Het tropisch regenwoud

Het tropisch regenwoud
1 / 24
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 7,8

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Introduction

Het tropisch regenwoud is prachtig. Je hoort en ziet er bijzondere dieren, planten en bomen. Er leven op sommige plekken zelfs nog inheemse stammen. Toch gebeuren er ook veel vervelende dingen met het tropisch regenwoud. Er worden bomen gekapt en door de opwarming van de aarde verandert er veel aan deze gebieden. Tijdens deze les leren uw leerlingen er alles over.

Items in this lesson

Het tropisch regenwoud

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Dit weet ik al over ...
Wat weet jij al over het tropisch regenwoud? Maak een woordveld. 
het tropisch regenwoud

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Slide 3 - Map

This item has no instructions

Vragenmuur & Weetmuur
Wat wil jij weten of leren over het tropisch regenwoud? Schrijf je leervragen op de vragenmuur. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Dit ga je leren
WereldoriĆ«ntatie 
Na deze les: 
  • kan ik vertellen wat een tropisch regenwoud is en welke kenmerken het heeft. 
  • weet ik waar op de wereld tropisch regenwoud is. 
  • weet ik wat ontbossing is en waarom er sprake is van ontbossing in het Amazonewoud. 
Woordenschat
  • Na deze les weet ik wat de moeilijke woorden betekenen die met het tropisch regenwoud te maken hebben. 



Taal
  • Na deze les kan ik een discussie voeren over het klimaat. Ik kan mijn mening onderbouwen met argumenten en kan de mening van anderen verwoorden. 

Slide 5 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Woordenschat
het tropisch regenwoud
de klimaatverandering
Verandering in het klimaat op aarde.
Door de opwarming van de aarde is er sprake van klimaatverandering.
de opwarming van de aarde
Dat het op de aarde steeds iets warmer wordt.
Door de opwarming van de aarde smelten de ijskappen. 
de broeikasgassen
De gassen die bijdragen aan het broeikaseffect. Een voorbeeld hiervan is koolstofdioxide (CO2).
De broeikasgassen dragen bij aan het broeikaseffect.
ontbossing
Verdwijning van bos.
Als er veel bomen worden gekapt, is er sprake van ontbossing
het tropisch regenwoud
Een bos dat groeit in gebieden waar het veel regent en heel warm is.
Hulpkaart
opnemen -  nam op - opgenomen
Iets opslaan, zodat je het later kunt gebruiken.
Bomen en planten nemen CO2 op.
verdampen - verdampte - verdampt 
Oplossen door de warmte.
Als het erg warm is boven de zee, verdampt het water. De damp gaat de lucht in en vormt een wolk. Als de druppeltjes in de wolk te zwaar worden gaat het regenen. 

Slide 7 - Slide

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Woordenschat
het klimaat
het landklimaat
Klimaat met hete zomers en erg koude winters.
Het grootste gedeelte van Rusland heeft een landklimaat.
het woestijnklimaat
Klimaat waarbij heel weinig neerslag valt. De temperatuur kan vrij snel van warm naar koud omslaan. 
Het woestijnklimaat komt vooral voor in de Sahara in Afrika.

het poolklimaat
Klimaat op en rond de Noord- en de Zuidpool. Zowel in de winter als in de zomer is het er koud.
De Noord- en de Zuidpool hebben een poolklimaat.
het klimaat
Het klimaat is het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.
het zeeklimaat
Klimaat waarbij vaak sprake is van koele zomers en zachte winters. In de winter zorgt de zee voor warmte, in de zomer zorgt de zee juist voor verkoeling.
Nederland heeft een zeeklimaat.
Hulpkaart

Slide 8 - Slide

Woordenschat
Bespreek de moeilijke woorden met uw leerlingen.
Verdiepende tekst

Lees de tekst en arceer de woorden die je nog niet goed begrijpt geel.

Arceer in ieder geval:

  • verdampen -verdampte - verdampt
  • opnemen - nam op - opgenomen
  • de ontbossing
  • de broeikasgassen
  • de klimaatverandering
  • de opwarming van de aarde
  • het tropisch regenwoud. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

..
.
Heb jij het goed begrepen?
Test je kennis!
WAAR of NIET WAAR?
Het Amazone gebied is zo'n 5,5 miljoen vierkante kilometer groot!
A
WAAR
B
NIET WAAR

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

..
.
Heb jij het goed begrepen?
Test je kennis!
 Maak de zin af: 
Het Amazone gebied is verdeeld over negen landen in
Zuid-Amerika, maar het grootste deel (60%) ligt in ...
A
Bolivia
B
Peru
C
Colombia
D
Braziliƫ

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

.
Hoe komt het dat er steeds meer Amazonewoud verdwijnt in Braziliƫ?
Heb jij het goed begrepen?
Test je kennis!

