This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
kennis...
Slide 1 - Slide
Mais kan gebruikt worden voor consumptie, maar ook als bio brandstof. Met andere woorden mais is ....... (welk begrip past het best)
A
een vrij goed
B
alternatief aanwendbaar
C
een behoefte
D
oppotmiddel
Slide 2 - Quiz
Ik koop via marktplaats boeken voor een bedrag van €25,-. Ik moet daarnaast nog €4,95 verzendkosten betalen. De verzendkosten zijn in dit geval een voorbeeld van.
Slide 3 - Open question
De waarde die op het geld gedrukt staat noemen we ook wel
A
Intrinsieke waarde
B
Nominale waarde
C
Interne waarde
D
Extrinsieke waarde
Slide 4 - Quiz
Wanneer prijzen stijgen, daalt de ..........
A
Intrinsieke waarde
B
Nominale waarde
C
Interne waarde
D
Extrinsieke waarde
Slide 5 - Quiz
Bij de bakker kost een brood €2,15. Bij de supermarkt kost een brood €1,80. Welke functie van geld komt hier aan de orde?
A
Oppotfunctie
B
Rekenfunctie
C
Ruilfunctie
D
Spaarfunctie
Slide 6 - Quiz
Bitcoin
Slide 7 - Mind map
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Goederen betalen met bitcoins is een voorbeeld van ..