kostenfuncties en opbrengstenfuncties in een grafiek tekenen.
• voorbeelden geven van constante kosten en variabele kosten.
• verklaren dat een producent winst maakt als de totale opbrengst hoger is dan de totale kosten en dit zowel grafisch als rekenkundig onderbouwen.
• uitleggen dat het break-evenpunt een belangrijk omslagpunt is bij de afweging om wel of niet toe te treden tot een markt.
• de relatie tussen totale kosten en gemiddeld kosten verklaren en berekenen.
• met behulp van de kosten- en de opbrengstlijn de afzet met maximale totale winst afleiden.
• met behulp van de kosten- en de opbrengstfunctie de afzet met maximale totale winst berekenen.
• uitleggen dat de totale winst toeneemt zolang de marginale opbrengst hoger is dan de marginale kosten.
• uitleggen dat de totale winst afneemt als de marginale opbrengst lager is dan de marginale kosten.
• uitleggen dat de totale winst maximaal is als de marginale opbrengst gelijk is aan de marginale kosten.