This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Geschiedenis klas 2T
1. start van de les
2. uitleg §3
3. oefenvragen
4. huiswerk controleren
5. les afsluiten
Slide 1 - Slide
Terugblik
§1: Het bestuur in Nederland veranderde. Voor 1848 had de koning alle macht, na 1848 had de koning weinig macht meer over. Er kwamen verkiezingen, de liberalen in het parlement kregen de macht.
Slide 2 - Slide
1848 - Grondwet van Thorbecke
Grondwet van Thorbecke (1848)
Slide 3 - Slide
Terugblik
§2: De industrialisatie ontwikkelde zich ook in Nederland. Veel arbeiders trokken naar de stad zoek naar werk. Daar kwamen ze terecht in slechte omstandigheden: vies, zwaar, lage lonen, gevaarlijk werk en kinderarbeid
Slide 4 - Slide
Slechte woonomstandigheden
Slechte werkomstandigheden
Slide 5 - Slide
kinderarbeid
Slide 6 - Slide
Lesdoel:
Hoe probeerden arbeiders hun omstandigheden te verbeteren?
Slide 7 - Slide
§3 Arbeiders willen het beter
-Arbeiders willen hun omstandigheden verbeteren
-Liberalen hebben de macht en geloven in vrijheid, zo min mogelijk regels
-Arbeiders gaan zich organiseren in vakbonden
Slide 8 - Slide
Vakbonden
Slide 9 - Slide
§3 Arbeiders willen het beter
-Er ontstaat een nieuwe politieke stroming: de socialisten. De socialisten willen gelijkheid en betere omstandigheden voor de arbeiders.
-Na de liberalen, socialisten ontstaan er nog meer stromingen. Ook de katholieken en protestanten organiseren zich.
Slide 10 - Slide
Socialisten
Socialisten (SDB)
Hogere lonen
Betere werkomstandigheden
Minder uren werken
Betaald worden tijdens ziekte
Slide 11 - Slide
En nog een stroming
-Vrouwen hebben in deze tijd weinig rechten: ze mogen geen hoger onderwijs volgen, beroepen kunnen ze niet uitvoeren, ze mogen niet stemmen.
-Een groep vrouwen gaat hier voor demonstreren: feministen
(vrouwenrechten)
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Quizvragen
multiple choice, reageer op tijd.
Slide 14 - Slide
Welke stroming wil gelijkheid?
A
Liberalen
B
Socialisten
C
Feministen
D
Confessionelen
Slide 15 - Quiz
Liberalen vinden...…… het belangrijkst
A
gelijkheid
B
vrijheid
C
macht
D
geloof
Slide 16 - Quiz
Vooral arbeiders stemmen op?
A
Liberalen
B
Socialisten
C
Feministen
D
Confessionelen
Slide 17 - Quiz
Vrouwen zijn gelijk aan mannen vinden de ... ?
A
Liberalen
B
Socialisten
C
Feministen
D
Confessionelen
Slide 18 - Quiz
Gelijke lonen voor iedereen
A
Liberalen
B
Socialisten
C
Feministen
D
Confessionelen
Slide 19 - Quiz
Mensen met geld moeten bepalen wat er in het land gebeurt
A
Liberalen
B
Katholieken
C
Protestanten
D
Socialisten
Slide 20 - Quiz
Liberalen zijn voorstanders van sociale wetten
A
Klopt
B
Klopt niet
Slide 21 - Quiz
De liberalen waren tegen veel staatsbemoeienis
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quiz
Bij welke groep hoort Thorbecke?
A
Socialisten
B
Liberalen
C
Feministen
D
Arbeiders
Slide 23 - Quiz
Lesdoel:
Hoe probeerden arbeiders hun omstandigheden te verbeteren?