Landstede Groep

Hoofdstuk 10 - Natievorming | VWO

Wat is typisch Nederlands?
1 / 83
next
Slide 1: Mind map
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4-6

This lesson contains 83 slides, with interactive quizzes, text slides and 18 videos.

time-iconLesson duration is: 200 min

Items in this lesson

Wat is typisch Nederlands?

Slide 1 - Mind map

This item has no instructions

Hoofdstuk 10
Natievorming

Slide 2 - Slide

Een media-tip passend bij dit hoofdstuk is het programma Holland!. Hierin gaat Rianne van Dorst op zoek naar de Nederlandse identiteit en onderzoekt ze onder andere in symbolen, (politieke) waarden en tradities.

Slide 3 - Video

Het hele fragment is relevant voor dit hoofdstuk. Mocht je als docent een korter fragment willen laten zien, de volgende suggesties: 

00:00 - 01:50 - Taal als belangrijkste verbindende factor
03:02 - 03:56 - Genuanceerde uitleg over nationale identiteit





Wat heb ik het vorige hoofdstuk geleerd?
Vorig hoofdstuk leerde ik ...
  • wat een paradigma is
  • wat het rationele actor-paradigma, conflict-paradigma, fucntionalisme-paradigma en het sociaalconstructivisme-paradigma inhouden
  • hoe er door de verschillende paradigma's naar socialisatie gekeken wordt
  • hoe de paradigma's kunnen worden ingedeeld

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat leer ik dit hoofdstuk?
  • Ik weet hoe bindingen gezien worden vanuit de paradigma's
  • Ik weet wat de relatie is tussen politiek en (nationale) identiteit en dat dit gebaseerd is op het dilemma van collectieve actie. 
  • Ik weet wat de modernistische en essentialistische blik is op het ontstaan van naties. 
  • Ik weet wat het verschil is tussen een natiestaat en een multinationale staat
  • Ik weet hoe nationale cultuur onderhevig is aan politieke en sociale ontwikkelingen.
  • Ik weet wat de oorzaken zijn voor de toegenomen politieke aandacht voor identiteit. 
Leerdoelen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

§10.1 Context: Dé Nederlandse identiteit

Slide 6 - Slide

Pagina 203


Bestaat dé Nederlander volgens jou? En zo ja, wat houdt dat in?
Als je op vakantie bent, waaraan kun je Nederlanders herkennen?

Slide 7 - Open question

Volgens koningin Máxima bestaat dé Nederlander niet. 


Bestaat dé Nederlander volgens jou? En zo ja, wat houdt dat in?
Bestaat dé Nederlander volgens jou? En zo ja, wat houdt dat in?

Slide 8 - Open question

Volgens koningin Máxima bestaat dé Nederlander niet. 

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Welke kernconcepten passen bij natievorming?
Hoe kan sociale ongelijkheid
bestreden worden?

Slide 10 - Mind map

Leg uit dat de juiste antwoorden zijn: identiteit, socialisatie, binding, sociale cohesie en groepsvorming (pagina 204).

Dit is omdat het gaat om een collectieve identiteit, waarbij er binding bestaat tussen de verschillende actoren die tot een groep behoren en waarbij normen en waarden worden overgedragen bij het proces van socialisatie. 
Welk paradigma is van toepassing?
Functionalisme of Conflict?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

1

Slide 12 - Video

This item has no instructions

1

Slide 13 - Video

This item has no instructions

01:44
Leg uit op welke manier het functionalisme en het conflictparadigma in botsing komen rond het 'twerkverbod' en vanuit welk paradigma uiteindelijk door de gemeente gehandeld wordt. Gebruik in je uitleg het begrip 'sociale cohesie'

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

03:31
Welk paradigma is van toepassing?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Bindingen en paradigma's
Functionalisme-
paradigma
Functionalisten zien sociale cohesie als de lijm van de samenleving en vragen zich af wat mensen bindt, hoe sociale cohesie ontstaat en met welke indicatoren deze gemeten kan worden. 
Conflict-paradigma
Interesseren zich in geringe mate van sociale cohesie. Kijken naar in- en uitsluitingsprocessen, ‘haves’ en ‘havenots’ en conflicten die hierdoor of door culturele kenmerken ontstaan. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Bindingen en paradigma's
Sociaalconstructivisme-paradigma
Nadruk op de persoonlijkheid en identiteit van de actor en de identificaties en subjectieve opvattingen van die persoon  Mogelijkheid tot multiple-identity.
Rationele-actor paradigma
Bindingen zijn ruilrelaties, en worden in stand gehouden zolang mensen baat hebben bij een binding. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions


