Week 4

• Burgerschap
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Startklaar:

-JdW map

-Telefoon in zakkie

-Pen

-Laptop nog dicht

Programma:

1. Wetsvoorstel bedenken

2. Protestbord maken

3. Wat doen ministers?

4. Wat doet de Tweede en de Eerste kamer?

5. Wat gebeurd er na de verkiezingen?

6. Checken werkboek en jeugdjournaal

Leerdoelen

Aan het einde van deze les:

1. Hoe een wet wordt gemaakt in Nederland
2. Wat ministers en kamerleden doen
3. Hoe het kabinet wordt gevormd in Nederland

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Wetsvoorstel

Alle wetten in Nederland worden gemaakt met verschillende stappen:

1. Er is een probleem in de samenleving
2. Een minister maakt een wetsvoorstel
3. De tweede Kamer stemt over het wetsvoorstel
4. De Eerste kamer stemt over het wetsvoorstel
5. De koning zet een handtekening onder de wet.

We gaan voor elke stap een korte opdracht doen

Wetsvoorstel

• Als het goed is elke wet in Nederland een oplossing op een probleem. Bijvoorbeeld:
• Je mag niet door rood fietsen.
• Je moet tot je 18e verplicht naar school.
• Je mag niet stelen.
• Als je werkt moet je belasting betalen.

Wetsvoorstel

Maak nu het deel 'Start' op je werkblad

• Je hebt 5 minuten.
• Je mag samenwerken met je buur.
• Maak alléén het deel start.

Stap 1. Het probleem

• De mensen in Nederland hebben een probleem, maar alleen politici kunnen de wetten maken.
• Dus moet je als burger de aandacht van een politicus weten te krijgen.
• Dit kan op verschillende manieren, zoals protesteren

Stap 1. Het probleem

• Maak stap 1 op je werkblad
• Je mag nog steeds samenwerken
• Maak alléén stap 1.

Stap 2. De minister maakt een wetsvoorstel

• Ministers zijn belangrijke politici in Nederland, ze zijn de baas over één bepaald onderwerp
• Ministers doen twee dingen:

-Ze maken nieuwe wetsvoorstellen

-Ze voeren de wetten uit

• Ministers worden na de verkiezingen gekozen door politieke partijen. 

Stap 2. De minister maakt een wetsvoorstel

• Maak de opdracht voor Stap 2 op je werkblad.
• je mag nog steeds samenwerken
• maak alléén stap 2.
• Voor deze opdracht mag je je laptop gebruiken

Stap 3. Tweede Kamer

• De Tweede kamer wordt gekozen bij de verkiezingen.
• Daarom mag de Tweede Kamer stemmen of een wet wordt aangenomen of niet.
• Om een wet aan te nemen moeten alle partijen die voor stemmen minstens de helft van het totaal zijn: 76 stemmen of meer.

Stap 3. Tweede Kamer

• Maak de opdracht voor Stap 3 op je werkblad.
  
• je mag nog steeds samenwerken
  
• maak alléén stap 3.
  
• Voor deze opdracht gebruik je je laptop niet

Stap 4. De Eerste Kamer stemt

• Na de Tweede Kamer stemt ook de Eerste Kamer over een wetsvoorstel
• De Eerste Kamer kijkt vooral of een wet niet tegen de grondwet is
•  Als de Tweede Kamer voor stemt, maar de Eerste Kamer tegen stemt komt de wet er toch niet

Stap 4. De Eerste Kamer stemt

• Maak de opdracht voor Stap 4 op je werkblad.
  
• je mag nog steeds samenwerken
  
• maak alléén stap 4.
  
• Voor deze opdracht gebruik je je laptop niet

Stap 5. De Koning ondertekent de wet

• Als de Eerste en de Tweede Kamer voor hebben gestemd komt de wet er.
• De koning, en de minister die over de wet gaan zetten dan een handtekening.
• De minister moet de wet dan gaan uitvoeren.

Samenvatting

• Alles wat de politiek in Nederland doet wordt door heel veel mensen samen besloten
• Als het goed is heeft er dus nooit één iemand alle macht
• Het is wel belangrijk dat mensen in Nederland politici goed in de gaten houden 

Wat gebeurt er nu na de 

verkiezingen?

• De partijen gaan samen proberen om een meerderheid te vormen.
• De partijen die samen een meerderheid zijn maken dan een plan voor de komende 4 jaar.
• Uit die partijen worden dan alle ministers gekozen.

Jeugdjournaal

• We kijken elke week een aflevering van het jeugdjournaal
• Kijk op pagina zes van het werkboek
• Vul elke week de hokjes in in je boekje

https://jeugdjournaal.nl/

Leerdoelen

Aan het einde van deze les:

1. Hoe een wet wordt gemaakt in Nederland
2. Wat ministers en kamerleden doen
3. Hoe het kabinet wordt gevormd in Nederland

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Even checken:

• Ben je al begonnen aan je voedseldagboek?
• Ga naar opdracht 4 op pagina elf en kijk hoe veel dagen je nog moet.
• Vergeet niet dat deze opdracht aan het eind van de periode af moet zijn.

Tot volgende week!

• Doe je boekje en je werkblad in je map
• Schrijf in je plenner dat je je boekje meeneemt
• Schrijf in je plenner of je nog opdrachten af moet maken 

Leerdoelen

1. R
2. T1
3. T2
4. I

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Leerdoelen

1. R
2. T1
3. T2
4. I

*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Instructie 

Instructie

Controlevraag

1. a.
2. b.
3. c.
4. d.

Aan de slag

Nabespreking

Begrippen uit deze les

Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen