Landstede Groep

Bespreken vragen pararaaf 17.2

Bespreken vragen pararaaf 17.2
Opgave 17.9a
Opgave 17.10e
Opgave 17.11b,d,e,f
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Bespreken vragen pararaaf 17.2
Opgave 17.9a
Opgave 17.10e
Opgave 17.11b,d,e,f

Slide 1 - Slide

Wat is juist m.b.t. koopkracht?
A
Formule RIC = NIC / PIC x 100%
B
Een stijging van het nominale inkomen betekent altijd een stijging van de koopkracht
C
Koopkracht betekent dat men meer kan kopen
D
De consumenteprijsindex is een gewogen gemiddelde.

Slide 2 - Quiz

17.9a Klopt de opmerking dat de achteruitgang van de koopkracht beperkt is geweest?

Slide 3 - Slide

Klopt de opmerking dat de achteruitgang van de koopkracht beperkt is geweest?
Indexcijfer: getal onderzoeksjaar / getal basisjaar x 100%
1930: 2835 / 2945 x 100% = 96,26

Slide 4 - Slide

Klopt de opmerking dat de achteruitgang van de koopkracht beperkt is geweest?
RIC = NIC / PIC x 100% --> 
1930: 96 / 97 x 100% = 98,96

Slide 5 - Slide

17.10e Wat is de wegingsfactor van de categorie verzekeren voor de familie Jansen?
cpi = (wegingsfactor x prijsindexcijfer) + (...x...) + etc.

101,957 = wegingsfactor verzekeringen x prijsindexcijfer verzekeringen + wegingsfactor overige categorieën x prijsindexcijfer overige categorieën

Slide 6 - Slide

17.10e Wat is de wegingsfactor van de categorie verzekeren voor de familie Jansen?
prijsindexcijfer verzekeringen =
Nieuwe verzekeringspremie = 526,56 x 121 = € 580,80
                                                                 109,7


Slide 7 - Slide

Bereken het prijsindexcijfer verzekeringen (basisjaar 2015)
rond af op 1 decimaal.

Slide 8 - Open question

17.10e Wat is de wegingsfactor van de categorie verzekeren voor de familie Jansen?
101,957 = wegingsfactor verzekeringen x 110,3 + wegingsfactor overige categorieën x 100

101,957 =    WF VZ x 110,3 + (100 - WF VZ) x 100
                                            100
10.195,7 =    WF VZ x 110,3 + (100 - WF VZ) x 100
10.195,7 =    110,3 WF VZ + 10.000 - 100 WF VZ
195,7      =     110,3 WF VZ - 100 WF VZ
195,7      =      10,3 WF VZ
WF VZ    =       195,7 / 10,3 = 19

Slide 9 - Slide

Wie had het antwoord goed (zelfstandig)?
Ja
Nee

Slide 10 - Poll

17.11a De inflatie in 2018 was.
jaar
2017
2018
2019
CPI
105,1
110,1
115,1
A
4,5
B
-4,6
C
4,8
D
5

Slide 11 - Quiz

17.11b Output gap berekenen
Herhaling!
1. Evenwichtsinkomen berekenen
Y = 0,8(Y-0,25Y) + 110 + 90 +120
Y = 0,8Y - 0,2Y + 320
Y = 0,6Y + 320
0,4Y = 320
Y = 800

Slide 12 - Slide

17.11b Output gap berekenen
Herhaling!
2. Productiecapaciteit = Y* berekenen
Y = 5 x 15 x 10 = 750

3. Output gap berekenen = Y - Y*
     800 - 750 = 50 positief 
     

Slide 13 - Slide

17.11d Bereken de output gap in 2020 nadat de overheid 20 miljard bezuinigd heeft

Slide 14 - Open question

Heb je de opgaven 17.14 t/m 17.16 gemaakt
Ja
Nee
Gedeeltelijk

Slide 15 - Poll