvoerende macht, wetgevende macht en rechterlijke macht
C
Uitvoerende macht, controlerende macht en instemmende macht

Slide 1 - Quizvraag

Bij hoeveel personen ligt de macht meestal in een dictatuur?
A
Bij 1 persoon
B
Bij alle mannen
C
Bij iedereen

Slide 2 - Quizvraag

Wie beslist of iemand schuldig is aan het plegen van een strafbaar feit?

A
Rechter
B
Tweede Kamer
C
Regering

Slide 3 - Quizvraag

Tot welke macht behoort de Tweede Kamer?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechterlijke macht

Slide 4 - Quizvraag

Welke groep mensen moet zowel wetten ontwerpen als uitvoeren?
A
Rechters
B
Kamerleden
C
Ministers

Slide 5 - Quizvraag

Tot welke macht behoren politieagenten?

A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechterlijke macht

Slide 6 - Quizvraag

Welke stelling is onjuist?
A
Rechters zijn onafhankelijk
B
Rechters kunnen alleen ontslagen worden door de minister
C
Rechters worden voor het leven benoemd.

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een grondwet?
A
Een wet waarin staat op grond waarvan een rechter iemand kan veroordelen.
B
Een wet waar de grondrechten van de Nederlanders in staan.
C
Een wet waarin staat hoe de overheid met de grond moet omgaan.

Slide 8 - Quizvraag

Wat gebeurt er als twee artikelen in de Grondwet met elkaar botsen?

A
Het grondrecht met het laagste nummer is belangrijker
B
Het grondrecht met het hoogste nummer is belangrijker
C
De rechter beslist dit per geval.

Slide 9 - Quizvraag

Rechtsstaat
Nederland is een democratie: “Het volk regeert”. De macht van het volk is verdeeld in drie soorten machten. Mensen die regels maken, mensen die regels uitvoeren en mensen die controleren of iedereen zich aan de regels houdt. 

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 1

a. Zet de drie verschillende machten in een tabel.


b. Geef bij iedere macht een voorbeeld van een taak of functie.

Slide 11 - Tekstslide

Grondwet
De allerbelangrijkste wetten van Nederland staan in de grondwet. De grondwet bevat rechten én plichten.

Slide 12 - Tekstslide

De wetgevende macht, de Tweede Kamer
De Tweede Kamer hoort bij een van de drie machthebbers uit de trias politica: de wetgevende macht. De honderdvijftig leden (zetels) van de Tweede Kamer maken samen de regels. Hoe de zetels van de Tweede Kamer worden gevuld, zie je in deze video:
In de Tweede Kamer zitten mensen namens een politieke partij. We delen die politieke partijen op in ‘links’ en ‘rechts’.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 2


Wat wordt bedoeld met links en rechts, leg dit uit.

Slide 14 - Tekstslide

De uitvoerende macht, kabinet
Het kabinet (de ministers en staatssecretarissen) maakt ook deel uit van de trias politica. Zij zijn de uitvoerende macht, zij moeten de door Tweede Kamer bedachte regels gaan uitvoeren.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 3
a. Vaak wordt voor het kabinet het woord regering gebruikt. Toch zit er een groot en belangrijk verschil tussen kabinet en regering. Leg uit welk verschil dit is.

b. Leg uit wat de twee taken zijn van het kabinet.

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk


Ga nu alvast aan de slag met je huiswerk. Maken paragraaf parlementaire democratie.

Slide 17 - Tekstslide

Wat heb je vandaag
geleerd?

Slide 18 - Woordweb