Voor het eerst bij Beeld en Geluid op school? Kijk hier voor een korte instructie.
Een les van Randy Markx (Creative Business-Student) in opdracht van Beeld & Geluid.
1 / 23
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3-6
This lesson contains 23 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Introduction
Leerlingen ontwikkelen een eigen concept gebaseerd op eigen ideeën en gedachten. Ze houden rekening met het idee (het concept), het materiaal, de vorm en de betekenis. Dit zijn de drie onderdelen (betekenis, vorm en materie) die van belang zijn bij het beeldend werken.
Items in this lesson
Kunst heeft een vorm
Les 3 - Kunst & Vorm
Voor het eerst bij Beeld en Geluid op school? Kijk hier voor een korte instructie.
Een les van Randy Markx (Creative Business-Student) in opdracht van Beeld & Geluid.
Slide 1 - Slide
Introduceer het onderwerp van de les:
De beeldaspecten: compositie, vorm en ruimte.
Les 3: Kunst & Vorm
Leerdoel: Je kan nadenken over de vorm (in verhouding met het materiaalgebruik) en wat hij/zij ermee wil zeggen en/of laten zien.
Beeld: Publiek Domein
Slide 2 - Slide
Communiceer het doel van de les:
De leerling kan nadenken over de vorm (in verhouding met het materiaalgebruik) en wat hij of zij ermee wil zeggen en/of laten zien.
Vormen
Alles wat je ziet heeft een vorm. Een stoel heeft een ruimtelijke vorm en een A4 papiertje heeft een platte vorm.
Een schelp heeft een organische (natuurlijke) vorm terwijl een piramide een geometrische (wiskundige) vorm heeft.
Een voorwerp heeft een buitenvorm en kan ook nog een zichtbare binnenvorm hebben.
Beeld: Publiek Domein
Slide 3 - Slide
Alles wat je ziet heeft een vorm. Een vorm neemt ruimte in (een ruimtelijke vorm), of juist niet (een platte vorm). Daarnaast kan een vorm zowel organisch (natuurlijk) als geometrisch (wiskundig) zijn, en kan een voorwerp een buiten- maar ook een binnen- vorm hebben. Al deze verschillen worden verderop deze les toegelicht.
Welke verschillende vormen kunnen jij benoemen?
Slide 4 - Open question
Activeren van voorkennis: Stel je leerlingen de vraag welke verschillende soorten vormen zij al kunnen benoemen.
Platte vormen
Dit zijn vormen waarvan je de zijkant niet ziet. De vormen zijn met passer of liniaal te tekenen en bestaan uit een kleur.
Slide 5 - Slide
Platte vormen zijn vormen waarvan je de zijkant niet ziet. Deze figuren worden ook vaak omschreven als 2D.
Ruimtelijke vormen
Dit zijn basisvormen waarvan je ook de zijkant en bovenkant ziet. De vorm is ruimtelijk getekend.
Slide 6 - Slide
Ruimtelijke vormen zijn vormen waar je de zijkant en bovenkant wel van ziet. Deze vormen zijn ruimtelijk getekend en worden ook vaak omschreven als 3D-figuren.
Organische vormen
Wanneer de vormen zijn afgeleid van natuurlijke vormen; plantaardige, dierlijke en menselijke vormen noem je dit organische vormen. Ze lijken op natuurlijke wijze te zijn gegroeid. De vormen zijn vaak rond, vloeiend.
Beeld: Publiek Domein
Slide 7 - Slide
Organische vormen zijn afgeleid van natuurlijke vormen. Deze vormen zijn vaak rond en vloeiend.
Geometrische vormen
De wiskundige vormen die met een liniaal en passer getekend worden noem je geometrische vormen.
• Voorbeelden van geometrische vormen zijn: vierkanten, cirkels, rechthoeken ect.
• Geometrische vormen kunnen ook ruimtelijk zijn; kubus, balk, piramide, etc.
Beeld: Publiek Domein
Slide 8 - Slide
Geometrische (wiskundige) vormen kunnen worden getekend met een liniaal en een passer. Voorbeelden hiervan zijn vierkanten, cirkels en rechthoeken (2D), maar ook een kubus, balk en een piramide (3D).
Open vormen
Wanneer je de binnenruimte van een vorm gedeeltelijk of in zijn geheel kan zien spreek je van een open vorm. Je kunt door de vorm heen kijken of in de vorm kijken., etc.
Beeld: Publiek Domein
Slide 9 - Slide
Je spreekt van open vormen als je de binnenruimte van een vorm gedeeltelijk of zelfs in zijn geheel kan zien. Je kan door de vorm heen kijken of in de vorm kijken.
Gesloten vormen
Bij een gesloten vorm is de vorm dicht en gevuld. Je kunt niet door delen van de vorm heen kijken. Je noemt dit ook wel een massieve vorm. Een vorm kan ook massief lijken, terwijl deze van binnen wel hol is.
Beeld: Publiek Domein
Slide 10 - Slide
Bij gesloten vormen is de vorm dicht en gevuld, je kan er niet doorheen kijken. Je noemt een gesloten vorm ook wel een massieve vorm. LET OP! Een vorm kan ook massief lijken, terwijl deze van binnen wel hol is.
