This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Introduction
In deze les wordt de eerste aflevering van de serie De Joodse Raad (regie: Paula van der Oest) behandeld.
Auteur: Luna de Jong.
Eindredactie: Margreet Cornelius, Vincent Hodde.
Dit is een les van het Netwerk Filmeducatie in samenwerking met Beeld en Geluid. De foto's die te zien zijn op de achtergrond van de LessonUp zijn gemaakt door EO/Mark de Blok.
Instructions
Veilige sfeer in de klas:
LET OP: Bijgevoegd vind je een handleiding met hoe je een veilige sfeer in de klas kunt waarborgen.
In deze handleiding worden handvatten aangereikt om Israël-Palestina bespreekbaar te maken in de klas. De kans is namelijk groot dat leerlingen door deze les worden getriggerd om het hierover te hebben. Ook i.v.m. het verkeerde beeld dat Joden (mede)verantwoordelijk zijn voor hun eigen vervolging. De Joodse Raden worden door sommige gezien als collaborerende instelling. Dit is een gevaarlijk tendens, vooral gezien het toenemend antisemitisme. Door middel van extra context kun je als docent nuance bieden om daarmee een veilige sfeer te creëren waarbij tegelijkertijd iedereen gehoord wordt.
Thema’s:
Razzia’s
Februaristaking 1941
Collectief straffen
Opzet van de les:
In deze les ga je aan de hand van een fragment uit de eerste aflevering van De Joodse Raad de bovengenoemde thema’s bespreken door het beantwoorden van vragen en het maken van twee opdrachten.
Deze les is toepasbaar in alle niveaus en leerjaren van het voorgezet onderwijs. Wel is het aangeraden om per klas te kijken welke kennis de leerlingen al bezitten, hoe je de onderwerpen bespreekt en waar er wel of niet diepgang mogelijk is.
Leerdoelen:
De leerlingen zullen zich leren te verplaatsen in een situatie die zich in de geschiedenis heeft afgespeeld en proberen met die blik naar de situatie te kijken, oftewel inlevingsvermogen.
De leerlingen zullen leren wat De Joodse Raad was, waarom deze was opgesteld en wat de raad deed.
Werkwijze:
De aflevering wordt door de leerlingen zelfstandig voorafgaand aan de les thuis bekeken of klassikaal met de hele klas in een voorafgaand lesuur (houdt er rekening mee dat er dan twee lesuren nodig zijn voor deze les).
Eerst wordt er een introductie gegeven over De Joodse Raad, wat het is, waarom het is opgericht en wat de raad deed.
Dan wordt het fragment bekeken.
Daarna zullen de leerlingen twee opdrachten maken en bespreken, hiervoor hebben ze allen een geprint werkblad nodig.
Ten slotte ga je klassikaal nabespreken en reflecteren op de les.
Benodigdheden:
Geprinte werkbladen voor de leerlingen
Laptop en scherm/digibord
Instructions
Worksheets
Items in this lesson
De Joodse Raad
vmbo/havo/
vwo
klas 1-6
De Joodse Raad
Slide 1 - Slide
Introductie
Vertel tegen de klas dat ze in deze les de eerste aflevering van de serie De Joodse Raad gaan behandelen.
Als de leerlingen de eerste aflevering thuis hebben gekeken, vraag dan bijvoorbeeld wat ze er van vonden.
Ook is het mogelijk om de eerste aflevering gezamenlijk te bekijken in een lesuur voordat deze les wordt behandeld. Kijk de aflevering op NPO.nl
lesplan & leerdoelen
In deze les ...
...bespreek je de eerste aflevering van de serie De Joodse Raad.
...leer je wat De Joodse Raad was, waarom deze werd opgericht en watde raad deed;
...kijk je een fragment terug uit de eerste aflevering;
...verplaats je je in de personages en reflecteer je op het handelen van mensen die zich in een oorlogssituatie bevinden.
Slide 2 - Slide
Lesplan & leerdoelen
Leg uit wat de leerlingen in deze les gaan doen en leren.
De leerlingen ...
...leren wat De Joodse Raad was, waarom het was opgericht en wat de raad deed;
...kijken een fragment terug uit de eerste aflevering;
...overwegen de keuzes en acties van de personages;
...verplaatsen zich in de personages en reflecteren op de onmogelijke keuzes van mensen in een oorlogssituatie.
Waar gaat De Joodse Raad over?
Waar gaat De Joodse Raad over?
Wat is de essentie van de serie?
Kijk niet met de ogen van nu naar acties van De Joodse Raad maar met een blik van die tijd. Leer te kijken naar een gebeurtenis zonder dat je weet wat de afloop is en verplaats je in andere personages.
Slide 3 - Slide
Uitleg Joodse Raad
Bevraag leerlingen of ze kunnen verwoorden waar aflevering 1 over gaat, en wat ze van de aflevering vonden.
Vat eventueel nog samen: wanneer De Joodse Raad was opgericht, waarom en wat ze deden:
In februari 1941, middenin de Tweede Wereldoorlog en de Duitse bezetting van Nederland, werd de Joodse Raad in Amsterdam opgericht (door de bezetter).
Deze organisatie fungeerde als een soort schakel tussen de Joodse gemeenschap in de stad en de nazi-autoriteiten.
Hun belangrijkste taak was het doorgeven en uitvoeren van de bevelen van de Duitse bezetters, vooral gericht op het organiseren van maatregelen tegen de Joodse bevolking.
Benoem ook dat de Duitse politie in NL veel meer macht had dan in andere landen waardoor De Joodse Raad werd misbruikt. Er zijn 6 miljoen Joden in Europa vermoord, drie kwart van alle Nederlandse Joden zijn vermoord in 4 jaar tijd.
Bevraag wat de essentie van de serie over De Joodse Raad is. Klik op het gele tekstwolkje symbool om de essentie te zien op het scherm.
De essentie van de serie is:Kijk niet met de ogen van nu naar acties van De Joodse Raad maar met een blik van die tijd. Leer te kijken naar een gebeurtenis zonder dat je weet wat de afloop is en verplaats je in andere personages.
We gaan nu gezamenlijk kijken naar het fragment uit De Joodse Raad.
Slide 4 - Slide
Bekijk het fragment uit De Joodse Raad
Klik op de tekst "bekijk het fragment" in de slide om naar het portaal van Beeld & Geluid op School te gaan. Hiervoor moet je inloggen.
Lukt het inloggen niet?Open de serie op de NPO en bekijk het fragment in de eerste aflevering van de 29e minuut tot en met de 36e minuut: 29.43 tot en met 35.50
fragment bespreken
Fragment bespreken
Wat doen de Duitsers?
De Duitsers pakken meer dan 400 onschuldige mannen op tijdens de eerste razzia's. Wanneer de Nederlanders gaan staken eist de Duitser Hans Böhmcker dat De Joodse Raad er voor zorgt dat iedereen stopt met staken, hij dreigt dat ze anders weer 400 mannen zullen oppakken.
Een razzia
Collectief straffen
De Februaristaking
Bron 2
Bron 1
Slide 5 - Slide
Fragment bespreken
Bespreek klassikaal wat er in het fragment te zien was. Vraag aan de klas wat de Duitsers doen, wat Hans Böhmcker van David en Bram eist. Klik op het vraagteken symbool op de tekst tevoorschijn te laten komen op het scherm.
De leerlingen bekijken de begrippen op het werkblad. Indien nodig licht je de volgende begrippen toe en refereer je naar de bronnen en naar de aflevering.
Razzia:
Een razzia is een door de overheid opgezette grootschalige jacht op een groep mensen. De nazi’s organiseren razzia’s in alle bezette gebieden om Joden, Sinti en Roma en politieke tegenstanders, en later dwangarbeiders op te pakken en naar de kampen te brengen.
Op 22 en 23 februari 1941 vinden in Amsterdam twee grote razzia’s plaats (zie bron 1). 425 Joodse mannen worden samengedreven op het Jonas Daniël Meijerplein en met bruut geweld op transport gesteld naar de concentratiekampen.
Februaristaking:
Na de twee eerste grote razzia’s in Amsterdam volgt een proteststaking waarbij tienduizenden Amsterdammers gedurende de drie dagen daarop het werk neerleggen. Trams blijven staan. Winkels sluiten de deuren. Gemeentelijke diensten, kantoren, scheepswerven, confectieateliers en metaalbedrijven liggen stil. Door flyers (zie bron 2) breidt deze proteststaking zich uit naar andere steden en gaat de geschiedenis in als de Februaristaking.
Collectief straffen:
Collectief straffen is het straffen van een hele groep of bevolking voor de daden van een of meer individuele leden van die groep of bevolking. Hierbij wordt de hele groep verantwoordelijk gesteld voor de daden van de individuele persoon, zelfs als er geen directe relatie is met de dader. Net zoals die 425 Joodse mannen die tijdens die eerste grote razzia’s werden opgepakt als straf voor de vechtpartij in de IJssalon (begin van de aflevering).
In internationale wetten staat dat collectief straffen verboden is en wordt gezien als een oorlogsmisdaad.
Gebruik herkenbare (en contemporaine) voorbeelden van collectief straffen.
Een simpel voorbeeld is: een docent laat een hele klas nablijven omdat een aantal leerlingen onrustig zijn.
Wat betreft internationale conflicten kun je bijvoorbeeld het geweld in Gaza bespreken (maar lees hiervoor wel eerst goed de handleiding met betrekking tot een veilige sfeer in de klas door! Het belangrijkste om te benadrukken is dat het een oorlog betreft tussen Israël en Hamas, en niet tussen Joden en moslims):
Hamas straft willekeurige Israëlische burgers op 7 oktober: collectief straffen.
Israël straft alle Palestijnen in Gaza (en Westelijke Jordaanoever): collectief straffen.
Mensen kladden leuzen op Joodse gebouwen: collectief straffen.
Palestijnen mogen niet het land verlaten, kunnen niet vluchten omdat Egypte de grenzen dichthoudt: collectief straffen.
Opdracht 1
Opdracht 1: wie doet wat en waarom?
Vul naast elk personage in:
wie het is;
hoe diegene handelde;
waarom je denkt dat iemand zo zou reageren, leg uit!
Slide 6 - Slide
Opdracht 1: wie doet wat en waarom?
Leg aan de klas uit dat ze nu (individueel/ in tweetallen/ in groepjes) aan de slag gaan met de eerste opdracht.
Ze moeten op het werkblad in de tabel naast elk personage invullen:
wie het is;
hoe diegene handelde;
uitleggen waarom ze denken dat iemand zo zou reageren.
Geef ze hiervoor ongeveer 5-10 minuten de tijd.
Bespreking opdracht 1
Wie doet wat en waarom?
Gertrude zoekt afleiding door te feesten.
Piet gaat
in het verzet.
Cornelia wil onderduiken
in NL.
David wil proberen in gesprek te blijven met
de bezetter.
Mirjam kon vluchten naar het
buitenland, maar blijft voor familie.
De man van Mirjam is voor de oorlog
gevlucht naar het buitenland.
Slide 7 - Slide
Bespreking opdracht 1
Bespreek de antwoorden van opdracht 1.
Hieronder staat een uitgebreid antwoord per personag wie het is, wat diegene deed en met welke reden:
David Cohen: wil proberen in gesprek te blijven met de bezetter om erger te voorkomen. Hij denkt dat de bezetter snel verslagen wordt.
Cornelia Cohen: wil onderduiken in NL om met haar gezin veilig te zijn.
Piet Meerburg: gaat in het verzet om Joodse mensen te helpen.
Gertrude van Tijn: gaat naast haar werk bij de Joodse Raad, feesten en drinken om afleiding te zoeken van de omstandigheden.
Mirjam Levie: had de mogelijkheid om naar het buitenland (Palestina) te vluchten maar besloot om in NL bij haar ouders te blijven.
De man van Mirjam Levie: is in 1938 naar het buitenland (Palestina) gevlucht, dat is twee jaar voor de invasie van de Duitsers in Nederland. Hitler was toen reeds vijf jaar aan de macht in Duitsland.
Opdracht 2
Opdracht 2: wat zou jij doen?
welk personage jij zou zijn in deze situatie;
waarom je voor dat personage hebt gekozen.
Schrijf in je werkblad op:
Hoe denk je dat jij reageert als je leven bedreigd wordt?
Slide 8 - Slide
Opdracht 2: wat zou jij doen?
Leg nu uit de ze (individueel/ in tweetallen/ in groepjes) de tweede opdracht gaan maken. Ook deze staat op het werkblad.
Ze moeten opschrijven:
welk personage ze zouden zijn in deze situatie;
waarom ze voor dat personage hebben gekozen.
Welk personage heb jij gekozen?
Slide 9 - Poll
Bespreking opdracht 2
Bepaal aan de hand van deze poll wie er voor welk personage heeft gekozen.
Dit kan via de QR-code als er devices (tablets) in de les beschikbaar zijn, zorg dan dat tijdens
de presentaties je 'devices in de klas' hebt aangevinkt ✓.
Zijn er geen tablets beschikbaar? Zorg dan dat 'devices in de klas' niet is aangevinkt. Dan is het mogelijk om per personage de leerlingen hun hand te laten opsteken.
De personages waaruit de leerlingen kunnen kiezen zijn:
David Cohen: wil proberen in gesprek te blijven met de bezetter om erger te voorkomen. Hij denkt dat de bezetter snel verslagen wordt.
Cornelia Cohen: wil onderduiken in NL om met haar gezin veilig te zijn.
Piet Meerburg: gaat in het verzet om Joodse mensen te helpen.
Gertrude van Tijn: gaat naast haar werk bij de Joodse Raad, feesten en drinken om afleiding te zoeken van de omstandigheden.
Mirjam Levie: had de mogelijkheid om naar het buitenland (Palestina) te vluchten maar besloot om in NL bij haar ouders te blijven.
De man van Mirjam Levie: is in 1938 naar het buitenland (Palestina) gevlucht, dat is twee jaar voor de invasie van de Duitsers in Nederland. Hitler was toen reeds vijf jaar aan de macht in Duitsland.
reflecteren over de aflevering en de misvatting en intenties van de Joodse Raad
Nabespreken
De intenties van De Joodse Raad.
De Joodse Raad moest keuzes maken waarvan wij ons geen voorstelling kunnen maken. De intentie van de raad was altijd om erger te voorkomen. Toch is er een verkeerd beeld dat Joden (mede) verantwoordelijk zijn voor hun eigen vervolging. De Joodse Raden worden door sommige gezien als collaborerende instelling, dit is een misvatting! Leg uit waarom.
Wat is de essentie van de serie?
Kijk niet met de ogen van nu naar acties van De Joodse Raad maar met een blik van die tijd. Leer te kijken naar een gebeurtenis zonder dat je weet wat de afloop is en verplaats je in andere personages.
Slide 10 - Slide
Nabespreken
Reflecteer over de les, bespreek de intenties van en misvattingen over De Joodse Raad.
De Joodse Raad moest keuzes maken waarvan wij ons geen voorstelling kunnen maken. De intentie van de raad was altijd om erger te voorkomen. Toch is er een verkeerd beeld dat Joden (mede)verantwoordelijk zijn voor hun eigen vervolging. De Joodse Raden worden door sommige gezien als collaborerende instelling, dit is een misvatting!
Benoem nogmaals de essentie van de serie: Kijk niet met de ogen van nu naar acties van De Joodse Raad maar met een blik van die tijd. Leer te kijken naar een gebeurtenis zonder dat je weet wat de afloop is en verplaats je in andere personages.
Afsluiting
tips: serie kijken, holocaust museum bezoeken
Afsluiting
Kijk de rest van de EO tv-serie op NPO Start
Bezoek (met je klas) het Holocaust Museum
"Het is gebeurd en het kan dus weer gebeuren"
-Primo Levi
Slide 11 - Slide
Afsluiting
Benadruk dat "Het is gebeurd en het kan dus weer gebeuren" -Primo Levi.
Eventueel kan kan je dit koppelen aan actuele situaties met bronnen, zoals: Oeigoeren, Tibetanen, Palestijnen, Rohingya om het onderwerp te verbinden van toen naar nu.
Rond de les af. Vraag bijvoorbeeld aan de klas wat ze vonden van de les.
Vertel ook dat ze thuis, met hun ouders bijvoorbeeld, de rest van de serie gratis kunnen bekijken op NPO.nl
Ook is het na deze les interessant om met je klas het Holocaust Museum in Amsterdam te bezoeken.