Slide 18 - Open question

This item has no instructions

1

Slide 19 - Video

This item has no instructions

07:45



Bij welk paradigma past de toespraak van koningin Máxima uit 2007 het best?
Bij welk paradigma past de toespraak van koningin Máxima uit 2007 het best?
A
Functionalisme-paradigma
B
Conflict-paradigma
C
Rationele actor-paradigma
D
Sociaalconstructivisme- paradigma

Slide 20 - Quiz

Het juiste antwoord is sociaalconstructivisme-paradigma. In de speech benadrukt Maxima het hebben van verschillende identiteiten, bijvoorbeeld zowel Nederlander, Europeaan en wereldburger of zowel Nederlands als Marokkaans. Ze eindigt de speech door te zeggen dat het niet 'of of' is maar 'en en'. Daarin zou je kunnen het sociaalconstructivisme paradigma kunnen herkennen, wat stelt dat mensen 'dynamische, meervoudige en wisselende identificatie hebben met verschillende groepen of personen' (multiple identities).

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

1

Slide 22 - Video

This item has no instructions

01:41
Vanuit welk paradigma gaan vakbond en werkgever met elkaar om?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

1

Slide 24 - Video

This item has no instructions

01:14
Vanuit welk paradigma benaderen de gele hesjes Rutte?

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

1

Slide 26 - Video

This item has no instructions

02:19
Vanuit welk paradigma neemt Marcel Hirscher de Nederlandse identiteit aan?

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

§10.2 Analyse: de politiek en de cultuur

Slide 28 - Slide

Pagina 206
Politieke bindingen
Nederlanders hebben politieke bindingen met elkaar, omdat sommige zaken niet door het individu geregeld worden, maar door het collectief.
Het feit dat de overheid gezag heeft is een gevolg van het proces van staatsvorming.

Slide 29 - Slide

This item has no instructions



Wat is géén collectief goed?

Wat is géén collectief goed?

A
B
C
D

Slide 30 - Quiz

Het goede antwoord is A, omdat niet alle media door de overheid gefinancierd wordt. Wel zijn er natuurlijk zaken als de NPO die worden gefinancierd door middel van belastinggeld. 

Slide 31 - Video

This item has no instructions

Dilemma van collectieve actie
De overheid heeft als politieke institutie de macht om burgers te dwingen mee te doen aan een collectieve actie. Zo worden free riders voorkomen en wordt het dilemma van collectieve actie opgelost. 

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Natie
Een natie bestaat uit groepen mensen met eenzelfde geschiedenis, taal en/of cultuur die zich daardoor verbonden voelen met elkaar. Naties streven naar een eigen, soevereine staat en kunnen gevormd worden op basis van etnische groep of rond gedeelde waarden.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Debat over natievorming
Modernisten
Nadruk op de persoonlijkheid en identiteit van de actor en de identificaties en subjectieve opvattingen van die persoon  Mogelijkheid tot multiple-identity.
Essentialisten
Bindingen zijn ruilrelaties, en worden in stand gehouden zolang mensen baat hebben bij een binding. 



Staatsvorming > Natievorming
Natievorming > Staatsvorming

Slide 34 - Slide

This item has no instructions




Stelling: Mensen met een lagere opleiding participeren meer in de politiek dan mensen met een hogere opleiding.
Past het ontstaan van Nederland eerder bij een essentialistische of modernistische visie op staatsvorming? 
Essentialis-tische visie
Modernistischevisie

Slide 35 - Poll

Het juiste antwoord is de modernistische visie. Het vormen van een natie was een strategie van de politieke elite om de bevolking aan de staat te binden, door onder andere de invoering van Standaardnederlands en het invoeren van nationale feestdagen. Kortom, eerst staatsvorming en vervolgens natievorming. 
Natiestaat en multinationale staten
Natiestaat
Wanneer een land één natie heeft en de grenzen van de natie samenvallen met de staat. 
Multinationale staat
Meerdere naties leven naast elkaar in dezelfde staat of naties wonen verspreid over meerdere staten.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions



Noem een voorbeeld van een natiestaat en een multinationale staat.
Noem een voorbeeld van een natiestaat en een multinationale staat. 

