Thuiswerkers: Nieuwe planten onderdeel C en D

Mars vs Aarde
Nieuwe planten onderdeel C 

1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Mars vs Aarde
Nieuwe planten onderdeel C 

Slide 1 - Tekstslide

Welkom Thuiswerkers
Via deze powerpoint ga je zelfstandig verder werken aan het onderwerp Mars vs Aarde. Na het bekijken en het maken van de opdrachten ga je verder werken aan learnbeat.

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
Maak de onderstaande vragen over bloemen. 
Wat weet je nog van vorig week?

Slide 3 - Tekstslide

kelkblad
stamper
meeldraad
kroonblad

Slide 4 - Sleepvraag

Hoe noemen we de groene blaadjes van een knop?En wat doen ze (2 antwoorden aanvinken)
A
kroonbladeren
B
Insecten lokken
C
kelkbladeren
D
Bloem beschermen tegen uitdroging en kou

Slide 5 - Quizvraag

Kroonblad
Bloemsteel
Stamper
Meeldraad
Kelkblad

Slide 6 - Sleepvraag

Mannelijke onderdeel van de bloemplant
Vrouwelijke onderdeel van de bloemplant
Stamper
Meeldraad
Stuifmeelkorrels

Slide 7 - Sleepvraag

Is de stamper het mannelijke of vrouwelijke voortplantingsorgaan?
A
mannelijke voortplantingsorgaan
B
vrouwelijke voortplantingsorgaan

Slide 8 - Quizvraag

Zijn meeldraden mannelijke of vrouwelijke voortplantingsorganen?
A
mannelijke voortplantingsorganen
B
vrouwelijke voortplantingsorganen

Slide 9 - Quizvraag

Stempel
Vruchtbeginsel
Stijl

Slide 10 - Sleepvraag

Hoe noemen we de felgekleurde blaadjes van een bloem? En wat doen ze
A
kroonbladeren
B
De bloem beschermen tegen uitdroging en kou
C
kelkbladeren
D
Insecten aantrekken

Slide 11 - Quizvraag

Een lila bloem
met groene
bladeren
Je ziet
A
6 meeldraden 1 stamper
B
6 stampers 1 meeldraad
C
6 meeldraden 1 stamper gekleurde kelkbladeren
D
6 meeldraden 1 stamper groene kroonbladeren

Slide 12 - Quizvraag

Hoe noemen we de geel gekleurde delen?
A
kroonbladeren
B
stamper
C
kelkbladeren
D
meeldraden

Slide 13 - Quizvraag

Bij welke pijl
is er sprake
van bestuiving?
A
pijl a
B
pijl b
C
pijl c
D
geen van de pijlen

Slide 14 - Quizvraag

Insectenbloem
Windbloem
Gekleurde kroonbladen
Nectar
Veel stuifmeelkorrels
Gladde stuifmeelkorrels
Groene kleine flut bloemetjes
Kleverige stuifmeelkorrels
Geurend
Stamper hangt buiten de kroonbladen 
Meeldraad hangt buiten de kroonbladen 

Slide 15 - Sleepvraag

windbloem
Insektenbloem

Slide 16 - Sleepvraag

Opdracht
Bekijk de video's en maak de opdrachten die bij de video's horen. Na de powerpoint  maak je je eigen planning. Zorg ervoor dat je bij loopt met de opdrachten in learnbeat. Dit is de planning voor de les M&N:
       Video 1: Bevruchting
       Video 2: Vruchten en zaden
       Video 3: Zaden verspreiden
      

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Bevruchting
  • Stuifmeelkorrel en stuifmeelbuis
  • Eicel in zaadbeginsel
  • Geslachtelijke voortplanting
  • Kruisen en selectie

Slide 19 - Tekstslide

Stuifmeelkorrel komt op stempel neer
Stuifmeelkorrel vormt stuifmeelbuis
Kern van zaadcel komt bij eicel: Bevruchting!!

Slide 20 - Tekstslide


Wat is de juiste volgorde?
Eerst moet de stuimeelkorrel op de stempel komen.
Daarna groeit deze naar beneden.
Als hij bij het zaadbeginsel is aangekomen kan hij de eicel bevruchten
A
groei stuifmeelbuis, bestuiving, bevruchting, zaadvorming
B
zaadvorming, groei stuifmeelbuis, bestuiving, bevruchting
C
zaadvorming, groei stuifmeelbuis, bevruchting, bestuiving
D
bestuiving, groei stuifmeelbuis, bevruchting, zaadvorming

Slide 21 - Quizvraag

In welk onderdeel van een bloem vindt bevruchting plaats?




