Klaar?Klas: pak je leesboek / Thuis: eerst check van mij of alles ook echt af is. Als dat zo is, mag je uit de les.
Slide 2 - Tekstslide
Doel vd les
- rijmende uitdrukkingen herkennen en aanvullen
- beginrijm (alliteratie) en eindrijm herkennen
Slide 3 - Tekstslide
Terugblik woordenschat H4
Rijmende uitdrukkingen
In veel uitdrukkingen staan woordparen. Als deze woorden op elkaar rijmen, spreken we van rijmende uitdrukkingen. Het kan gaan om:
- beginrijm of alliteratie: voor dag en dauw, dik en dun, weer en wind, bar en boos, huid en haar
- eindrijm:met hand en tand, wijd en zijd, slikken of stikken, hoog en droog, reilen en zeilen, heg noch steg.
Ze zijn altijd figuurlijk bedoeld.
Slide 4 - Tekstslide
Rijmende uitdrukkingen
Alliteratie:
Ook wel: beginrijm
Slide 5 - Tekstslide
Beginrijm/alliteratie
kant & ....
A
klaar
B
bant
C
rand
D
kort
Slide 6 - Quizvraag
Eindrijm
heug & ..
A
heel
B
teug
C
hoog
D
meug
Slide 7 - Quizvraag
Rijmende uitdrukkingen zijn onder te verdelen in uitdrukkingen met ...rijm en ...rijm.
Slide 8 - Open vraag
Rijmende uitdrukkingen
Het kan ook in langere uitdrukkingen.
Baat het niet, dan schaadt het niet.
Slide 9 - Tekstslide
Juist of onjuist? Rijmende uitdrukkingen kunnen beginrijm en/of eindrijm bevatten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quizvraag
meten is .....
A
scheten
B
weten
C
maten
D
heten
Slide 11 - Quizvraag
Vul de rijmende uitdrukkingen aan:
De jongen was na de bokstraining bont en.....
Slide 12 - Open vraag
Zonder blikken of blozen =
A
zonder rood te worden
B
zonder schaamte
C
zonder te kijken
D
zonder gekkigheid
Slide 13 - Quizvraag
KENMERKEN RIJMENDE UITDRUKKINGEN
Er zijn geen regels voor.
Je moet ze uit je hoofd leren + veel gebruiken.
Slide 14 - Tekstslide
Rutte werd gefouilleerd van top tot...
A
been
B
scheen
C
kop
D
teen
Slide 15 - Quizvraag
Britt zat bij Jinek in geuren en.... te vertellen over haar werk.
A
scheuren
B
graaien
C
kleuren
D
gaan
Slide 16 - Quizvraag
Een ezel stoot zich in het algemeen niet tweemaal aan dezelfde.....
A
teen
B
steen
C
rots
D
wezel
Slide 17 - Quizvraag
Aan de slag met de online opdrachten
Check of je alles (dus ook de startopdracht) hebt gemaakt. Ik weet dat lang niet iedereen het afheeft en sommigen hebben helemaal niets gemaakt, dus ....
Check ook of je opdrachten moet verbeteren (gele pijltje)
Klaar? Lezen in de klas/thuis: uit de les na controle door mij.
PS: De lesuren zijn kort, dus er is meestal huiswerk. Maak je dat niet, dan merk je dat bij de beoordeling van je werkhouding én je toetsresultaat. Dit is uit de echt categorie: zelfstandigheid!!!!