Bi-4M-H10.2 Zwanger en bevallen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, mavo
• Leerjaar 4

Welkom

Pak je boeken en log maar in

Wat gaan we doen?

- Kennis testen over 10.1

Uitleg 10.2: Zwanger en bevallen

Zelfstandig aan de slag

Wat weet je nog van 10.1?

Heeft een kleuter van 5 jaar secundaire geslachtskenmerken?

1. ja
2. nee

Waaruit bestaat sperma?

1. Zaadvocht(uit zaadblaasje en prostaat) en zaadcellen
2. Alleen zaadcellen
3. Prostaatvocht (uit de prostaat)
4. Alleen zaadvocht (uit zaadblaasje en prostaat)

Waar worden zaadcellen gemaakt?

1. Bijballen
2. Teelballen
3. Zwellichamen
4. Prostaat

Het vrijkomen van een eicel uit de eierstok noemen we

1. Ovulatie
2. Orgasme
3. Innesteling
4. Bevruchting

Een eicel heeft geen celkern

1. Waar
2. Niet waar

Komt sperma bij de geslachtsgemeenschap eerst in de baarmoeder?

1. ja
2. nee

eerst in de vagina

Bevruchting is een ander woord voor geslachtsgemeenschap.

1. waar
2. niet waar

Wanneer is een vrouw vruchtbaar?

1. Tijdens de menstruatie
2. tijdens de ovulatie
3. Vlak na de menstruatie
4. Vlak voor de menstruatie

Wat gebeurt er op dag 14 in de menstruatiecyclus?

1. Ongesteld zijn
2. Ovulatie
3. Innesteling
4. Menstruatie

Hoe noem je dag 11 t/m 15 van de menstruatiecyclus?

1. menstruatie
2. ovulatie
3. bevruchting
4. vruchtbare periode

Waar worden zaadcellen tijdelijk opgeslagen?

1. Teelballen
2. Bijballen
3. Zaadblaasjes
4. Prostaat

Welk cijfer geeft de prostaat aan?

1. 1
2. 10
3. 6
4. 7

Nummer 6 is de

1. Bijbal
2. Eikel
3. Prostaat
4. Teelbal

Referentie:

http://biologiepagina.nl/Oefeningen/Voortplanting/man.jpg

In de puberteit ontstaan secundaire geslachtsorganen ....

1. door hormonen
2. door ouder worden
3. door medicijnen
4. door groeien

Aan welke geslachtskenmerken kun je het verschil zien tussen jongens en meisjes?

1. Primaire geslachtskenmerken
2. Secundaire geslachtskenmerken
3. Primaire en secundarie geslachtskenmerken
4. Aan geen van beiden

Baarmoeder

Eileider

Eierstok

Urineblaas

Urinebuis

Vagina

10.2 Zwanger en bevallen

10.2 Leerdoelen

-Wanneer een vrouw zwanger is.

-Hoe een kind groeit in de baarmoeder

-Hoe de bevalling gaat.

-Waarom/Hoe zwangere vrouwen de baby laten onderzoeken

-Hoe een eeneiige/twee-eiige tweeling ontstaat

10.2 Begrippenlijst

-bevruchting-innesteling-zwanger

-ontwikkeling-embryo-groei-foetus-placenta/moederkoek-navelstreng-navelstrengader/slagader-miskraam

-indaling-ontsluiting-uitdrijving-nageboorte-(pers)weeën-keizersnee

-echo-vlokkentest-vruchtwaterpunctie-abortus

-eeneiige/tweeeiige-tweeling

(Herhaling)

prenataal onderzoek

onderzoek baby voor de geboorte = prenataal onderzoek

• echo: onderzoek met geluidsgolven, de baby is hiermee zichtbaar te maken.
• vlokkentest en vruchtwaterpunctie: onderzoek op DNA materiaal uit de celkern van cellen van de baby

prenataal onderzoek

echo: 

• onderzoek met geluidsgolven, de baby is                                     hiermee zichtbaar te maken.
• mogelijke afwijkingen aan de groei/vorm                                       ontdekken
• grootte wordt bepaald, maat voor de lengte                                        van de zwangerschap
• vaak meerdere echo's

prenataal onderzoek

vlokkentest en vruchtwaterpunctie: 

• onderzoek op DNA materiaal uit de                                               celkern van cellen van de baby
• onderzoek op erfelijke afwijking                                                             of down-syndroom
• vlokkentest: DNA uit de placenta (deel embryo)
• vruchtwaterpunctie: DNA uit vruchtwater,                                        cellen embryo

tweelingen

eeneiige tweeling:

• één bevruchte eicel die zich splitst
• hebben zelfde geslacht, lijken sprekend op elkaar

tweelingen

twee-eiige tweeling:

• twee bevruchte eicellen
• geslacht kan verschillende zijn

10.2 (Huis)werk

M. 10.2 alle opdrachten

M. Samenvatten achterin het werkboek bij hfst 10.