Landstede Groep

Kracht en beweging 3

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Stoot =
A
F * s
B
F * m
C
F * a
D
F * t

Slide 2 - Quiz

Juist of onjuist. Hoe korter een kracht werkt op een object hoe groter de stoot
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Juist of onjuist. De eenheid van stoot is Ns
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Juist of onjuist. Hoe hoger de stoot hoe hoger de snelheid van een object kan worden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

F = 15 N
t = 3 minuten
Bereken de stoot
A
45 Ns
B
0.083Ns
C
2700 Ns
D
12 Ns

Slide 6 - Quiz

v = 20 m/s
Welke auto heeft
meer energie
A
De auto van meneer Rook
B
De vrachtwagen van de Jumbo

Slide 7 - Quiz

Hoe hoger de massa van een voorwerp hoe meer energie bij een snelheid. 


Dat is te merken als je iets zwaars probeert tot stilstand te brengen.

Slide 8 - Slide

In een formule
F * t   =   m * v         
Kracht * tijd = Massa * snelheid

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Een auto heeft een massa van 500 kg. Hij doet er 8 secondes over om naar 100 km/h te gaan. Bereken F.
A
F = 22500 N
B
F = 6250 N
C
F = 1736 N
D
F = 2337 N

Slide 11 - Quiz

Uitwerking
Geg. 
m = 500 kg         v = 100 km/h ( : 3,6 = 27,8 m/s)     t = 8 s
Gevr.      F = ?  N
Opl.         F * t = m * v
F * 8 = 500 * 27,8
F = (500 *27,8) / 8 
F = 1737 N
Let op! Niet afronden in rekenmachine

Slide 12 - Slide

Huiswerk
Maak de opdrachten 

45, 47, 48 en 50!

Slide 13 - Slide