Johan de Witt Scholengroep

Les 2: eindopdracht

1 / 22
next
Slide 1: Slide
BurgerschapsonderwijsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Burgerschap
Eindopdracht


Periode 3



Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn grondrechten?
A
Basisrechten die je nodig hebt om een menswaardig leven te leiden.
B
Specifieke rechten die je niet echt nodig hebt.
C
Basisrechten die je niet nodig hebt.
D
Specifieke rechten die je nodig hebt om een menswaardig leven te hebben.

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Waar vind je de grondrechten?
A
Die staan in de wet.
B
Die staan in onze grondwet.
C
Die staan in de klas.
D
Al deze antwoorden zijn fout.

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn klassieke grondrechten?
A
Rechten die de overheid moet garanderen.
B
Rechten die de overheid niet hoeft te garanderen.
C
Rechten die de rechter uitspreekt.
D
Rechten waar de overheid haar best voor moet doen.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn sociale grondrechten?
A
Rechten die de overheid moet garanderen.
B
Rechten die de overheid niet hoeft te garanderen.
C
Rechten die de rechter uitspreekt.
D
Rechten waar de overheid haar best voor moet doen.

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Zijn deze rechten klassieke of sociale grondrechten?
Klassieke grondrechten
Sociale grondrechten
Vrijheid van meningsuiting
Recht op werk
Recht op gelijke behandeling
Recht op onderwijs
Vrijheid van godsdienst
Recht  op woonruimte

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Welke grondrecht vind jij het belangrijkste? Leg uit waarom.

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

...kan je uitleggen wat het verschil tussen een feit en een mening is. (R)
...weet je uit welke onderwerpen je kan kiezen voor je spreekbeurt. (R)
...kan je uitleggen wat je moet doen als eindopdracht voor periode 3. (R)

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

2

Slide 10 - Video

This item has no instructions

03:04
Hoe vertelt ze haar mening?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

03:04
Vertelt Hajar Yagkoubi vooral feiten of meningen?
A
Feiten
B
Meningen

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Feit of mening?
Een feit is iets dat je kan controleren. Als meerdere bronnen hetzelfde vertellen is het een feit. 

Een mening is iets dat je niet kan controleren. Deze zijn voor iedereen persoonlijk en gaat vooral op gevoel.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

Laat leerlingen nadenken over de afbeelding. Zijn het dan feiten of meningen?
Feit of mening?
Deze sneaker is geel.
Ik houd niet van rode sneakers.
Sneaker
Een platte schoen die makkelijk zit. Deze soort wordt het vaakst gedragen.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Feit of mening?
Deze sneaker is alleen voor mannen.
Hij vindt deze sneaker mannelijk.
Sneaker
Een platte schoen die makkelijk zit. Deze soort wordt het vaakst gedragen.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Feit of mening?
Sneakers zijn mooier dan stiletto’s.
Sneakers kun je ook voor gym gebruiken.

Sneaker
Een platte schoen die makkelijk zit. Deze soort wordt het vaakst gedragen.
Stiletto
Een schoen met een dunne hak. Deze wordt meestal door vrouwen gedragen. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

De eindopdracht
Je gaat in tweetallen jullie mening 
geven over de volgende onderwerpen.
  • Kansenongelijkheid in het onderwijs.
  • Ongelijkheid tussen man en vrouw.
  • Discriminatie en racisme.
  • Vrijheid van geloof.
  • LGBTQI+
timer
4:00

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

De eindopdracht
Je gaat een spreekbeurt houden over 
een van deze onderwerpen.
  • Kansenongelijkheid in het onderwijs.
  • Ongelijkheid tussen man en vrouw.
  • Discriminatie en racisme.
  • Vrijheid van geloof.
  • LGBTQI+

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

De eindopdracht
Schrijf je in voor een thema dat jou interessant lijkt. 
Je mag in tweetallen werken. 

Je spreekbeurt moet tussen de 2 en 4 minuten duren. 
  • Leg uit wat je onderwerp betekend.
  • Vertel je eigen mening wat je van het onderwerp vindt.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

De eindopdracht
Het doel van een spreekbeurt is dat jullie vertellen over een bepaald onderwerp. Je moet iemand ook kunnen overtuigen van jouw standpunt. Én je vertelt hoe je naar een bepaald onderwerp kijkt (je mening).

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
1. Geef door met wie je wilt samenwerken
2.  Wat is jullie top drie van thema's. 
3. Wat is jullie mening bij deze thema's?

Slide 22 - Slide

This item has no instructions