What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Landstede Groep
‹
Return to search
Grammatica & Spelling H5 (verkleinwoorden) - 2 basis
Verkleinwoorden
1 / 12
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
This lesson contains
12 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Verkleinwoorden
Slide 1 - Slide
Wat zijn ook alweer ZN?
Slide 2 - Open question
ZN kun je verkleinen
Als je een ZN verkleint, plak je er meestal het achtervoegsel – je achter.
Slide 3 - Slide
Bedenk een verkleinwoord met -je
Slide 4 - Open question
Soms moet je nog iets anders veranderen:
Stoel – Stoel
t
je
Auto – Auto
ot
je
Boom – Boom
p
je
Leerling – Leerling
et
je
Woning - Wonin
k
je
Slide 5 - Slide
Wat is het verkleinwoord van
"de boom"?
Slide 6 - Open question
Wat is het verkleinwoord van
"de ketting"?
Slide 7 - Open question
Wat is het verkleinwoord van
"het schrift"?
Slide 8 - Open question
Wat is het verkleinwoord van
"de pen"?
Slide 9 - Open question
Wat is het verkleinwoord voor de paraplu?
Slide 10 - Open question
Wat is het verkleinwoord voor de bril?
Slide 11 - Open question
Opdracht
Maak nu opdracht 2 + 3 (blz. 188)
Slide 12 - Slide