Slide 37 - Open question

This item has no instructions

Slide 38 - Video

Voorbeeld van een multinationale staat
Nationale cultuur en identiteit
Essentialisten
Nationale cultuur en identiteit komen voort uit langlopende tradities en symbolen, bijvoorbeeld de poldercultuur. 
Modernisten
Het gaat eerder om invented traditions: tradities die ooit zijn bedacht om de bindingen met de staat en de sociale cohesie in Nederland te versterken. 

Slide 39 - Slide

This item has no instructions


Slide 40 - Open question

This item has no instructions

§10.3 Ontwikkelingen nationale cultuur

Slide 41 - Slide

Pagina 209
Politieke ontwikkelingen
  • Conflicten tussen staten, naties of groepen met gedeelde waarden en/of belangen die over staatsgrenzen heen georganiseerd zijn.

  • Internationalisering van militaire, economische en politieke macht.
  • Multinationals en NGO’s krijgen steeds meer invloed

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Politieke ontwikkelingen
  • Meer internationale samenwerkingsverbanden op het gebied van defensie, economie en politiek.
  • Steeds meer problemen krijgen een bovennationaal karakter, zoals terrorisme, migratie en klimaat.  https://www.npostart.nl/nieuwsuur/02-09-2023/VPWON_1343728 

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Slide 44 - Video

De Verenigde Naties als voorbeeld van internationale samenwerking.
Welke andere internationale samenwerkingen ken je nog meer?
Welke andere internationale
samenwerkingen ken je nog meer?

Slide 45 - Mind map

Voorbeelden van goede antwoorden zijn: Europese Unie, Europol, Europees milieuagentschap, NAVO
Gevolgen van politieke ontwikkelingen
1. Toename binding
Bindingen en afhankelijkheden tussen actoren op internationaal niveau nemen toe (globalisering).
2. Afname autonomie
De autonomie en macht van nationale staten wordt aangetast. 

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Slide 47 - Video

In tijden van conflict kunnen afhankelijkheden juist nadelig zijn.



Stelling: Mensen met een lagere opleiding participeren meer in de politiek dan mensen met een hogere opleiding.
Past het ontstaan van Nederland eerder bij een essentialistische of modernistische visie op staatsvorming? 
Essentialis-tische visie
Modernistischevisie

Slide 48 - Poll

Het juiste antwoord is de modernistische visie. Het vormen van een natie was een strategie van de politieke elite om de bevolking aan de staat te binden, door onder andere de invoering van Standaardnederlands en het invoeren van nationale feestdagen. Kortom, eerst staatsvorming en vervolgens natievorming. 


Noem een voorbeeld van een natiestaat en een multinationale staat.
Noem een voorbeeld van een natiestaat en een multinationale staat. 

Slide 49 - Open question

This item has no instructions

Welke andere internationale samenwerkingen ken je nog meer?
Welke andere internationale
samenwerkingen ken je nog meer?

Slide 50 - Mind map

Voorbeelden van goede antwoorden zijn: Europese Unie, Europol, Europees milieuagentschap, NAVO


Voel jij je verbonden met Europa? Leg uit waarom wel of niet.
Voel jij je verbonden met Europa? Leg uit waarom wel of niet. 

Slide 51 - Open question

This item has no instructions

Aan welke veranderingen zijn cultuur en identiteit onderhevig?

Aan welke veranderingen zijn
cultuur en identiteit onderhevig?

Slide 52 - Mind map

Bespreek met de leerlingen de volgende ontwikkelingen: individualisering, democratisering, secularisering, rationalisering, globalisering, digitalisering en de uitbreiding van het kapitalisme en de opkomst van de multiculturele samenleving. 


