Johan de Witt Scholengroep

H2 Consumentengedrag paragraaf 1

Leerdoelen § 1:  Betalingsbereidheid en vraaglijn
  1. Je weet wat onder betalingsbereidheid en consumentensurplus verstaan wordt en hoe deze begrippen met elkaar samenhangen.
  2. Je weet wat de vraaglijn betekent en je kunt deze berekenen en tekenen.
  3. Je kunt het consumentensurplus tekenen en aflezen en je kunt uitleggen waarom consumenten streven naar een zo groot mogelijk consumentensurplus.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Leerdoelen § 1:  Betalingsbereidheid en vraaglijn
  1. Je weet wat onder betalingsbereidheid en consumentensurplus verstaan wordt en hoe deze begrippen met elkaar samenhangen.
  2. Je weet wat de vraaglijn betekent en je kunt deze berekenen en tekenen.
  3. Je kunt het consumentensurplus tekenen en aflezen en je kunt uitleggen waarom consumenten streven naar een zo groot mogelijk consumentensurplus.

Slide 1 - Slide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
Wat ben je bereid te betalen voor een smartphone?

€ 150?
€ 300?           Betalingsbereidheid
€ 500?



Betalingsbereidheid: 
Het maximale bedrag dat een koper wil betalen voor een product.

Slide 2 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
Betalingsbereidheid van smartphones onder scholieren:







Bij een prijs van € 400 willen 150.000 scholieren de smartphone kopen. De producent heeft dan een omzet van € 400 x 150.000 = € 60 miljoen

Afzet: 
Het aantal verkochte producten.

Omzet:
Het aantal verkochte producten x de prijs per product.


Slide 3 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
De betalingsbereidheid van een consument kun je ook in een
grafiek laten zien met behulp van een individuele vraaglijn:

Individuele vraaglijn: 
Lijn die het verband aangeeft tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid van een product van een individuele koper.

Slide 4 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
Elke consument heeft een eigen individuele vraaglijn per product.

Tel je alle individuele vraaglijnen van een product bij elkaar op, 
dan krijg je een collectieve vraaglijn.




Collectieve vraaglijn: 
Lijn die het verband aangeeft tussen de prijs en de gevraagde hoeveelheid van een product van de gezamenlijke kopers.

Slide 5 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
De informatie om deze lijn te tekenen wordt vaak gegeven in een vraagfunctie:







Uit deze vraagfunctie kun je afleiden dat als p met €1 stijgt, dan daalt Qv met a.

Slide 6 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
Vraagfunctie in grafiek tekenen: Qv = -1,5p + 750
Stap 1          Benoem de assen
Stap 2          Reken twee punten uit
                    1. Bij een prijs van € 0 is Qv:
                    Qv = -1,5p + 750 = 0 + 750 = 750
                    2. Bij een hoeveelheid van 0 is de prijs:
                    0 = -1,5p + 750
                    1,5p = 750
                    p = 750 ÷ 1,5 = € 500
Stap 3        Teken de lijn
 




Slide 7 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak opgave 2.2 op pagina 41 en 2.6 op pagina 43.

Slide 8 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
Als de betalingsbereidheid > marktprijs, dan ontstaat een 
consumentensurplus.

Consumentensurplus bij een prijs van € 20




Consumentensurplus: 
Het verschil tussen de prijs en het bedrag dat de vrager bereid is te betalen.

Slide 9 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
Stel de prijs van kaarten wordt verlaagd naar € 10

Het consumentensurplus van bestaande klanten stijgt.
Nieuwe klanten betreden de markt en ervaren nu ook
een consumentensurplus.



Slide 10 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

2.1    Betalingsbereidheid en vraaglijn
Het consumentensurplus verandert als de prijs verandert:




Slide 11 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Aan de slag
Maak opgave 2.3 op pagina 41 en 2.4 op pagina 42.

Slide 12 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.