A
Helmknop
B
Stempel
C
Stijl
D
Vruchtbeginsel

Slide 22 - Quizvraag

Hoeveel zaadbeginsels zie je hier?
A
1
B
2
C
5
D
10

Slide 23 - Quizvraag

Kijk goed!
Heeft hier bestuiving plaatsgevonden?
Heeft hier bevruchting plaatsgevonden?
A
wel bestuiving, geen bevruchting
B
zowel bestuiving als bevruchting
C
geen bestuiving, wel bevruchting
D
geen bestuiving, geen bevruchting

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Video

Na bevruchting
Zaad- en vruchtbeginsel groeien
Kroonbladeren + meeldraden vallen af
Vruchtbeginsel wordt langer
Bloemkelk en stijl verschrompelen.

Boon rijp? zaadhuid wordt donkerder
Vrucht breekt open en zaden komen vrij.

Slide 26 - Tekstslide

Wat gebeurd er na bevruchting met de bloemkelk?
A
Groeit uit tot vrucht
B
Groeit uit tot bloem
C
Verschrompelt
D
blijft gewoon een bloemkelk

Slide 27 - Quizvraag




Sommige vruchten bevatten vruchtvlees: het zachte, soms eetbare gedeelte van de vrucht. Vruchtvlees kan ontstaan uit het vruchtbeginsel of uit de bloembodem. In afbeelding 3 zie je de ontwikkeling van bloem tot vrucht bij een appel.

Slide 28 - Tekstslide

Appels, kersen, tomaten en peulen zijn vruchten. Bonen, erwten en de pitten in appels, kersen en tomaten zijn zaden. In sommige vruchten zit maar één zaad, in andere vruchten zitten meerdere zaden. Een meloen kan meer dan honderd zaden bevatten. Voor elk van deze zaden is de kern van de eicel in een zaadbeginsel versmolten met de kern van een stuifmeelkorrel.

Slide 29 - Tekstslide

Groeien uit tot een vrucht
Groeien uit tot een zaad
Vallen af
Verschrompelen
Kroonbladeren
Meeldraden
Bloemkelk
Vruchtbeginsel
Zaadbeginsel met bevruchte eicel

Slide 30 - Sleepvraag

Een passievrucht is ontstaan uit een passiebloem.
In deze passievrucht zitten honderd zaden.
Hoeveel stuifmeelkorrels zijn nodig geweest om honderd zaden te laten ontstaan?
A
1
B
50
C
100
D
200

Slide 31 - Quizvraag

Hoeveel stuifmeelbuizen zijn minstens gegroeid door deze stijl als er honderd zaden ontstaan?
A
200
B
100
C
1
D
50

Slide 32 - Quizvraag

Hoeveel eicellen zijn bevrucht als er honderd zaden ontstaan?
A
50
B
1
C
200
D
100

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Video

Door plant
Door wind

Slide 35 - Tekstslide

Door dieren

Slide 36 - Tekstslide

Door poep

Slide 37 - Tekstslide

wind
dieren
plant zelf

Slide 38 - Sleepvraag

Wat moet je weten?
  • Meeldraden: helmdraad, helmknop: helmhokje, stuifmeelkorrels (mannelijk)
    . Stamper: stempel, stijl, vruchtbeginsel: zaadbeginsels: kern, eicel (vrouwelijk) 
  • Bestuiving: overbrengen stuifmeel van meeldraad op stempel van stamper
    . Zelfbestuiving: dezelfde bloem of andere bloem op dezelfde plant bestuiven. Kruisbestuiving: bloem van een andere plant bestuiven (insectenbloemen, windbloemen) 
  • Bevruchting: stuifmeelkorrel op stempel vormt stuifmeelbuis, kern stuifmeelkorrel versmelt met kern eicel in vruchtbeginsel. Eén stuifmeelkorrel kan één eicel bevruchten.  Voor elke bevruchtte eicel ontstaat een zaadje, bloembodem kan vruchtvlees worden 
  • Verspreiding vruchten en zaden: door plant zelf, door de wind, door dieren

Slide 39 - Tekstslide

Planning
Na deze filmpjes ga je zelfstandig aan de slag met.
Maak je eigen planning. Zorg ervoor dat je bij loopt met de opdrachten in learnbeat. 
A: Learnbeat opdracht 3.4 onderdeel C
B: Werken aan het bewijs

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide