What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Hub van DoorneCollege
Visit the website
‹
Return to search
PW H2 - OEFENTOETS
Welke behoefte heeft ervoor gezorgd dat in 1979 de SONY Walkman is ontworpen?
A
de behoefte om met een koptelefoon te kunnen luisteren
B
de behoefte om muziek mee te kunnen nemen voor onderweg
C
de behoefte om mee te kunnen doen met de laatste mode en trends
D
de behoefte om er cooler uit te kunnen zien dan je klasgenoten
1 / 30
next
Slide 1:
Quiz
Nask / Techniek
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welke behoefte heeft ervoor gezorgd dat in 1979 de SONY Walkman is ontworpen?
A
de behoefte om met een koptelefoon te kunnen luisteren
B
de behoefte om muziek mee te kunnen nemen voor onderweg
C
de behoefte om mee te kunnen doen met de laatste mode en trends
D
de behoefte om er cooler uit te kunnen zien dan je klasgenoten
Slide 1 - Quiz
Waar wordt kunststof van gemaakt?
A
van plastic
B
van broodtrommeltjes
C
van kunstmest
D
van aardolie
Slide 2 - Quiz
In welk antwoord staan alleen voordelen van kunststof?
A
licht, sterk, goedkoop en verteert niet
B
sterk, goedkoop en roest niet
C
licht, goedkoop en brandbaar
D
sterk, roest niet en verteert niet
Slide 3 - Quiz
Waarom zijn jongeren makkelijk te beïnvloeden?
A
jongeren zijn dom
B
jongeren willen altijd alles hebben
C
jongeren doen graag mee met de laatste modetrends
D
jongeren hebben heel veel geld
Slide 4 - Quiz
Wat is een doelgroep?
A
een groep mensen waarop een reclame zich speciaal richt
B
een groep mensen die reclamefilmpjes maakt
C
een groep mensen met een doel
D
een groep mensen die reclamefilmpjes bekijkt
Slide 5 - Quiz
Wat doet een ontwerper?
A
een ontwerper bedenkt nieuwe producten
B
een ontwerper verbetert bestaande producten
C
Allebei de antwoorden zijn juist
D
Allebei de antwoorden zijn onjuist
Slide 6 - Quiz
Zet de vijf stappen van het ontwerpproces in de juiste volgorde. Sleep de nummers 1 tot en met 5 naar de juiste omschrijving.
testen en aanpassen
ontwerp kiezen
omschrijven en eisen opstellen
het maken van een prototype
oplossingen zoeken
1
2
3
4
5
Slide 7 - Drag question
Wat moet je doen als je prototype niet goed is?
A
Blijven testen totdat het goed is...
B
Terug naar oplossingen zoeken en je ontwerp aanpassen...
C
Het ontwerp van je buurman of buurvrouw stelen...
D
je ontwerp in de vuilnisbak gooien en opgeven...
Slide 8 - Quiz
Wat betekent de afkorting PvE?
Slide 9 - Open question
Reclamemakers richten zich heel vaak op jongeren omdat jongeren een makkelijke doelgroep zijn. Waarom?
Slide 10 - Open question
Hoeveel aanzichten zie je altijd in een isometrische schets?
A
1 aanzicht
B
2 aanzichten
C
3 aanzichten
D
4 aanzichten
Slide 11 - Quiz
In een isometrische schets teken je horizontale lijnen altijd onder een hoek van 30 graden
__________________________
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quiz
Maten in een technische tekening zijn altijd in .........?
A
kilometers
B
millimeters
C
centimeters
D
decimeters
Slide 13 - Quiz
Evy zegt: "Hulplijnen teken je dun en figuurlijnen teken je dik!"
Bas zegt: "Maten in een technische tekening zijn altijd in mm!"
Wie heeft er gelijk?
A
Evy
B
Bas
C
allebei
D
geen van beiden
Slide 14 - Quiz
Jeroen tekent in een Amerikaanse projectie ALLE aanzichten van een dobbelsteen.
Hoeveel aanzichten heeft Jeroen dan getekend?
A
3 aanzichten
B
4 aanzichten
C
5 aanzichten
D
6 aanzichten
Slide 15 - Quiz
Een UITSLAG is een bouwplaat zonder randjes.
A
waar
B
niet waar
Slide 16 - Quiz
Welk aanzicht wordt bedoeld met de afkorting RZA?
Slide 17 - Open question
Letter A is het vooraanzicht, welk aanzicht zie je bij letter B?
A
B
C
A
VA
B
BA
C
RZA
D
OA
Slide 18 - Quiz
Hoeveel aanzichten van een voorwerp moet je MINIMAAL tekenen in een Amerikaanse projectie?
A
3 aanzichten
B
4 aanzichten
C
5 aanzichten
D
6 aanzichten
Slide 19 - Quiz
Hoe wordt een AMERIKAANSE PROJECTIE ook wel genoemd?
A
rechte projectie
B
technische projectie
C
aanzichten projectie
D
bouwplaat
Slide 20 - Quiz
Sleep de aanzichten naar de juiste plaats
Slide 21 - Drag question
Geef de aanzichten de juiste naam.
Zijaanzicht
Bovenaanzicht
Vooraanzicht
Slide 22 - Drag question
Sleep de afbeeldingen naar de juiste benaming
bovenaanzicht
vooraanzicht
rechter-
zijaanzicht
isometrische
tekening
Slide 23 - Drag question
Hoe heten de lijnen bij letter B?
A
maatlijnen
B
hulplijnen
C
stippellijnen
D
figuurlijnen
Slide 24 - Quiz
Maatlijnen beginnen en eindigen met een pijlpunt
A
waar
B
niet waar
Slide 25 - Quiz
Waarom is de lijn bij letter C gestippeld?
A
omdat dit mooier uitziet
B
omdat het een hulplijn is
C
omdat het een onzichtbare figuurlijn is
D
omdat elke stip 1mm aangeeft
Slide 26 - Quiz
amerikaanse projectie
LZA
pijlpunten
uitslag
maatlijnen
rechte projectie
linker zijaanzicht
bouwplaat zonder plakrandjes
Slide 27 - Drag question
Waarom worden er steeds nieuwe producten ontworpen?
A
omdat jongeren graag nieuwe producten kopen
B
omdat reclamemakers nieuwe producten aanprijzen
C
omdat nieuwe producten altijd goed verkoopbaar zijn
D
omdat er behoefte is aan steeds betere producten
Slide 28 - Quiz
Figuurlijnen zijn ........... dan maatlijnen?
A
dikker
B
dunner
C
groter
D
kleiner
Slide 29 - Quiz
Waarom heet een Amerikaanse projectie ook wel rechte projectie?
A
omdat je de tekening met een geodriehoek tekent
B
omdat je bij elk aanzicht schuin tegen een zijde van het voorwerp aankijkt
C
omdat je bij elk aanzicht recht tegen een zijde van het voorwerp aankijkt
D
omdat Amerikanen altijd recht kijken
Slide 30 - Quiz