1. Duidelijkheid: wat is je doel?
2. Omschrijving: geef genoeg informatie over wat je precies verwacht.
3. Context: wat is je rol (bijvoorbeeld: je bent een leerkracht) en voor wie
(bijvoorbeeld: een leerling uit groep 8) wordt het gemaakt? Waar
speelt het zich af en wat zijn de omstandigheden? Context is het
totaalplaatje om te begrijpen wat er moet gebeuren.