Assertiviteit les 2.5

Welzijn/communicatie
Assertief zijn
Assertiviteit
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welzijn/communicatie
Assertief zijn
Assertiviteit

Slide 1 - Tekstslide

LESDOELEN

1) Je kunt in je eigen woorden uitleggen wat 'assertiviteit, sub-assertief en agressiviteit' betekent.

2) Je kunt een voorbeeld geven van een assertieve reactie. 

3) Je kunt in je eigen woorden de verschillen noemen tussen een assertieve reactie, een subassertieve reactie en agressieve reactie.

Slide 2 - Tekstslide

Vind jij het moeilijk om voor jezelf op te komen?
Ja
nee
Geen idee

Slide 3 - Poll

Wie is het eens met deze stelling?

Slide 4 - Tekstslide

op welke manier reageer jij in de meeste situaties?

Slide 5 - Tekstslide

Non-assertief: 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Video non assertief
Maak 2 tallen en bespreek wat jullie hebben gezien in de video

Wat vonden jullie van dit gedrag?

Herkennen jullie dit gedrag?

Slide 8 - Tekstslide

Agressief gedrag:

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Zou jij op deze manier op je werk/stage voor je zelf op durven te komen?
Ja zeker
Nee
Niet op mijn werk maar wel prive
Geen idee

Slide 11 - Poll

Assertief gedrag:

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Assertiviteit

Assertiviteit betekent je eigen mening respecteren en die ook laten horen. 


Slide 14 - Tekstslide

Waarom is het moeilijk om voor jezelf op te komen (assertief zijn)?
  1. Je bent (te) bescheiden
  2. Je bent bang voor de reactie van de ander
  3. Je hebt te hoge verwachtingen (gaat ervan uit, dat de ander het wel weet)
  4. Je bent verlegen (weinig zelfvertrouwen)
  5. Je voelt je snel schuldig
  6. Je bent een eenling
  7. Je maakt bewust de keuze

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Casus + reactie
Iedere duo krijgt een papier met 'manieren van reageren":
Assertief, Agressief, of Non - assertief.
Vervolgens komt er een stelling op het bord. Jullie gaan in je duo overleggen  en kiezen een reactie die jullie passend vinden.

Slide 17 - Tekstslide

'Een collega praat zo veel tijdens de vergadering dat jij er niet tussen komt'.

Slide 18 - Tekstslide

'Een collega vraagt of jij zijn taken voor de rest van de dag over wil nemen, maar jij hebt het al zo druk'.

Slide 19 - Tekstslide

'Bij het overdragen van de dienst merk je telkens dat meneer Pieters niet verschoond is'. 

Slide 20 - Tekstslide

'Een zorgvrager vindt het heel vanzelfsprekend dat jij haar was doet, jij vindt dat ze dit ook zelf kan'.

Slide 21 - Tekstslide

'Familie van Mw. wil graag dat jij de ramen zeemt. Mw. vindt het altijd fijn om door een schoon raam te kijken'. 

Slide 22 - Tekstslide

'Je bent het niet eens met de beslissing die tijdens de vergadering over Mw. Jansen genomen wordt'.

Slide 23 - Tekstslide

Assertiviteit stoel
Drie studenten gaan op een stoel zitten. zij krijgen een kaartje met hoe zij moeten reageren. dit kan zijn:
Assertief, Agressief, of Non - assertief.
Allereerst, schrijft ieder een situatie op vanuit stage, waar hij/zij het lastig vond om assertief te reageren.
Een studenten gaat met deze casus naar een stoel. De student vertelt en op basis van welke stoel hij/zij kiest reageert de persoon die op de stoel zit.

Slide 24 - Tekstslide

Zijn de lesdoelen behaald?
1) Je kunt in je eigen woorden uitleggen wat 'assertiviteit, sub-assertief en agressiviteit' betekent.

2) Je kunt een voorbeeld geven van een assertieve reactie.
3) Je kunt in je eigen woorden de verschillen noemen tussen een assertieve reactie, een subassertieve reactie en agressieve reactie.

Slide 25 - Tekstslide

Zijn er nog vragen/onduidelijkheden

Slide 26 - Tekstslide