Wanneer kun je een werkvorm gebruiken?
- puur voor het plezier, een leuk tussendoortje, een energizer of starter;
- om voorkennis te activeren;
- op een prettige en actieve manier het echte leerwerk doen;
- op een actieve wijze de leerstof verwerken en/of toepassen;
- het inzicht vergroten in de leerstof door argumenteren, discussiëren, elkaar uit te
leggen, etc.;
- om aan het eind van een les na te gaan wat er geleerd is;
- om samen te vatten;