Hub van DoorneCollege

Nederlands lj 2 H4 herhaling hoofdstuk

Hoofdstuk 4
Herhaling lezen, woordenschat en taalverzorging.
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 4
Herhaling lezen, woordenschat en taalverzorging.

Slide 1 - Slide

Deze les:
- Lesdoel
- Uitleg
- Trainen

Slide 2 - Slide

Lesdoel

Einde van de les hebben we alle lesstof van hoofdstuk 4 herhaald en ga je oefenen voor de toets.

Slide 3 - Slide

Uitleg
- Lezen
- Woordenschat
- Taalverzorging - meewerkend voorwerp
- Taalverzorging - verwijswoorden
- Taalverzorging - verkleinwoorden

Slide 4 - Slide

Lezen
Feiten / meningen / argumenten

Feiten = iets wat je kunt controleren.
Meningen = wat iemand vindt. 
Argumenten = uitleg waarom je iets vindt.

Slide 5 - Slide

Woordenschat
Sommige woorden bestaan uit een woord en voorvoegsel.
Mislukt > slecht gelukt

Achtervoegsels zijn kleine stukjes die de betekenis van een woord kunnen veranderen.
(-vol) waardevol > Met veel waarde.
(-loos) smakeloos > zonder smaak
(-lijks) wekelijks > elke week

Slide 6 - Slide

Stappenplan zinsontleding - meewerkend voorwerp

Slide 7 - Slide

Verwijswoorden
Staat er een bezit achter het verwijswoord? 
Gebruik dan: mijn, jouw, je, zijn, haar, onze, jullie, hun.

Staat er geen bezit achter het verwijswoord?
Gebruik dan: mij, jou, hem, haar, ons, jullie, hen.

Slide 8 - Slide

Verkleinwoorden
Verkleinwoorden maken van een zelfstandig naamwoord:
Meestal door -je erachter.

Soms andere vormen let op spelling!:
- pje     - kje
        - tje      - etje       
              

Slide 9 - Slide

Deze les:
- Alle onderdelen trainen van hoofdstuk 4.

Slide 10 - Slide