Bij welk uitgangspunt over cultuur past de volgende stelling?
'Er moet ruimte gegeven worden aan verschillende culturele overtuigingen'
Bij welk uitgangspunt over cultuur past de volgende stelling? 'Er moet ruimte gegeven worden aan verschillende culturele overtuigingen' 
Cultuur-universalisme
Cultuur-relativisme

Slide 53 - Poll

Leg uit dat beide antwoorden goed zijn. 
Cultuuruniversalisten stellen dat het in culturen gaat om algemeen menselijke praktijken en dat daarom ruimte gegeven moet worden om dat het in wezen toch om hetzelfde gaat. Cultuurrelativisten daarentegen stellen dat culturen gelijkwaardig zijn in hun diversiteit en dat ruimte gegeven moet worden aan elkaars cultuur. 


Voel jij je verbonden met Europa? Leg uit waarom wel of niet.
Voel jij je verbonden met Europa? Leg uit waarom wel of niet. 

Slide 54 - Open question

This item has no instructions

Nationale of Europese identiteit
Waarom mensen minder sterke bindingen hebben met de EU dan met nationale staten:
  • Gebrek aan breed gedragen gevoel van gemeenschappelijkheid
  • De verschillen tussen culturen in Europa zijn groot
  • Er is sprake van tegenstrijdige belangen tussen de verschillende Europese lidstaten.

Slide 55 - Slide

This item has no instructions

Nationale of Europese identiteit
  • Gebrek aan een gezamenlijke Europese media die aandacht schenken aan de politieke ontwikkelingen in de EU.
  • Sterke nationale bindingen: neo-nationalistisch cultureel verzet. 

Slide 56 - Slide

This item has no instructions

Cultuur is relatief
De nationale cultuur en identiteit is relatief. Dat betekent dat cultuur aan verandering onderhevig is.

Slide 57 - Slide

This item has no instructions

Aan welke veranderingen zijn cultuur en identiteit onderhevig?

Aan welke veranderingen zijn
cultuur en identiteit onderhevig?

Slide 58 - Mind map

Bespreek met de leerlingen de volgende ontwikkelingen: individualisering, democratisering, secularisering, rationalisering, globalisering, digitalisering en de uitbreiding van het kapitalisme en de opkomst van de multiculturele samenleving. 
§10.4 Politiek en overheidsbeleid over identiteit

Slide 59 - Slide

Pagina 213

Slide 60 - Video

This item has no instructions

Slide 61 - Video

Voorbeeld van een debat over identiteit vanuit het perspectief van jongeren. Benadruk dat er sinds 2000 sprake is van een verhit maatschappelijk debat over identiteit. 
Politiek over identiteit
In de politiek is er steeds meer aandacht voor identiteit, door:
  • Politieke en sociale ontwikkelingen (10.3)
  • Transnationale identificaties als gevolg van globalisering
  • Mondialisering van de media

Slide 62 - Slide

This item has no instructions

Slide 63 - Video

This item has no instructions

Identiteit en integratie
 Integratie van migranten wordt beleefd als een probleem waarbij de loyaliteit aan Nederland de belangrijkste vraag is. Bijvoorbeeld: debat over 2 paspoorten
Sommige burgers voelen zich door politieke en sociale ontwikkelingen niet meer thuis in Nederland en delen niet langer dezelfde waarden. Dit kan leiden tot spanningen en radicalisering. 

Integratie en identiteitsvraagstuk
Integratievraagstuk als samenlevingsprobleem

Slide 64 - Slide

This item has no instructions

Cultuuruniversalisme

Slide 65 - Slide

Onder de vraag over identiteit en integratie ligt een van de meest fundamentele discussies in de multiculturele samenleving: cultuuruniversalisme versus cultuurrelativisme.
Cultuurrelativisme

Slide 66 - Slide

This item has no instructions



Bij welk uitgangspunt over cultuur past de volgende stelling?
'Er moet ruimte gegeven worden aan verschillende culturele overtuigingen'
Bij welk uitgangspunt over cultuur past de volgende stelling? 'Er moet ruimte gegeven worden aan verschillende culturele overtuigingen' 
Cultuur-universalisme
Cultuur-relativisme

Slide 67 - Poll

Leg uit dat beide antwoorden goed zijn. 
Cultuuruniversalisten stellen dat het in culturen gaat om algemeen menselijke praktijken en dat daarom ruimte gegeven moet worden om dat het in wezen toch om hetzelfde gaat. Cultuurrelativisten daarentegen stellen dat culturen gelijkwaardig zijn in hun diversiteit en dat ruimte gegeven moet worden aan elkaars cultuur. 
Vormen van identificatie
De WRR ziet identificatie als een dynamisch proces van het leggen, onderhouden en verbreken van bindingen. 3 vormen van identificatie:
1. Functionele identificatie: ontstaat als mensen een gemeenschappelijk belang hebben en worden gezien als lid van een groep. 

