Landstede Groep

proeftoets hst 9

proeftoets hst 9
1 / 22
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

proeftoets hst 9

Slide 1 - Slide

Welk ijzerzout lost goed op?

A
Fe3(PO4)2
B
FeSO4
C
Fe2O3
D
Fe(OH)2

Slide 2 - Quiz

Abdel probeert een beetje zout op te lossen in water. Als hij het zout mengt met water, vormt er zich een troebele suspensie. Als hij een beetje van het zout in een vlam houdt, ziet hij dat de vlam groen kleurt. Welk zout zou Abdel kunnen hebben?
A
bariumchloride
B
kopercarbonaat
C
koperchloride
D
zinkcarbonaat

Slide 3 - Quiz

Wat is de formule van de ijzerionen in Fe2O3?
A
Fe2−
B
Fe2+
C
Fe3−
D
Fe3+

Slide 4 - Quiz

Welke naam hoort bij de formule NH4+?

A
ammonia
B
ammoniak
C
ammonium

Slide 5 - Quiz

In het afvalwater van een fabriek worden opgeloste Ca2+-ionen aangetroffen. Deze kunnen uit het water worden verwijderd door middel van een neerslagreactie met een oplossing van een zout.
Welk zout is daarvoor geschikt?
A
ammoniumnitraat
B
bariumcarbonaat
C
kaliumfosfaat
D
koperbromide

Slide 6 - Quiz

Calciumlactaat is een stof die bestaat uit calciumionen en lactaationen in de verhouding 1 : 2.

Geef de lading van het lactaation.

Slide 7 - Open question

Gebruik tabel 34 van je Binas.
Titaan(IV)oxide is een witte kleurstof die in verf gebruikt wordt.

Geef de formule van titaan(IV)oxide.

Slide 8 - Open question

Aan een oplossing van bariumnitraat voeg je een oplossing van natriumjodide toe.
Ontstaat er een neerslag? Leg je antwoord uit.

Slide 9 - Open question

Carel heeft een oplossing van een van de volgende zouten: natriumchloride, natriumfosfaat of natriumsulfaat. Hij wil onderzoeken welk zout zijn oplossing bevat. Hiertoe verdeelt hij de oplossing over twee reageerbuizen.

Aan de ene buis voegt hij een oplossing van bariumchloride toe. Er ontstaat een neerslag.
Aan de andere buis voegt hij een oplossing van kopernitraat toe. Het mengsel blijft helder.
Welk zout bevatte de oplossing van Carel?

Slide 10 - Open question

Wat is de formule van koper(I)chloride?
(Kruisregel en Binas)
A
CuCl
B
Cu2Cl
C
CuCl2
D
Cu2Cl2

Slide 11 - Quiz

Wat is de formule voor de stof chloorgas?
A
Cl2
B
Cl
C
C2
D
C

Slide 12 - Quiz

Wat is de formule van de stof zuurstof?
A
O2
B
o2
C
Z2
D
O

Slide 13 - Quiz

Als je een vaste stof in water doet, en het mengsel geeft een heldere vloeistof, hoe noem je het mengsel dan?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Water
D
Emulsie

Slide 14 - Quiz

Hoe heet een stof die de reactie wel versneld, maar niet meedoet aan de reactie?
A
Katalysator
B
Emulgator
C
Transistor
D
Extractor

Slide 15 - Quiz

Wat is de formule van IJzer(III)sulfaat
A
Fe2(SO4)3
B
Fe3(SO4)2
C
Fe2(CO3)3
D
Fe3(CO3)2

Slide 16 - Quiz

Bereken de massa van één molecuul alcohol
(Noteer eerst voor jezelf de formule van alcohol, en gebruik je binas)
A
46u
B
24u
C
16u
D
10u

Slide 17 - Quiz

Zoek op in Binas:
Wat is de triviale naam van mangaan(IV)oxide
A
Bruinsteen
B
butagas
C
boterzuur
D
mangaanzuurstof

Slide 18 - Quiz

zoek op in binas, de rationele naam van kaliloog
A
oplossing van kaliumhydroxide
B
oplossing van natriumhydroxide
C
oplossing van bariumhydroxide
D
oplossing van calciumhydroxide

Slide 19 - Quiz

zoek op in binas, de triviale naam voor glucose
A
druivensuiker
B
2,3,4,5,6-pentahydroxy hexanal
C
suiker
D
zetmeel

Slide 20 - Quiz

wat is de naam van FeO
A
ijzer(II)oxide
B
ijzer(III)oxide
C
ijzeroxide
D
ijzer(I)oxide

Slide 21 - Quiz

Als je kalk in water doet, ontstaat er een troebel mengsel. Hoe noemen we dit troebele mengsel?
A
suspensie
B
emulsie
C
oplossing
D
schuim

Slide 22 - Quiz