Gestileerde vorm
Een gestileerde of schematische vorm is een vorm die vereenvoudigd is. Details zijn dan weggelaten.
Je ziet hiernaast een afbeelding waarin de vrouw op de foto op de rechterhelft in eenvoudige lijnen is getekend. Alle details van haar huid, haar en onderdelen in het gezicht zijn weggelaten. Wat je overhoudt, zijn de basislijnen.
Beeld: Publiek Domein
Slide 11 - Slide
Gestileerde (of schematische) vormen zijn vormen die vereenvoudigd zijn. Details zijn hierbij dus weggelaten.
Contour
Dit geeft de buitenste lijn van een vorm aan.
Slide 12 - Slide
Een contour van een vorm geeft de buitenste lijn van een vorm aan.
Silhouet
Dit ontstaat door tegenlicht. Hierbij is alleen de eigenschaduw van een voorwerp of een persoon te zien. De details daarvan vallen weg.
Slide 13 - Slide
Een silhouet, deze ontstaat door het gebruik van tegenlicht. Bij een silhouet is alleen de eigenschaduw van een voorwerp of persoon te zien. De details daarvan vallen weg.
Grillige vorm
Een onregelmatige vorm waarbij geen patroon te ontdekken valt.
Slide 14 - Slide
Een grillige vorm is een onregelmatige vorm waarbij geen patroon te ontdekken valt.
Misvormde vormen
• Bij deformatie, defiguratie of deconstructie zijn de vormen misvormd, vervormd of uit elkaar getrokken.
• Dit kan op allerlei manieren:
Door verschuiving, verdraaiing, verkleining, het veranderen van de maatverhoudingen e.d. (het verandert een vorm).
Slide 15 - Slide
Bij deformatie, defiguratie of deconstructie zijn vormen misvormd, vervormd of uit elkaar getrokken. Dit kan op verschillende manieren: door zowel verschuiving, verdraaiing, verkleining, het veranderen van de maatverhoudingen e.d. Het verandert de daadwerkelijke vorm.
Vorm & Restvorm
Als je de vorm weghaalt, blijft de restvorm over.
Slide 16 - Slide
Als je de vorm weghaald, blijft alleen de restvorm over.
Op de slide kan je dit duidelijk toelichten door middel van een filmposter van de Disneyfilm ‘Brave’. De vorm: het rode haar van de hoofdrolspeelster én de restvorm: de zwarte beer.
Escher
Iemand die veel werkte met vorm én restvorm was Escher.
• Een Nederlandse graficus, die bekend is om zijn houtsneden, houtgravures en lithografieën, waarin hij vaak speelde met wiskundige principes.
Lucht en water I (1938) - M.C. Escher
Slide 17 - Slide
Maurits Cornelis Escher was iemand die veel werkte met vorm én restvorm. Hij was een Nederlandse graficus die bekend stond om zijn houtsneden, houtgravures en lithografieën waarin hij vaak speelde met wiskundige principes.
Maurits Cornelis Escher
Escher is misschien wel de bekendste graficus van Nederland. Hij maakte figuren die eigenlijk niet kunnen. Hij noemde ze zelf 'onbestaanbare situaties'.
Tijd over? En meer mediafragmenten gebruiken deze les? Over dit onderwerp hebben we ook nog 3 andere fragmenten geselecteerd uit de serie ‘Voor de vorm’. In deze fragmenten wordt de vorm van zowel een stoel als het koffiekopje toegelicht en daarnaast wordt de invloed van vorm bij het koffiekopje duidelijk verteld.
De opdracht
Ontwikkel een 'eigen' concept
Binnen deze lessenserie ontwikkel jij een 'eigen' concept gebaseerd op eigen ideeën en gedachten. We nemen je stap voor stap mee door het gehele ontwikkelproces.
Beeld: Publiek Domein
Slide 20 - Slide
Binnen deze lessenserie ontwikkelen de leerlingen een ‘eigen’ concept gebaseerd op hun eigen ideeën en gedachten. In ongeveer 5 lessen neem je, je leerlingen stap voor stap mee door het gehele ontwikkelproces van beeldend vormgeven – materie, vorm en betekenis.
Vorm onderzoek
Onderzoek de mogelijkheden van verschillende vormen d.m.v. verschillende vormstudies. Hou hierbij het materiaal (bepaald in les 2) in je achterhoofd!
Bijvoorbeeld: Wordt het werk ruimtelijk (3D) of plat (2D)? En krijgt het een open- of gesloten vorm?
Beeld: Publiek Domein
Slide 21 - Slide
Laat de leerling de mogelijkheden van verschillende vormen onderzoeken door middel van meerdere vormstudies. Wordt het eindwerkstuk ruimtelijk (3D) of plat (2D)? En krijgt het een open- of gesloten vorm? Zorg er hierbij wel voor dat hij of zij het materiaal (bepaald in de vorige les) in het achterhoofd houdt.
Aan het einde van de les heeft iedere leerling:
Meerdere vormstudies;
en bepaalt welke vorm(en) hij of zij wil toepassen bij het maken van zijn of haar eindwerkstuk.