Slide 68 - Slide

This item has no instructions

Vormen van identificatie
2. Normatieve identificatie: ontstaat als er mogelijkheden zijn om eigen normen en opvattingen te kunnen volgen en in te brengen in het publieke en politieke domein. Hoe meer mensen toegang hebben tot publieke discussies, hoe meer zij zich identificeren met de sociale en politieke orde. 

Slide 69 - Slide

This item has no instructions

Vormen van identificatie
3. Emotionele identificatie: gevoelens van verbondenheid, loyaliteit en trots.

Door globalisering en individualisering is er sprake van hybride identificaties.

Slide 70 - Slide

Benadruk dat sinds het rapport van de WRR in 2007 de politieke posities ten opzichte van nationale identiteit en identificatie meer gepolariseerd zijn geraakt, en dat er sprake is van een tegenstelling tussen statische identiteit en dynamische identificatie visies. 



Bestaat dé Nederlander volgens jou? En zo ja, wat houdt dat in?
Bestaat dé Nederlander volgens jou? En zo ja, wat houdt dat in?

Slide 71 - Open question

Volgens koningin Máxima bestaat dé Nederlander niet. 
1

Slide 72 - Video

This item has no instructions

07:45



Bij welk paradigma past de toespraak van koningin Máxima uit 2007 het best?
Bij welk paradigma past de toespraak van koningin Máxima uit 2007 het best?
A
Functionalisme-paradigma
B
Conflict-paradigma
C
Rationele actor-paradigma
D
Sociaalconstructivisme- paradigma

Slide 73 - Quiz

Het juiste antwoord is sociaalconstructivisme-paradigma. In de speech benadrukt Maxima het hebben van verschillende identiteiten, bijvoorbeeld zowel Nederlander, Europeaan en wereldburger of zowel Nederlands als Marokkaans. Ze eindigt de speech door te zeggen dat het niet 'of of' is maar 'en en'. Daarin zou je kunnen het sociaalconstructivisme paradigma kunnen herkennen, wat stelt dat mensen 'dynamische, meervoudige en wisselende identificatie hebben met verschillende groepen of personen' (multiple identities).


Wat is géén collectief goed?

Wat is géén collectief goed?

A
B
C
D

Slide 74 - Quiz

Het goede antwoord is A, omdat niet alle media door de overheid gefinancierd wordt. Wel zijn er natuurlijk zaken als de NPO die worden gefinancierd door middel van belastinggeld. 
Sleep het voorbeeld naar de juiste vorm van identificatie
Emotionele identificatie
Functionele identificatie
Normatieve identificatie
Leden van een sportvereniging
Versplintering van het politieke landschap
EK voetbal

Slide 75 - Drag question

This item has no instructions

Slide 76 - Video

This item has no instructions

Slide 77 - Video

This item has no instructions

Slide 78 - Link

This item has no instructions

Slide 79 - Link

This item has no instructions


Wat heb je geleerd deze les?

Slide 80 - Open question

This item has no instructions


Wat vind je nog lastig?

Slide 81 - Open question

This item has no instructions

Volgende les: Modernisering
Ik weet ...
  • hoe bindingen bezien worden vanuit de paradigma's
  • wat de relatie is tussen politiek en (nationale) identiteit en dat dit gebaseerd is op het dilemma van collectieve actie. 
  • wat de modernistische en essentialistische blik is op het ontstaan van naties.
  • wat het verschil is tussen een natiestaat en een multinationale staat
  • hoe nationale cultuur onderhevig is aan politieke en sociale ontwikkelingen.
  • wat de oorzaken zijn voor de toegenomen politieke aandacht voor identiteit. 

Slide 82 - Slide

This item has no instructions

Einde van hoofdstuk 10
Natievorming

Slide 83 - Slide

This item has no instructions