What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
Landstede Groep
‹
Return to search
9.2 t/m 9.6
Wat gaan we vandaag doen?
9.1 Wortelfuncties - herhalen
9.2 Rekenen met wortels - instructie
Zelfstandig werken
1 / 46
next
Slide 1:
Slide
Wiskunde
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
46 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat gaan we vandaag doen?
9.1 Wortelfuncties - herhalen
9.2 Rekenen met wortels - instructie
Zelfstandig werken
Slide 1 - Slide
9.1 Wortelfuncties
Je leert wat een wortelfunctie is.
Je leert hoe je de coördinaten van een randpunt berekent.
Slide 2 - Slide
Bereken de coördinaten van het randpunt van de grafiek van de functie f(x) =
A
(-5,2)
B
(0,5)
C
(0,-5)
D
(-2,5)
Slide 3 - Quiz
Wortelfuncties
Functie met een variabele onder het wortelteken
De coördinaten van een randpunt onder de wortel is nul
3x + 6 = 0
3x = -6
x = -2 en je berekent y door in de functie x=-2 in te vullen
y = 5
Slide 4 - Slide
Wortelfuncties
x
-2
1
10
y
5
Slide 5 - Slide
Wortelfuncties
Een fu
x
-2
1
10
y
5
8
11
Slide 6 - Slide
9.2 Rekenen met wortels
Je leert hoe je rekent met wortels waar variabelen in voorkomen
Slide 7 - Slide
√
5
0
0
=
Vereenvoudig de wortels
√
3
6
x
=
3
√
2
0
0
m
=
Slide 8 - Slide
Rekenen met wortels
√
a
⋅
√
b
=
√
a
⋅
b
√
b
√
a
=
√
b
a
m
e
t
b
≠
0
Optellen en aftrekken kan alleen met hetzelfde onder wortelteken
B
i
j
v
.
2
√
2
+
3
√
2
=
5
√
2
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
√
2
a
8
a
3
=
Slide 12 - Slide
9.2 maken ( 10 t/m 18)
Slide 13 - Slide
Wat gaan we vandaag doen?
9.2 Rekenen met wortels - herhalen
9.3 Gebroken functies - instructie
Zelfstandig werken
Slide 14 - Slide
Welke van de berekeningen kloppen? Meer antwoorden mogelijk
A
√
2
√
6
=
√
3
B
√
3
+
√
2
=
√
5
C
√
3
⋅
√
2
=
√
6
D
√
6
−
√
3
=
√
3
Slide 15 - Quiz
Vereenvoudig:
√
4
a
√
3
6
a
3
b
2
A
2
6
a
b
B
3
a
b
C
9
a
b
D
4
0
a
b
Slide 16 - Quiz
9.3 Gebroken functies
Je leert hoe je een omgekeerd evenredig verband herkent
Je leert wat een gebroken functie is
Je leert wat asymptoten zijn
Slide 17 - Slide
Omgekeerd evenredig
a
⋅
b
=
1
2
Voorbeeld rechthoek
b
(
a
)
=
a
1
2
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Gebroken functies
Functie met variabele in de noemer
Geen functiewaarde bij noemer=0
Grafiek is een hyperbool
Horizontale en verticale asymptoot
y = 6 en x = 2
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
9.3 Gebroken functies
(20 t/m 24)
Slide 24 - Slide
functie?
horizontale asymptoot?
verticale asymptoot?
tabel maken : x-warden: -5 t/m 5
f
(
x
)
=
4
+
x
−
2
1
Slide 25 - Slide
9.4 Rekenen met breuken
Je leert hoe je rekent met breuken waarin variabelen voorkomen
Slide 26 - Slide
Rekenen met breuken
Optellen aftrekken: noemer gelijk of gelijknamig maken
Vermenigvuldigen: teller x teller en noemer x noemer
Vereenvoudigen: teller en noemer door hetzelfde delen
Slide 27 - Slide
optellen en aftrekken
5
2
−
6
3
=
8
x
+
5
x
=
3
x
7
+
5
x
3
=
4
x
3
−
2
1
=
4
3
x
+
3
2
x
=
Slide 28 - Slide
vermenigvuldigen en vereenvoudigen
4
3
⋅
7
2
=
3
⋅
x
7
=
3
x
2
1
⋅
x
1
2
x
4
=
x
4
⋅
2
x
2
5
=
5
4
3
⋅
1
2
1
=
Slide 29 - Slide
teller uit meerdere termen
a
(
x
)
=
x
x
2
−
4
x
b
(
x
)
=
3
x
2
1
2
x
4
+
1
5
x
3
Slide 30 - Slide
4
1
2
x
3
8
3
⋅
3
2
=
6
1
+
1
2
1
=
3
x
⋅
1
2
x
1
2
x
2
3
x
2
x
5
−
x
1
A
B
E
C
D
Slide 31 - Drag question
4
1
2
x
3
8
3
⋅
3
2
=
6
1
+
1
2
1
=
3
x
⋅
1
2
x
1
2
x
2
3
x
2
x
5
−
x
1
A
B
E
C
D
A, B, E
C en D
Slide 32 - Drag question
9.2 ( 10 t/m 18)
9.3 ( 20 t/m 24)
9.4 maken (26 t/m 33)
Slide 33 - Slide
9.5 Machtsfuncties
Je leert wat een machtsfunctie is
Je leert hoe een grafiek van een machtsfunctie eruitziet
Slide 34 - Slide
rekenen met breuken
7
x
3
2
x
2
.
8
x
5
x
3
=
9
x
3
⋅
5
4
x
2
7
x
=
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Mind map
Machtsfuncties
f
f
(
x
)
=
a
⋅
x
n
Grondtal van de macht is een variabele
Even exponent is een parabool
Oneven exponent heeft geen top
Slide 37 - Slide
9.5 Machtsfuncties
x : -3 t/m 3
f
(
x
)
=
x
3
f
(
x
)
=
x
4
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
9.5 maken (36 t/m 41)
Slide 40 - Slide
9.6 Rekenen met machten
Je leert hoe je rekent met machten waarin variabelen voorkomen
Slide 41 - Slide
Schrijf zonder haakjes (met ^)
(
3
a
2
b
)
3
Slide 42 - Open question
Schrijf zonder haakjes (met ^)
(
2
b
2
3
a
)
2
Slide 43 - Open question
Schrijf zonder haakjes
(
2
+
x
)
2
A
4
+
x
2
B
x
2
+
2
x
+
4
C
4
+
4
x
+
2
x
2
D
x
2
+
4
x
+
4
Slide 44 - Quiz
Rekenen met machten
(
a
⋅
b
)
n
=
a
n
⋅
b
n
(
b
a
)
n
=
b
n
a
n
m
e
t
b
≠
0
Slide 45 - Slide
Zelf werken
Slide 46 - Slide