Werking van het immuunsysteem: niet-specifieke immuniteit

Module 04: Immuniteit


Hfst. 1 Werking van het immuunsysteem

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurwetenschappenSecundair onderwijs

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Module 04: Immuniteit


Hfst. 1 Werking van het immuunsysteem

Slide 1 - Tekstslide

M04 Immuniteit
Hfst. 1: Werking van het immuunsysteem

Hfst. 2: Immunisatie

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 1: Werking van het immuunsysteem
Leerdoelen:
  • het belang van het immuunsysteem formuleren
  • de werking van het immuunsysteem beschrijven 
  • het verschil tussen specifieke en niet-specifieke immuniteit toelichten

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog van de les?

Slide 4 - Tekstslide

Wat is een pathogeen? Geef ook één voorbeeld.

Slide 5 - Open vraag

Niet-specifieke immuniteit ...
A
richt zich tegen een bepaald pathogeen
B
is verworven immuniteit
C
treedt als eerste in actie bij contact met een pathogeen
D
zorgt ervoor dat er een geheugen ontstaat voor een ziekte

Slide 6 - Quizvraag

Welke immuniteit speelt een rol bij een allergie?
A
de niet-specifieke immuniteit
B
de specifieke immuniteit

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een antigeen?
A
elk lichaamsvreemd organisme
B
een lichaamsvreemde molecule die een afweerreactie opwekt
C
een lichaamsvreemde stof die ons ziek maakt
D
een eiwit dat we vormen bij een ontstekingsreactie

Slide 8 - Quizvraag

Hoe verklaar je dat een ontstoken lichaamsdeel rood wordt?

Slide 9 - Open vraag

eerste verdedigingslijn
tweede verdedigingslijn
melkzuurbacteriën in de vagina
hoornlaag
darmflora
zwelling
macrofagen
microbioom van de huid
slijm in de luchtpijp
neutrofielen
roodheid huid

Slide 10 - Sleepvraag

Omschrijf het begrip 'fagocytose'.

Slide 11 - Open vraag

Welke cellen doen aan faocytose?
A
alle cellen van het niet-specifieke immuunsysteem
B
macrofagen, neutrofielen, dendritische cellen en natural killercellen
C
macrofagen en neutrofielen
D
macrofagen, neutrofielen en dendritische cellen

Slide 12 - Quizvraag


Welke cel wordt hier afgebeeld?
A
dendritische cel
B
macrofaag
C
natural killercel
D
neutrofiel

Slide 13 - Quizvraag


Welke cel van het niet-specifiek immuunsysteem wordt in deze cartoon getoond?
A
dendritische cel
B
neutrofiel
C
natural killercel
D
macrofaag

Slide 14 - Quizvraag

Macrofagen en dendritische cellen activeren andere cellen door antigeenpresentatie. Wat bedoelt men met 'antigeenpresentatie'?

Slide 15 - Open vraag