Oefenvragen Voeding
1 / 37
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Dierlijk
Plantaardig
Voedingsmiddellen
Voedingsstoffen
Slide 3 - Drag question
Sleep het juiste antwoord (of meer antwoorden) naar 'Eiwitten'
Eiwitten
Bouwstof
Brandstof
Reserve stof
Beschermende
stof
Slide 4 - Drag question
Sleep het juiste antwoord (of meer antwoorden) naar 'Koolhydraten'
Koolhydraten
Bouwstof
Brandstof
Reserve stof
Beschermende
stof
Slide 5 - Drag question
Sleep het juiste antwoord (of meer antwoorden) naar 'Water'
Water
Bouwstof
Brandstof
Reserve stof
Beschermende
stof
Slide 6 - Drag question
Sleep het juiste antwoord (of meer antwoorden) naar 'Mineralen'
Mineralen
Bouwstof
Brandstof
Reserve stof
Beschermende
stof
Slide 7 - Drag question
Sleep het juiste antwoord (of meer antwoorden) naar 'Vetten'
Vetten
Bouwstof
Brandstof
Reserve stof
Beschermende
stof
Slide 8 - Drag question
Sleep het juiste antwoord (of meer antwoorden) naar 'Voedingsvezel'
Voedingsvezel
Bouwstof
Brandstof
Reserve stof
Beschermende
stof
Geen
voedingsstof
Slide 9 - Drag question
Sleep het juiste antwoord (of meer antwoorden) naar 'Vitaminen'
Vitaminen
Bouwstof
Brandstof
Reserve stof
Beschermende
stof
Slide 10 - Drag question
Welke voedingsstof zit vooral in dit voedsel?
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Vitamines
Slide 11 - Quiz
Welke voedingsstof zit vooral in dit voedsel?
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Vitamines
Slide 12 - Quiz
Welke voedingsstof zit vooral in dit voedsel?
A
Koolhydraten
B
Water
C
Eiwitten
D
Vitamines
Slide 13 - Quiz
Welke voedingsstof zit vooral in dit voedsel?
A
Koolhydraten
B
Vetten
C
Eiwitten
D
Vitamines
Slide 14 - Quiz
Welke voedingsstof zit vooral in dit voedsel?
A
Koolhydraten
B
Water
C
Eiwitten
D
Vetten
Slide 15 - Quiz
De mens gebruikt voedingsvezels voor de vorming van cellen en weefsels.
A
juist
B
onjuist
Slide 16 - Quiz
Wat zijn mineralen
en welke functie hebben ze?
en welke functie hebben ze?
A
Zouten, beschermende functie
B
Vitaminen, ze zijn bouwstoffen
C
Stenen, ze zijn reserve stoffen
D
Suikers, ze leveren energie
Slide 17 - Quiz
Welke twee functies heeft vet hoofdzakelijk?
A
Brandstof en reservestof
B
Bouwstof en beschermende stof
C
Beschermende stof en brandstof
D
Reservestof en bouwstof
Slide 18 - Quiz
Van wat voor een soort voedingsstoffen leven gisten in brood, bier en wijn.
A
eiwitten
B
vetten
C
mineralen
D
koolhydraten
Slide 19 - Quiz
Voedingsmiddelen zijn de bruikbare bestanddelen van voedingsstoffen
A
juist
B
onjuist
Slide 20 - Quiz
In de afbeelding is een voedingsmiddel weergegeven
A
juist
B
onjuist
Slide 21 - Quiz
De functie van bouwstoffen is het leveren van energie.
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quiz
Energie wordt in je lichaam o.a gebruikt voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur.
A
juist
B
onjuist
Slide 23 - Quiz
Beschermende stoffen worden opgeslagen, vooral onder de huid.
A
juist
B
onjuist
Slide 24 - Quiz
De mens gebruikt voedingsvezels voor de vorming van cellen en weefsels.
A
juist
B
onjuist
Slide 25 - Quiz
Volkorenbrood
In dit product komt veel voedingsvezel voor.
In dit product komt veel voedingsvezel voor.
A
juist
B
onjuist
Slide 26 - Quiz
Mineralen zijn een voorbeeld van bouwstoffen. Wat is een mineraal dat een bouwstof is van botten?
A
Zout
B
Kalk
C
Suiker
D
Eiwit
Slide 27 - Quiz
Wat is de voornaamste bouwstof
van spieren?
van spieren?
A
Eiwitten
B
Vetten
C
Koolhydraten
D
Mineralen
Slide 28 - Quiz
Wat is de functie van suikers?
A
Bouwstof
B
Reservestof
C
Brandstof
D
Alle drie de opties
Slide 29 - Quiz
Wanneer een voedingsstof voornamelijk dient als brandstof dan is dit een ....?
A
Bouwstof
B
Energierijke Stof
C
Een beschermende stof
D
Een vitamine of mineraal
Slide 30 - Quiz
Wat zijn mineralen ook wel?
A
Zouten
B
Vitaminen
C
Stenen
D
Suikers
Slide 31 - Quiz
Welke twee functies heeft vet hoofdzakelijk?
A
Brandstof en reservestof
B
Bouwstof en beschermende stof
C
Beschermende stof en brandstof
D
Reservestof en bouwstof
Slide 32 - Quiz
Is kaas een voedingsmiddel?
A
ja
B
nee
Slide 33 - Quiz
Is kaas plantaardig of dierlijk?
A
plantaardig voedingsmiddel
B
dierlijk voedingsmiddel
Slide 34 - Quiz
Wat is een goede eigenschap van voedingsvezels?
A
Ze helpen infectieziekten tegengaan.
B
Ze voorkomen verstopping.
C
Ze helpen bij de bloedstolling.
D
Ze verbeteren de nierwerking.
Slide 35 - Quiz
Alle voedingsstoffen zijn........
A
brandstoffen
B
reservestoffen
C
bouwstoffen
D
beschermende stoffen
Slide 36 - Quiz
Welke voedingsstof(fen) zijn GEEN brandstoffen?
A
andere voedingsstoffen dan die genoemd zijn bij B,C en D
B
koolhydraten
C
vetten
D
eiwitten