Hub van DoorneCollege

Nederlands lj1 BB H3 taalverzorging - zijn hebben willen kunnen zullen

Taalverzorging
Spelling
zijn, hebben, kunnen, zullen, willen
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Taalverzorging
Spelling
zijn, hebben, kunnen, zullen, willen

Slide 1 - Slide

Deze les:
Leer je hoe je de werkwoorden: zijn, hebben, kunnen, zullen en willen moet  schrijven.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Moeilijke ww schrijven

Slide 4 - Slide

Ben/Bent jij goed in feestjes organiseren?
A
ben
B
bent

Slide 5 - Quiz

Tegenwoordige tijd: hebben
Hij ..... een feestje op 14 mei.
A
heb
B
hebt
C
heeft
D
hebben

Slide 6 - Quiz

Tegenwoordige tijd: zullen
Tess ........ vanmiddag haar huiswerk maken.
A
zul
B
zult
C
zal
D
zullen

Slide 7 - Quiz

Tegenwoordige tijd: willen
Jij ......... een snoepje.
A
wil
B
wilt
C
willen
D
wilde

Slide 8 - Quiz

Verleden tijd; willen.
Jij ........... gisteren een snoepje.
A
wil
B
wilt
C
wou
D
wilde

Slide 9 - Quiz

Maken
Startopdracht + 1 t/m 4 + 7 op digitaal lesmateriaal

Slide 10 - Slide