- Kies één van de onderwerpen
- Bedenk met je buurman of -vrouw een stelling/mening/standpunt die/dat past bij het onderwerp.
- Spreek af wie voor een wie tegen de stelling is.
- Werk tenminste twee argumenten uit, meer mag altijd, en ga het gesprek met elkaar aan.
- Kies een ander onderwerp en herhaal bovenstaande