H5 par. 1 Handel en de opkomst van steden

H5 Steden, staten en de kerk
Par. 1 Handel en de opkomst van steden
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H5 Steden, staten en de kerk
Par. 1 Handel en de opkomst van steden

Slide 1 - Tekstslide

middeleeuwen 500 - 1500
  • vroege middeleeuwen 500 - 1000
  • late middeleeuwen 1000 - 1500
  • Dit hoofdstuk = late middeleeuwen
  • Tijdvak steden en staten 
  • Periode: middeleeuwen

Slide 2 - Tekstslide

Invalshoeken
  • Economisch: 
  • wat zijn de middelen van bestaan? 
  • Denk hierbij bijvoorbeeld jagen en verzamelen, landbouw, industrie. 
  • Hoe komen mensen aan hun inkomsten?
 

Slide 3 - Tekstslide

Invalshoeken
  • Politiek-bestuurlijk: 
  • hoe wordt de samenleving bestuurd? 
  • Wie is de baas? 
  • Welke regels en wetten zijn er?
 

Slide 4 - Tekstslide

Invalshoeken
  • sociaal: 
  • dit gaat bijvoorbeeld over de leefomstandigheden van mensen en de verschillende sociale lagen. 
  • Zijn er grote verschillen tussen mannen/vrouwen en arm/rijk? 
  • Leven de mensen in de stad of op het platteland?

Slide 5 - Tekstslide

Invalshoeken
  • cultureel: wat denken en voelen de mensen en hoe uitten ze dit?
  • bijvoorbeeld in hun gewoontes en regels, 
  • geloof, 
  • kunst en 
  • wetenschap. 

Slide 6 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten H5
Herleving van de stedelijk cultuur
Ontstaan van de stedelijke burgerij
De investituurstrijd
Expansie Christelijke wereld / Kruistochten
Staatsvorming en centralisatie

Slide 7 - Tekstslide

Oorzaak en gevolg
De oorzaak is de reden waarom er iets gebeurt.

Het gevolg is wat er daarna gebeurt; hoe gaat het verder?

Slide 8 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de oorzaken noemen van de opkomst van steden in de late middeleeuwen.
  • Je kunt uitleggen dat er weer een geldeconomie ontstond.
  • Je kunt aan de hand van een voorbeeld van een middeleeuws netwerk tussen handelssteden uitleggen waarom samenwerking voordelig was.
  • Je kent de begrippen en jaartallen uit deze paragraaf.

Slide 9 - Tekstslide

Er komen weer steden
  • Veranderingen rond het jaar 1000 in Noordwest Europa:
  • Opkomst handel en nijverheid.
  • Opkomst steden.

  • Continuïteit rond het jaar 1000 in Noordwest Europa:
  • Meeste mensen woonden en werkten op het platteland.

Slide 10 - Tekstslide

Er komen weer steden
Oorzaken veranderingen:
  1. Hogere opbrengsten in de landbouw.
  2. Meer landbouwgrond door ontginnen.

Slide 11 - Tekstslide

Er komen weer steden
  1. Hogere opbrengsten in de landbouw door:
  • halsjuk
  • ijzeren ploeg
  • drieslagstelsel

Slide 12 - Tekstslide

Halsjuk en ijzeren ploeg

Slide 13 - Tekstslide

Er komen weer steden
2. Meer landbouwgrond door ontginnen:
  • bossen gekapt
  • moerassen doorgelegd

Slide 14 - Tekstslide

Er komen weer steden
Door deze twee veranderingen was er voldoende voedsel, gevolgen:
  • bevolkingsgroei
  • op markten werden voedseloverschotten geruild
  • bij markten ontstonden dorpjes
  • dorpjes groeiden uit tot steden 
  • boeren gingen in steden als ambachtsman en handelaar werken (vrij)
  • ontstaan agrarisch stedelijke samenleving

Slide 15 - Tekstslide

Er komen weer steden
Markten ontstonden op kruispunten van wegen en rivieren, maar ook bij kloosters en kastelen.

Slide 16 - Tekstslide

Er komt meer geld in omloop
Het ontstaan van een geldeconomie was ook een belangrijke verandering.

Slide 17 - Tekstslide

Domeinheren vonden pacht in voedsel steeds onhandiger en eisten vanaf de 13e eeuw pacht en belasting in geld. Waarom?

Slide 18 - Open vraag

Ook boeren vonden ruilhandel steeds vervelender, waarom?

Slide 19 - Open vraag

Er komt meer geld in omloop
  • Elk koninkrijk en bijna iedere stad had een eigen munt.
  • Een handelaar moest dus steeds geld wisselen.

Slide 20 - Tekstslide

Handelsnetwerken
  • Er kwam steeds meer handel over grote afstanden: binnen en buiten Europa.
  • Sommige handelssteden verdienden extra door tol te heffen: passerende schepen moesten geld betalen.

Slide 21 - Tekstslide

Handelsnetwerken
  • Vanaf de 12e eeuw  gingen kooplieden uit steden in het noorden van Europa samenwerken.
  • Hanze: handelsverbond van steden langs de Noordzee en Oostzee.

Slide 22 - Tekstslide

Handelsnetwerken
  • Oostzeegebied: haring, hout, kruiden en graan.
  • Engeland: wol en linnen.
  • Deventer, Zutphen, Kampen, Harderwijk en Zwolle.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Handelsnetwerken
Voordelen Hanze:
  1. Koggeschepen konden in groepjes varen om zich te beschermen tegen piraten.
  2. Samenwerkende handelaren konden eisen dat ze minder tol hoefden te betalen.
  3. Leveranciers mochten niet werken met concurrende handelaren die geen lid waren van de Hanze.

Slide 25 - Tekstslide

Handelsnetwerken
  • In Lubeck kwamen Hanzesteden bij elkaar voor overleg.
  • In Brugge ontmoetten Hanzekooplieden kooplieden uit Zuid-Europa.

Slide 26 - Tekstslide

Wat zijn voordelen van het lidmaatschap bij de Hanze? Noem er 1.

Slide 27 - Open vraag