2020-09-10 GTC6 Bacchae 1-38

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 6

Regel 1-12
Noteer de drie familierelaties die Dionysos noemt.

Regel 5: νάμαθ΄
Er is hier sprake van elisie. Hoe luidt de volledig uitgeschreven vorm?

1. νάματος
2. νάμαθα
3. νάματα
4. νάμαθε

Regel 7 καί
Noteer de twee woorden die door καί worden verbonden.

Regel 1-12 - Dionysos heeft over twee personen een uitgesproken mening.
Noteer: over wie? welke mening? op grond waarvan?

Regel 14 - 17 (Περσῶν t/m πᾶσαν)
Noteer de naam van het stilistisch middel waar Euripides hier gebruik van maakt.

Geef adequaat commentaar op
θ΄ (regel 18)

Regel 19 πλήρεις
Noteer naamval, geslacht, getal + functie naamval.

Regel 13-22
Wat is, denk je, het beoogde effect van de uitvoerige beschrijving van Dionysos' reis?

Regel 23-31
a. Noteer een element dat in de tekst wordt genoemd maar niet is afgebeeld
b. Noteer een element dat is afgebeeld, maar niet in de tekst wordt genoemd.

Boek blz. 17, vraag 4

Regel 26-31
Citeer het Griekse tekstelement dat inhoudelijk een tegenstelling vormt met Διός (r. 27)

Regel 28-30: Koolschijn vertaalt: Semele was door een sterveling ontmaagd en had de schuld op Zeus geschoven, een bedenksel van haar vader Kadmos. Citeer het Griekse tekstelement dat vertaald is met 'de schuld'

Regel 33-34: Koolschijn vertaalt: Buiten zinnen wonen ze op de berg, verplicht de uitrusting te dragen van mijn eredienst. De vertaler heeft de gramm. structuur niet geheel gehandhaafd. Leg dat uit m.b.t. ἡνάγκασ΄ (regel 34)

Regel 33 οἰκοῦσι en regel 38 ἧνται
Noteer het verschil in onderwerp.