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

.
Welke gevolgen brengt deze ontbossing met zich mee? Noem minstens drie gevolgen. 
Heb jij het goed begrepen?
Test je kennis!

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

.
De wereldkaart!
controleren
Waar op de wereld is tropisch regenwoud te vinden? Sleep de afbeeldingen naar de juiste plekken. Gelukt? Klik op controleren om jullie antwoord te controleren.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Verwerkingsopdracht
Uitleg
Jullie gaan straks een discussie voeren over het klimaat. Bij een discussie is er sprake van een stelling en argumenten. Argumenten kunnen gebaseerd zijn op feiten en op meningen.

Stelling
  • Een stelling is een standpunt waar je het mee eens of oneens kunt zijn.

    Bijvoorbeeld:
    Alle kinderen moeten voortaan op de fiets naar school!


Argument
  • Een argument is een reden waarom je iets vindt.

    Bijvoorbeeld:
    Alle kinderen moeten voortaan op de fiets naar school, omdat dat veel beter is voor het milieu!


Feiten en meningen
  • Een feit is iets wat je kunt controleren. Het is waar of niet waar. Een mening is wat iemand van iets vindt.

    Bijvoorbeeld:
    Feit: Alle ganzen zijn blauw!
    Mening: Het lijkt me erg leuk om een keer een blauwe gans te zien!

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Verwerkingsopdracht
Wat is een feit? 
En wat is een mening? 
Slepen maar!
MENING
FEIT
Ik vind sporten super leuk!
Op de weg fietsen zou verboden moeten worden!
Pizza is mijn lievelingseten.
Op vrijdag 2 december zijn we vrij, omdat de leerkrachten een studiedag hebben.
Suus heeft een rode jas aan.
Ik vind het koud buiten!
Het vriest buiten.
Als ik op de fiets naar school ga, doe ik er ongeveer 10 minuten over.

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Verwerkingsopdracht

  1. Draai aan het rad en lees de stelling.
  2. Bedenk of jij het EENS of ONEENS bent met de stelling. 
  3. Bedenk een argument (waarin je uitlegt waarom jij het eens of oneens bent met de stelling). Tip! Gebruik het woord omdat. Schrijf jouw argument op een kladblaadje.
  4. Verdeel de klas in tweeƫn: Links is EENS, rechts is ONEENS.
  5. Loop naar het juiste 'vak' in de klas.
  6. Bespreek met een klasgenootje uit hetzelfde vak jullie argumenten.
  7. Was jij het eens met de stelling? Zoek dan nu een klasgenoot op die het oneens was met de stelling. Bespreek jullie argumenten met elkaar.
  8. Klassikale afronding: in hoeverre sta jij nog achter jouw standpunt? Wil je je mening bijstellen op basis van de argumenten van je klasgenoten?

Slide 17 - Slide

This item has no instructions


Je moet kiezen:
Nooit meer met het vliegtuig op vakantie of nooit meer vlees eten?
Dilemma!
Wat kies jij voor een beter klimaat
?
A
Nooit meer met het vliegtuig op vakantie.
B
Nooit meer vlees eten.

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions


Dilemma!
Wat kies jij voor een beter klimaat
?
Je moet kiezen:
Maximaal vijf minuten douchen of iedere dag zonder auto naar school?
A
Maximaal vijf minuten douchen.
B
Iedere dag zonder auto naar school.

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Evalueren maar!
Draai aan het rad en bespreek de vraag!

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Dit weet ik nu ... & Dit kan ik nu ... 
WereldoriĆ«ntatie 

  • Ik kan vertellen wat een tropisch regenwoud is en welke kenmerken het heeft. 
  • Ik weet waar op de wereld tropisch regenwoud is. 
  • Ik weet wat ontbossing is en waarom er sprake is van ontbossing in het Amazonewoud. 
Woordenschat
  • Ik begrijp wat de moeilijke woorden betekenen die met het tropisch regenwoud te maken hebben. 



Taal
  • Ik kan een discussie voeren over het klimaat. Ik kan mijn mening onderbouwen met argumenten en kan de mening van anderen verwoorden. 

Schrijf je in je projectschrift wat jij hebt geleerd?

Slide 21 - Slide

Terugkoppeling lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen. Hebben zij de lesdoelen behaald?
Vragenmuur & Weetmuur
  • Op welke vragen hebben jullie deze les antwoord gekregen? 
  • Welke vragen zijn nog onbeantwoord? 
  • Hoe kun je ervoor zorgen dat je toch achter het antwoord op deze vragen komt?

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

              Tot de volgende keer!

Slide 24 - Slide

This item has no instructions